Paris FvdV is een niet commercieel weblog speciaal voor kenners en liefhebbers van de stad Parijs - en voor hen die dat willen worden. Parijs is een stad met een gewichtig verleden, respectabel en gerespecteerd. Het is totaal niet nostalgisch. Parijs is er in geslaagd om, soms op brutale maar altijd op elegante wijze, om te gaan met zijn grootse monumenten. Ze te beschermen en te integreren in de nieuwe dynamiek van de stad. Parijs is een meester op het gebied van herstel en transformatie. U zult er nooit in slagen een volledig overzicht te maken van plekken en verhalen, die allemaal op hetzelfde punt uitkomen en de glorie van deze stad bezingen. toch wil ik een poging wagen. Wekelijks wil ik u niet alleen informeren over wat Parijs nog meer te bieden heeft, maar ook wil ik mijn liefde voor deze stad op u over dragen. In de hoop dat het raakt aan iets wat u herkent of voelt. Ferry van der Vliet.

Privacy verklaring: Indien u weblog Paris FvdV, dat bij Google-Blogger is ondergebracht, leest en reageert op de blogs van Paris FvdV, doet u dat vrijwillig en is uw IP-adres en mailadres - indien u dat vermeld - bekend en wordt opgeslagen. Ook uw schuilnaam waaronder uw reageert wordt opgeslagen. Paris FvdV zal uw gegevens nooit aan derden doorgeven. We houden uw gegevens privé, tenzij de wet of rechtelijke macht ons dwingt uw gegevens aan hen te verstrekken. Datalekken in het systeem vallen onder de verantwoordelijkheid van Google-Blogger. Door weblog Paris FvdV te bezoeken en/of de op of via deze weblog aangeboden informatie te gebruiken, verklaart u zich akkoord met de toepasselijkheid van deze disclaimer. Google gebruikt cookies om services te leveren en verkeer te analyseren dus uw IP-adres en user-agent zijn bij Google bekend, samen met prestatie- en beveiligingsstatistieken om servicekwaliteit te garanderen, gebruiksstatistieken te genereren, misbruik te detecteren en maatregelen te treffen.

woensdag 12 januari 2022

PARC DE BAGATELLE EEN VERBORGEN PAREL IN PARIJS

Het Bois de Boulogne is hèt wandelgebied voor vele Parijzenaars. Ondanks zijn ligging naast de boulevard Périphérique komen de inwoners van Parijs hier voor de frisse lucht zonder de auto te moeten nemen. Het ‘bos’ heeft alles voor wandelaars, ruiters, joggers, roeiers, vissers en fietsers. Prachtige meren, watervallen, vijvers, tuinen en onberispelijke perken. De huidige  lay-out hebben we te danken aan Colbert die in de 17e eeuw in dit koninklijke jachtveld rechte lanen liet aanleggen die zich stervormig kruisten. Pas in de 19e eeuw begonnen Napoleon III en Haussmann het bos te cultiveren en kronkelende paden aan te leggen en vijvers en meren te graven. Het bos dat het hele westen van Parijs beslaat is ruim 8 km² groot.

 


Dit toegangshek brengt je naar een ongekende parel

Diep in het bos beschermt een oude stenen muur een luxueuze botanische tuin die, wanneer ontdekt, aanvoelt als een echte ontdekking. Ik heb het over het Parc de Bagatelle. Een parel die zelfs door de Parijzenaars vaak over het hoofd wordt gezien. Als gevolg hiervan behoudt het het gevoel van een geheime tuin, een mysterie dat nog eens versterkt wordt door de locatie; verborgen in het uitgestrekte areaal van de bossen van Boulogne. De geschiedenis van deze tuin is er een van toevalligheden en vreemde anekdotes.

