donderdag 11 december 2025

NOËL PARISIEN

 

Trouwe lezers van mijn blogs weten dat ik ze jaarlijks informeer over wat er allemaal te doen is met Kerst in Parijs. Gek genoeg zou ik de blogs van voorgaande jaren zo kunnen kopiëren en plaatsen. Want ook Parijs houdt van traditie met prachtig versierde straten, etalages van grote warenhuizen met bewegende animaties en kerstthema’s, een genot voor kinderen, maar ook voor de ouders. Natuurlijk een grote variëteit aan kerstmarkten, attracties waaronder schaatsbanen op unieke locaties. Kortom Kerst in Parijs is altijd een groot zinnenprikkelend feest.



 

Dus laten we maar beginnen: dit keer pak ik het net als in 2023 iets anders aan. Dit keer maak ik jullie deelgenoot van mijn favoriete top 10 plus 1 over wat er zoal te doen is in Parijs gedurende de decemberperiode en mede dankzij de prachtige foto’s van mijn Parijsvriend Ronald Balder wordt je ook nog eens visueel overdonderd door de pracht en praal van deze stad. Klaar….. “On y va!”.


Foto © Ronald Balder

 

1: De niet te evenaren kerstboom van Galeries Lafayette 

Al sinds 1976 weet Galeries Lafayette Haussmann je jaarlijks tijdens de kerst weer te verrassen. In het midden van het warenhuis staat traditiegetrouw een immense kerstboom onder de 43 meter hoge koepel. Deze enorme koepel werd ingehuldigd op 8 oktober 1912, doordrenkt van art nouveau en Byzantijnse stijl, met rijk geornamenteerde balustrades versierd met metalen bladeren, een creatie van Louis Majorelle. 10 Balken ondersteunen een groot aantal glas-in-loodramen die met elkaar zijn verbonden door een metalen frame versierd met bloemmotieven, een creatie van Jacques Grüber. Thema van dit jaar is ‘Le plus beau des Cadeaux’.


Galeries Lafayette Haussmann - Foto © Ronald Balder


Galeries Lafayette Haussmann, boulevard Haussmann 40, 9e arrondissement, metrostation Chaussée d’Antin - Lafayette, Lijn 7 & 9

 

2: De etalages vol animaties van Galeries Lafayette en Printemps 

Voorbij de hoofdingang van Galeries Lafayette aan de boulevard Haussmann nummer 40 beginnen de geanimeerde thematische kerstetalages van Galeries Lafayette en het warenhuis Printemps. Prachtig om te zien hoe die kleine kinderen genieten, met hun snoetjes gedrukt tegen de etalages. Eigenlijk is het een feest voor jong en oud. Houd wel rekening met enorme drukte. Soms is er geen doorkomen aan. TIP: let goed op je spullen want in die drukte zijn ook zakkenrollers actief. Thema van Printemps dit jaar is ‘Un Noël à New York’.




Galeries Lafayette Haussmann - Foto's © Ronald Balder





Printemps Haussmann - Foto's © Ronald Balder



Boulevard Haussmann - Foto's © Ronald Balder


Galeries Lafayette & Printemps, boulevard Haussmann 9e arrondissement, metrostation Chaussée d’Antin - Lafayette, Lijn 7 & 9

 

3: Place Maurice Barrès, rue Saint-Honoré 

Het is weer die tijd van het jaar waarin retailers ons trakteren op etalages met een kerstthema. Ze zijn ontworpen om ons te verleiden al onze cadeaus, inclusief cadeaus voor onszelf, bij hun modehuis te kopen. De concurrentie is dus behoorlijk hevig. Laat het aan Chanel en Dior om elk jaar weer ‘over the top’ uit te pakken. Rue Saint Honoré, vol met bekende modehuizen, maar eenmaal bij de place Maurice Barrès, laten Chanel en Dior zien dat ze van goeden huize komen.


Chanel rue Saint-Honoré - Foto's © Ronald Balder




Dior Saint-Honoré - Foto's © Ronald Balder





Le Village Royal, rue de la Paix (zijstraat rue Saint-Honoré) - Foto © Ronald Balder

 

4: Avenue Champs-Élysées 

Dit jaar weer een wereldprimeur. Met Kerstmis 2025 vindt voor het eerst een unieke lichtshow plaats aan de Parijse hemel. In totaal 430.000 led-lampjes in 400 bomen verlichten ’s  werelds mooiste avenue. Over bijna vier kilometer lengte wordt de beroemde avenue omgetoverd tot een veelkleurig en magisch klank- en lichtspel. Elke led is namelijk afzonderlijk aanstuur baar wat weer dynamische variaties mogelijk maakt. Elke dag wordt er vanaf 17.00 uur een nieuwe show gepresenteerd en net als de Eiffeltoren zal de avenue elk uur (vanaf 18.00 uur tot 23.00 uur) vijf minuten lang schitteren.



Champs Élysées, 430.000 led-lampjes in 400 bomen - Vendôme - Foto © Ronald Balder

 

5: De ijsbaan van Galeries Lafayette Paris Haussmann 

Een tijdelijke ijsbaan met uitzicht over heel Parijs. Schaatsen bovenop het dakterras van Galeries Lafayette combineert panoramische uitzichten, een feestelijke kerstsfeer en plezier voor het gehele gezin. Je hebt direct uitzicht op de Opéra Garnier, De Madeleinekerk, de Eiffel- toren en de Sacré-Coeur. De ijsbaan is van maandag t/m zondag geopend van 10.30 uur tot 19.00 uur. Op zondag pas vanaf 11.30 uur. De toegang bedraagt € 16 voor volwassenen en € 7,50 voor kinderen tot 12 jaar. De toegangsprijs is inclusief de huur van de schaatsen.


Dakterras Galeries Lafayette Haussmann


Dakerras Printemps Haussmann - Foto © Ronald Balder

 

6: Grand Palais des Glaces 2025 

Inderdaad, ze wedijveren met elkaar. Je wisselt een panoramisch uitzicht over Parijs af met een gigantische en iconische ijsbaan onder het glazen dak van het Grand Palais. Het prachtig gerestaureerde ‘wereldwonder’ uit de tijd van de Belle Époque. 3.000 Vierkante meter schaatsplezier. En als de avond valt, verandert de sfeer. Voor het eerst transformeert ’s werelds grootste ijsbaan in een dansvloer. Op het menu: dj-sets, goede vibes, discoballen en spectaculaire lichtprojecties. Per dag zijn er drie verschillende time-slots: 10.00 tot 13.00 uur / 14.00 tot 19.00 uur / 20.00 uur tot 02.00 uur. Kaarten vanaf € 20,00. Kinderen  € 15,00. Vooraf boeken wordt sterk geadviseerd want de tickets zijn snel uitverkocht.


Een iconische ijsbaan onder het glazen dak van het Grand Palais


Voor het eerst transformeert ’s werelds grootste ijsbaan 's avonds in een dansvloer


Grand Palais, avenue du Champs-Élysees 3, metrostation Champs-Élysées Clemenceau, lijn 1.

 

7: Le Festival du Merveilleux 

Slechts één keer per jaar heb je de kans om als 'gewone' bezoeker binnen te kijken in één van de best bewaarde geheimen van Parijs. Een juweeltje, dat alléén tijdens deze  kerstperiode geopend is voor het publiek. Normaal kun je hier uitsluitend terecht op afspraak. Het is gevestigd op een van de mooiste verborgen stukjes Parijs, in de oude wijndepots van Bercy (12e). Het Musée des Arts Forains, gesitueerd in een kwadrant, tussen de rue des Pirogues de Bercy, rue Baron le Roy, avenue des Terroirs de France en de rue l'Heureux. 1,5 Hectare groot en inmiddels benoemd tot cultureel erfgoed. In een van de voormalige wijnmagazijnen, gebouwd door een leerling van Eiffel, is het kermismuseum gevestigd. De Fransman Jean-Paul Favand verzamelde gedurende 35 jaar duizenden zeldzame objecten, daterend van 1850 tot 1930, uit de wereld van; kermissen, entertainment, variété, theater en music hall. Het is een van de belangrijkste particuliere kermis kunstcollecties van de wereld, zo uniek, dat het zelfs als decor diende in de heerlijke film van Woody Allen, 'Midnight in Paris'.