 

Het Parc de Bagatelle in het Bois de boulogne


De allereerste bewoning van dit deel van het bos was die van een nonnenklooster. Begin 1720 kreeg de hertog van Estrées van de koning toestemming hier een sober jachthuis te kopen en te verbouwen tot een klein kasteeltje. Hij noemde het comfortabele, wat verscholen kasteeltje ‘Bagatelle’. In het Franse bargoens staat ‘bagatelle’voor een stevige vrijpartij. Heel wat avontuurtjes werden hier in deze discrete schuilplaats beleefd, maar ook speelden er zich in het kasteel feesten en drinkgelagen af maar die…. werden altijd gebagatelliseerd. Het kasteel was in die tijd zelfs de maatstaf voor losbandigheid. Toen het gebied eenmaal in bezit was van de hertog van Estrées werd het uitgebreid en het omliggende gebied gecultiveerd. Maar na verloop kreeg het kasteel door alle orgies en intriges een slechte naam, werd verlaten en raakte in verval.



De bomen vertellen de geschiedenis van het park, sommige meer dan honderd jaar oud
 

In 1775 kocht een fervent jager, de zeer jonge graaf van Artois, de toekomstige Karel X, en broer van Lodewijk XVI, het landgoed van de prins van Chimay. De ‘Comte’ liet al snel de ruïne  slopen, met plannen om het te herbouwen. Toen zijn schoonzuster, Marie Antoinette, hoorde van de aankoop, melde zij de graaf dat zij bij hem zou komen logeren mits het kasteel in 100 dagen klaar zou zijn. Was dat niet het geval dan moest de graaf haar 100.000 Franse francs betalen. Maar als hij haar kon ontvangen dan kreeg hij 100.000 Franse francs van haar. De graaf ging de uitdaging aan. De plannen voor het park en het kasteel werden in één nacht getekend door de architect François-Joseph Bélanger. Hij creëerde een groot neoklassiek paviljoen. 900 arbeiders werden ingehuurd en werkten dag en nacht om het chateau Bagatelle in al zijn pracht te herstellen. De kosten liepen echter zo hoog op dat het kasteel al snel de bijnaam ‘La Folie d’Artois’ kreeg. Maar de graaf won de weddenschap; de bouw werd gerealiseerd in slechts 64 dagen. Thomas Blaikie, de Schotse botanicus en ingehuurd door Bélanger creëerde het park in Anglo-Chinese stijl, zeer modieus op dat moment en werd ook gezien als een reactie op de strikte beperkingen van de klassieke Franse stijl.



 Het Kasteel Bagatelle (links) op de kaart van Parijs uit 1932

Het landgoed heeft vervolgens verschillende eigenaren gekend. In 1837 kocht de Engelse Lord Seymour, vierde Markies van Hertford, Bagatelle. Tuinliefhebber als hij was, begon hij met de bouw van een orangerie en kocht de omliggende 10 ha., waar hij een Engelse landschapstuin liet aanleggen door Louis-Sulpice Varé. Er werden nog meer nieuwe gebouwen opgetrokken: de hoofdingang in rococo-stijl, de stallen en het huis van de chef-kok en tuinman in Lodewijk XIII-stijl. Het kasteel werd opnieuw verbouwd en met één verdieping verhoogd. Napoleon III en keizerin Eugenie, evenals koningin Victoria waren graag geziene gasten in het château. 

Tekeningen van het kasteel uit de tijd van Lord Seymour


De koepel van de 'Salon' op de eerste etage - foto Fondation Mansart

Na de dood van de Markies in 1870 komt het kasteel in handen van zijn zoon; Sir Richard Wallace, die wij kennen van de beroemde Parijse drinkfonteinen. Wallace liet het Trianon bouwen aan een zijde van de grote binnenplaats. Toen hij stierf in 1890 erfde zijn vrouw Lady Wallace, geboren als Julie Amélie Charlotte Castelnau, zijn fortuin. In 1894 schonk zij bijna 5.500 meubels, schilderijen en kunstwerken uit de collectie van de markies van Hertford aan de Engelse natie, op voorwaarde dat het Londense museum, waarin de collectie zal worden tentoongesteld de naam van haar man zal dragen. De Wallace Collection is een van ’s werelds mooiste collecties van 18e-eeuwse Franse kunst. Het museum is gevestigd in het herenhuis Hertford House aan de Manchester Gardens in Londen. Ene John Murray Scott, secretaris van Lady Wallace en overigens ook haar minnaar, erft Bagatelle bij haar overlijden. In 1905 stond hij het pand af aan de stad Parijs, maar niet voordat hij het kasteel plunderde waarbij hij de meubels en de buitenversieringen meenam.