Musée des Arts Forains

 


Het zeer bijzondere interieur van het Musée des Arts Forains zal bij wijze van uitzondering worden opengesteld van 10.00 uur tot 18.00 uur voor het publiek van 26 december 2025 tot en met 4 januari 2026. Hier kun je kennismaken met de dromerige en surrealistische fantasiewereld van de kermis tijdens 'Le Festival du Merveilleux'. Verder heb je ook de unieke kans om een bezoek te brengen aan de Venetiaanse kamers (Salons Vénitiëns) het Théâtre du Merveilleux en de nieuwe magische spiegelzaal 'le Magic Mirror'. Dit paviljoen, daterend uit 1925, gebouwd in exotische houtsoorten, waaronder mahonie, is een van de nog zes resterende originelen in de wereld. De binnenplaatsen tussen de depots zijn helemaal in kerstsfeer met grote houtvuren en optredens van diverse variété artiesten, dit alles geheel in de stijl van de Belle Epoque, het Parijs van 1900. Entree € 22,80  Kinderen tot 11 jaar € 14,80. Ik raad je aan om je tickets vooraf online te kopen.





Musée des Arts Forains, 53 Avenue des Terroirs de France, 12e arrondissement’ metrostation Cour Saint Emilion, Lijn 14.

 

8: Place Vendôme 

Op loopafstand van de boulevard Haussmann ligt de monumentale rue de la Paix, welke uitkomt op een van de mooiste pleinen van Parijs, de place Vendôme, zeker nu met de kerst met haar indrukwekkende kerstbomen.  Aan de rechterzijde het super chique Ritz hotel met naast de hoofdingang een pop-up store waar je overheerlijke chocolat chaud kunt bestellen of patisserie van de maître Patissier.  Daarnaast het juweliershuis Cartier. Bekijk zeker de etalages aan de overzijde van Van Cleef & Arpels, Chanel Joaillerie met als thema ‘Cabinet de curiosité Chanel Noël 2025’, verder Piaget, Chaumet, Patek Phillippe, Dior en de prachtige kerstthema’s van Louis Vuitton.







Place Vendôme - Foto © Ronald Balder

 


Pop-up store Ritz Hotel Paris - Foto © Ronald Balder



Louis Vuitton Vendôme - Foto's © Ronald Balder




9: Het paradepaardje van LVHM ; La Samaritaine 

Bij La Samaritaine draait het bij de viering van Kerstmis en Nieuwjaar om de kunst van het geven. Het thema van dit jaar, ‘Paris m'emballe’, Parijs omhult me. La Samaritaine Paris transformeert in een geschenk dat wacht om geopend te worden. Gigantische linten en lichtlussen slingeren zich om de gevel en langs de grote hal – klassiek, tijdloos en doordrenkt met die onmiskenbare Parijse poëzie. Nog te zien tot en met 6 januari 2026.


La Samaritaine pakt uit deze Kerst - Foto's La Samaritaine




La Samaritaine, rue de la Monnaie 19, 1e arrondissement, metrostation Pont Neuf, lijn 7

 

10: Les Marchés de Noël 

Jardin des Tuileries

Vooral ‘s  avonds zijn de kerstmarkten een van de hoogtepunten voor vele Parijzenaars maar zeker voor de toeristen. Houten chalets, gezellige kerstverlichting voeren je mee in een betoverende reis naar het land van de Kerstman. Ik beperk mij tot de mooiste kerstmarkten.

 

Jardin des Tuilleries - Foto © Ronald Balder


De meest beroemde is de kerstmarkt van de Tuilerieën. Deze kerstmarkt werd dit jaar verkozen tot een van de beste van Europa. Tot en met 4 januari 2026, van 11.00 uur tot 23,45 uur, geniet je in een uitzonderlijke omgeving tussen het Louvre en de Place de la Concorde van zo’n 80 chalets gewijd aan gastronomische gerechten, raclette, pretzels, fondue, wafels en glühwein, overheerlijke gerechten uit de Elzas tot Bretagne. Ook is er een ijsbaan waar je kunt genieten van 250 vierkante meter ijsplezier. En wat zeker niet mag ontbreken is het enorme reuzenrad voor een spectaculair uitzicht over de daken van Parijs.


De kerstmarkt van de Jardin des Tuilleries 
Foto's © Ronald Balder
 

Parvis de Notre-Dame

Op het plein voor de statige en pas gerestaureerde Notre-Dame bevindt zich een van de charmantste kerstmarkten van Parijs. Een pittoreske kerstmarkt met een 30-tal exposanten die hun passie delen voor kleding & accessoires van het label ‘Fabriqué à Paris’. Verder Franse ambachten en luxe gastronomische gerechten. Metrostation Saint-Michel, lijn 4 en RER B & C – Cité, lijn 4

 

Montmartre

Op het plein gelegen naast de Guimard metroingang van het metrostation Abesses. Een mooie traditionele maar vooral gezellige kerstmarkt met veel handgemaakte producten en traditionele gerechten zoals escargots, gebakken champignons of raclette. Geniet hier ook van een glaasje in de aanwezige champagnebar. Alle dagen geopend van 10.00 uur tot 20.00 uur.

Metrostation Abesses, lijn 12.

 


Quai Jacques Chirac – Tour Eiffel

Nog zo’n leuke kerstmarkt, deze keer aan de voet van de Eiffeltoren! Het kerstdorp is gelegen aan de Quai Jacques Chirac. Wandel tussen de 60 kleine chalets en andere foodtrucks met regionale producten. Neem een warme glühwein en geniet van het prachtig uitzicht op de Eiffeltoren in Parijs. Een van de kerstmarkten met misschien wel het meest fotogenieke uitzicht.

 

10 plus: Avenue Montaigne 

Na de Champs-Élysées is de feestverlichting nergens zo spectaculair als op de Avenue Montaigne. Elk jaar verandert deze elegante straat in een glinsterend wonderland. Duizenden fonkelende lichtjes verlichten de statige bomen, glinsterende en haast magische decoraties versieren de modehuizen en betoverende etalages zorgen voor een vleugje kerstmagie. December belooft een feestelijke maand te worden op de avenue. Twee gebouwen schitteren elk jaar net iets feller: op nummer 30 van de avenue Montaigne, de legendarische bakermat van het huis Dior. 


Dior avenue MontaigneFoto's © Ronald Balder








Van 15 november 2025 tot 4 januari 2026 wordt de iconische gevel versierd met een schitterend rad van fortuin, bezaaid met de tijdloze codes van Dior: delicate bloemen, sterren, vlinders en kostbare talismannen. En……. De voorgevel van vijf sterren hotel, Hôtel Plaza Athénée,  op nummer 25. 

Dus mocht je nog geen plannen hebben voor de kerst dan hier een quote van Audrey Hepburn:

“Paris is always a good idea”.

Fijne kerstdagen.


dinsdag 2 december 2025

METRODESIGN DOOR DE JAREN HEEN


Laatst bladerde ik weer door mijn fotoarchief met honderden foto's waarop ik de diversiteit, de bijzondere vormgeving en de sfeer van de Parijse metro heb vastgelegd. Dit bracht mij op het idee om u eens door een andere bril naar de metro te laten kijken, want al sinds 1900 speelt het design en de architectuur een belangrijke rol in het ontwerp van de hoofdstedelijke metro. Bij mijn bezoeken aan Parijs breng ik veel tijd onder de grond door. Het liefst laat in de avond, wanneer de perrons en metrogangen verlaten zijn. Dan pas valt het op hoeveel moois er is te ontdekken aan kunst, bijzonder tegelwerk en design. Zonder dat je er erg in heb passeer je 125 jaar historie. Parijs heeft vreemd genoeg nog geen Metromuseum. Maar gelukkig is de RATP van plan om in 2032 een museum voor het Parijse stedelijk vervoer te openen in de onderhoudswerkplaatsen van Championnet, in het 18e arrondissement op nummer 11 van de rue Belliard. Dit werd hoog tijd, want Parijs kent 308 metrostations en allemaal vertellen ze hun eigen geschiedenis. 




Elke dag nemen meer dan 4 miljoen mensen de metro in Parijs om hun werkplek te bereiken, hun vrienden te bezoeken, of om gewoon door Parijs te toeren. Totaal maken 1,5 tot 1,9 miljard mensen per jaar gebruik van de metro. De populaire Franse uitdrukking "métro, boulot, dodo", (metro, werken, slapen) symboliseert het belang van dit vervoermiddel voor het leven in een stad als Parijs. Met zowat elke 500 meter een metrostation heeft Parijs het meest geconcentreerde en dus ook het beste netwerk van de wereld.



 Aanleg van lijn 1 onder de rue de Rivoli 1898

Even wat geschiedenis

Het waren de Franse ingenieurs Brame en Flachat, van de spoorwegmaatschappij Paris-Saint-Germain, die in 1855 met het idee kwamen, om een gesloten ondergronds netwerk aan te leggen van Gare du Nord naar de markthallen in het centrum van Parijs. Dit om de aanvoer van goederen naar de 'Buik van Parijs' efficiënter te laten verlopen. Waren deze plannen direct uitgevoerd, dan was Parijs de eerste stad in de wereld met een metro. Echter, het duurde een halve eeuw voordat de eerste metrolijn werd geopend en wel op 19 juli 1900. Speciaal aangelegd voor de wereldtentoonstelling.  London was in 1863 de eerste stad met een metro, gevolgd door New York in 1868 en Glasgow en Budapest in 1896.

 

Het logo van de CMP; de Compagnie du chemin de fer métropolitain de Paris


Tijdens de 'Exposition Universelle' van 1900 werd de eerste lijn van de 'Métro de Paris' in gebruik genomen. Lijn 1, geopend op 19 juli 1900, 10,3 kilometer lang en liep geheel ondergronds van Porte Vincennes naar Porte Maillot. Het project stond onder leiding van ingenieur Fulgence Bienvenüe, die later geëerd is met een metrostation: Montparnasse-Bienvenüe. 17 Maanden lang werd door 2000 arbeiders gewerkt om een traject van 10,3 kilometer ondergronds aan te leggen. De lijn was eigendom van de 'Compagnie du chemin de fer métropolitain de Paris' de CMP. Deze metro was vanaf dag een een hit. Een kaartje 2e klasse koste in die tijd 0,15 Franse Franc en 0,25 Franse Franc voor reizen in de 1e klasse. Nu loopt de metro van Porte Vincennes naar La Défense en is meteen de drukste metrolijn van Parijs. Ruim 700.000 passagiers per dag, met een jaartotaal van 168 miljoen per jaar.  Al snel volgden er meerdere lijnen: Lijn 2 in 1900, lijn 3 in 1904, lijn 5 in 1906, Lijn 6 in 1907 en lijn 4 in 1908.



 Het interieur van een van de treinen van de CMP

In 1902 was het een visionair uit Lyon, de ingenieur Jean-Baptiste Berlier, die op het idee kwam om in Parijs een metro aan te leggen met een techniek die ook werd gebruikt voor de Londense metro. Daarvoor richtte hij de 'Société du chemin de fer électrique souterrain du Nord-Sud de Paris' op. Een concurrent voor de CMP. Hij wilde met twee lijnen. A en B, het zuiden met het noorden van Parijs verbinden. De eerste lijn A kun je het beste vergelijken met de huidige lijn 12 van Porte de Versailles naar Porte de la Chapelle. De tweede, lijn B, met de huidige lijn 13 van Saint-Lazare naar Porte de Saint-Ouen. Een deel van de bouw van  metrolijn 12, namelijk het traject onder Butte Montmarte, tussen Abbesses en Lamarck-Caulaincourt. heeft 24 jaar geduurd. Het station Abbesses is het diepst gelegen station van Parijs, 36 meter onder de grond en Lamarck-Caulaincourt, 25 meter onder de grond. De aanleg van de twee Nord-Sud-lijnen kwam mede tot stand dankzij de stad Parijs, die de kosten van het omleggen van alle riolen voor haar rekening nam.


Het logo van de Société du chemin de fer électrique souterrain du Nord-Sud de Paris terug te zien in al het tegelwerk

 

In 1910 werd een nieuwe concessie uitgereikt aan de 'Société Berlier-Janicot ligne Nord-Sud' (lijn 12 Mairie d'Issy - Porte de la Chapelle). Uiteindelijk ontstaat er in 1949 - 1950 één vervoersmaatschappij voor de regio Parijs voor zowel metro als bus, de 'Régie autonome des transports parisiens', de RATP. Tot en met vandaag is de RATP verantwoordelijk voor heel het vervoer in de Parijse regio per metro, tram en bus. De RATP is weer een onderdeel van de STIF 'le Syndicat des transports d'Îlle-de-France'.


Metrostation Sèvres-Babylone, lijn 10 & 12 met prachtig tegelwerk

 

Design

Decoratieve elementen verschenen al in 1900 in stationsgangen. Ze dienden als leidraad en waren bedoeld om reizigers te helpen hun weg te vinden, van de stationsingang naar het perron en vice versa naar de uitgang. Deze oorspronkelijke functie is nog steeds actueel, ondanks enkele aanpassingen in het kader van de metrovernieuwing.




De meeste stations hebben een elliptisch gevormd gewelf met een hoogte van 5,7 meter. De perrons waren oorspronkelijk 75 meter lang . Na 1930 kregen ze een lengte van 105 meter en de nieuwe stations hebben een lengte van 90 meter. Diverse materialen werden getest voor de afwerking van de stations. In de stations Porte de Vincennes en Porte Dauphine kun je nog de eerste gebakken tegels ontdekken. Uiteindelijk koos men, vanwege de hoge lichtreflectie, voor de beroemde witte, vierzijdig afgeschuinde, geglazuurde metrotegels van zandsteen die werden gefabriceerd door het bedrijf Boulenger in Choisy-le-Roi, Val-de-Marne.



De beroemde witte, vierzijdig afgeschuinde, geglazuurde metrotegels van zandsteen werden gefabriceerd door het bedrijf Boulenger in Choisy-le-Roi, Val-de-Marne

 

Al in 1898 werd er door de Gemeente Parijs een prijsvraag uitgeschreven voor het ontwerp van de ingangen van de metrostations in Parijs. Hoewel architect Hector Guimard niet had deelgenomen aan de prijsvraag, kreeg hij door tussenkomst van een vriend, die tevens voorzitter was van de Parijse gemeenteraad, toch de opdracht voor deze 'bouches de métro'. Mede onder druk van Edouard Empain, die de architectuur ervan wilde toevertrouwen aan een adept van de art nouveau en volgeling van Victor Horta, Hector Guimard (1867-1942).



De ingang van Porte Dauphine ontworpen door Hector Guimard

Guimard ontwierp vreemde ijzeren ingangen, met beschuttende glazen luifels die op libellenvleugels leken en groen geverfde gietijzeren staanders met organisch gevormde lampen als bloemknoppen, op slanke metalen stengels. De uit steen en smeedijzer opgebouwde zwierige werken waren gedeeltelijk geïnspireerd door de Japanse kunst en door de plantenwereld. 



Zichtbare details gedeeltelijk geïnspireerd door de Japanse kunst en door de plantenwereld




Het hekwerk bestond uit vijf verwisselbare ijzeren standaard elementen, die in naturalistische vormen waren gegoten. Zij vormen tevens de omlijsting voor geëmailleerd glas en staal. Let eens op de hekken aan de buitenzijde; zijn deze voorzien van volle en bolle schermen met een sierlijke M dan bent u bij de hoofdingang van het metrostation. Zijn de schermen opengewerkt zonder M dan bent u bij een van de zij-ingangen van het station. De ingangen, 167 in totaal, doken in vier jaar tijd overal op in de straten van Parijs en bezorgden Guimard zowat eeuwige roem. De allermooiste zijn die van Porte Dauphine (in 1999 volledig gerestaureerd) en Place Abbesses. De vernieuwingsdrang tussen 1920 en 1960 zorgde er voor dat veel van deze iconische ingangen zijn verdwenen. Op 27 juli 1965 werden de ingangen verklaard tot cultureel erfgoed, wat de redding bleek voor de overgebleven 67 ingangen die nu gelukkig voor het nageslacht bewaard blijven.



 Gelukkig zijn 67 ingangen ontworpen door Hector Guimard bewaard gebleven



Kenmerkend voor de ontwerpen van Guimard gegoten in naturalistische vormen

Opvallend bij alle stations van de vroegere Nord-Sudlijn is de luxe aankleding van de stations, herkenbaar aan de signatuur van de beide architecten; Lucien Bechmann en later die van Adolphe Derveaux. De interieurs voorzien van rijk geornamenteerd tegelwerk op de muren. Esthetische smeedijzeren ingangen voorzien van geglazuurd tegelwerk, mooi oker van kleur met ingebakken sjablonen van guirlandes met bloemen. Nog steeds zie je op vele plaatsen de smeedijzeren totems voorzien van witte letters op rode panelen met de woorden Metro of Metropolitain. Hieraan herken je onmiskenbaar de vroegere stations van de Société Nord-Sud. Prachtige voorbeelden zijn te zien bij de stations van Porte de Versailles, Sèvres-Babylone, Vaneau. Voor het interieur van de stations werd een beroep gedaan op de beste fabrikanten van geglazuurd aardewerk in Frankrijk. 



De interieurs van de Nord-Sudlijn zijn voorzien van rijk geornamenteerd tegelwerk op de muren





De gangen van de stations werden voorzien van banen met gekleurde tegels, met een golvend motief op ooghoogte, die de reizigers als het ware naar de perrons toe leiden. De gekleurde tegels hadden ook een betekenis: Groen voor de belangrijkste stations met verbindingen naar andere stations. Bruin voor de tussenstations. De enige uitzondering is het station Madeleine (lijn 12) met banen van blauwe tegels. De omlijsting van de reclameborden werden rijkelijk voorzien van fraai geornamenteerde tegels met bovenaan en in de hoeken de initialen N & S, Nord-Sud. De namen van de stations op de perrons, uitgevoerd in witte tegels, ingelegd weer in blauw tegelwerk, eveneens omrand door de kleur groen of bruin afhankelijk van de belangrijkheid van de stations. 








Veel geglazuurd aardewerk werd geleverd door les faïenciers de Gien en H. Boulenger & Cie de Choisy-le-Roi. Prachtige voorbeelden zijn de perrons van de stations Solferino (lijn 12), Sèvres-Babylone (lijn 12), het onlangs gerestaureerde Notre-Dame des Champs (lijn 13) en de rotonde van het station Saint-Lazare waar twee lijnen bij elkaar komen, lijn 12 en 13. De signatuur werd zo mooi gevonden door de concurrent CMP dat deze al snel werd overgenomen.



Tegelwerk te zien in het metrostation Gare d'Austerlitz




Parijs kent drie metrolijnen waarvan een deel 5,2 meter boven de grond loopt. Lijn 2 geopend in 1900, een deel van lijn 5 geopend in 1907 en lijn 6 geopend in 1908. Wat meteen opvalt is het werkelijk bijzondere ontwerp van de bovengrondse stations, allemaal 75 meter lang en gebouwd hoog boven de grond, op grote neoklassieke ijzeren pilaren. Dit alles naar een ontwerp van de Franse architect Jean Camilla Formigé en verwezenlijkt door de werkplaatsen van J. Leclaire in Montreuil, die ook de opdracht kregen voor alle 22 meter lange viaducten van metrolijn 6 