 Château de Bagatelle in betere tijden - foto wikimedia

In 1905 vertrouwde de stad Parijs de herontwikkeling van de tuinen toe aan de curator van ‘Les Jardins de Paris’: Jean-Claude-Nicolas Forestier (wel een toepasselijke naam). Aan hem zijn we het huidige ontwerp van het park verschuldigd met respect voor het verleden. Hij transformeerde  het terrein in weelderige, romantische botanische tuinen met behoud van de oorspronkelijke 18e-eeuwse rococo-tempels, grotten en meren. Forestier was een vriend van de kunstschilder Claude Monet en een enorm bewonderaar van het impressionisme. Zijn veelvuldig bezoek aan Giverny, de wereldberoemde tuinen van Monet, inspireerde hem tot de aanleg van de vijver met natuurlijk waterlelies. In de manier waarop impressionisten in die tijd schilderden zag hij een manier om planten te presenteren. Er werden rozentuinen geplant en de ‘Roserie de Bagatelle’ werd opgericht met een collectie die nu 10.000 rozenplanten omvat, samengesteld uit 1.500 verschillende soorten. Het is inmiddels een van de oudste en belangrijkste rozentuinen in Frankrijk. Ze werd ingehuldigd in 1907, met honderden variëteiten aangeboden door Jules Gravereaux, verzamelaar en createur van een andere beroemde rozentuin, die van ‘l’Hay-les-Roses’. Jules Gravereaux (die zijn fortuin verdiende in het warenhuis Bon Marché in Parijs), kocht in 1892 een groot landgoed in L'Haÿ ongeveer 8 km ten zuiden van Parijs en huurde de beroemde landschapsarchitect en tuinder Édouard André in om een ​​tuin aan te leggen met daarin 1600 rozen. De tuin schijnt de allereerste tuin te zijn die exclusief aan rozen is gewijd.


De tuin is een ontwerp van Jean-Claude-Nicolas Forestier

Op initiatief van Forestier werd in 1907 in Bagatelle de eerste internationale wedstrijd voor nieuwe rozen geboren: De internationale rozenwedstrijd van Bagatelle. De wedstrijd is open voor het publiek en beloont elk jaar in juni drie unieke rozen voor hun schoonheid en één voor de geur. Nog een leuke wetenswaardigheid, op 15 maart 1907 maakte Charles Voisin hier zijn eerste mechanische vlucht met een vliegtuig uitgerust met een V8 verbrandingsmotor.



Le Parc de Bagatelle is een ‘Jardin Remarquable’ 

 

Er is ook een iristuin, tuinen vol met pioenrozen en clematissen, waterspiegels en vijvers vol met waterplanten en waterlelies zoals wij die kennen van de schilderijen van Monet. Maar bloemen zijn niet de enige attractie van dit park. Talrijke pauwen zorgen voor een ongewone attractie die pronkt over de paden van het park. Dit alles in goede harmonie met de ganzen en katten in deze overigens zeer rustige omgeving. Er is ook een grot, watervallen, evenals een aantal ‘gloriëttes’ (bouwsels met een verhoogde ligging) standbeelden en romantische bruggetjes, torenhoge eeuwenoude bomen, waaronder een 140-jarige treurbeuk en kleurige mystieke bamboepaden. 


Talrijke pauwen zorgen voor een ongewone attractie die pronkt over de paden van het park


Verder valt er ook een Chinese pagode te bewonderen, weliswaar een kopie van de echte. De oorspronkelijke pagode maakte deel uit van de ‘Exposition Universelle de Paris’ van 1867.  Het was Lord Seymour, markies van Hertford die de Chinese pagode plaatste op het landgoed. In 1906, toen het park eigendom werd van de stad Parijs, werd de pagode om onduidelijke redenen verkocht aan Lord Astor, voor zijn gloednieuwe ‘garden’ op zijn landgoed in Cliveden, Buckinghamshire, Engeland. De kopie werd in Engeland geproduceerd en in 1996 in het Parc de Bagatelle geïnstalleerd. Het interieur is prachtig versierd met schilderijen van vogels.



De bijzondere Chinese pagode


Wat een schril contrast het serene van dit prachtige park met de wolkenkrabbers van La Défense

Terwijl het park bijzonder goed wordt onderhouden is de conditie van het kasteel aanzienlijk verslechterd door gebrek aan onderhoud en toezicht door de jaren heen. In het jaar 1980 werd de vereniging ‘Vrienden van het park en kasteel Bagatelle’ opgericht. Zij organiseerde culturele programma’s, conferenties en tentoonstellingen om de belangstelling voor dit bijzondere pareltje nieuw leven in te blazen. Het is met name aan de ‘Fondation Mansart’ en de Amerikaanse Amy Kupec Larue, bloemiste voor de Amerikaanse Ambassade en gids van de tuinen van Parijs dat sinds 2019 wordt gewerkt aan de restauratie van het kasteel. Het restauratieproject begon in mei 2021 met het herstellen van de gevels, daken, kroonlijsten en schrijnwerk. Het is de bedoeling om het prachtige interieur in 2022 te herstellen om het daarna weer open te stellen voor het publiek.



In 2022 gaat het kasteel weer open voor het publiek


Details van het verval

Wist je trouwens dat het Château de Bagatelle een van de zeven kastelen is in de stad Parijs? Samen met de Conciergerie, het Louvre, Palais Luxembourg, Palais Royal, het Château de Bagnolet en het Château de la Muette.

 


Le Parc de Bagatelle is een ‘Jardin Remarquable’ (Het label opgericht in 2004, onderscheidt tuinen en parken van cultureel, esthetisch, historisch of botanisch belang, zowel openbaar als privé) en een van de vier tuinen die samen de botanische tuinen van Parijs vormen. De andere zijn ‘Parc Floral de Paris’, het ‘l’Arboretum de l’ecole du Breuil’, beiden in het Bois de Vincennes en de ‘Jardin des Serres d’Auteuil net als het Parc de Bagatelle in het 16e arrondissement.



Zelfs op winterdagen kun je altijd rustige plekjes vinden om je helemaal los te maken van het dagelijkse hectische leven

Het bloeiseizoen in het park begint in het voorjaar met de voorjaarsbollen en de clematis. Daarna gaat het verdere met de irissen en de rozen (juni en juli). Verder in het seizoen bloeien de geraniums, asters en chrysanten en de laatbloeiende clematis. Tijdens je wandeling, mogelijk in alle seizoenen, worden al je zintuigen geprikkeld. Het park is daarom een plek om keer op keer te bezoeken als je ten volle wilt genieten van de schatten die het herbergt. Zelfs op winterdagen kun je altijd rustige plekjes vinden om je helemaal los te maken van het dagelijkse hectische leven. Mijn tip: voeg dit pareltje van Parijs toe aan je ‘must visit’ lijst van Parijs.

 

Parc de Bagatelle

Het adres is Allée de Longchamp, Route de Sèvres à Neuilly, Bois de Boulogne, in het 16e arrondissement.

Om daar te komen neem je de metro naar Pont de Neuilly (lijn 1) en vervolgens buslijn 43 of de metro naar Porte Maillot (lijn 1) en vervolgens buslijn 244.

TIP: Buslijn 43 die vertrekt vanaf het Gare du Nord stopt voor de ingang.

Ik ben gaan lopen vanaf metrostation Porte Dauphine (lijn 2), dwars door het Bois de Boulogne naar het Parc de Bagatelle. Een heerlijke wandeling van 40 minuten.

Voor openingstijden die verschillen per seizoen check de website. 



1 opmerking: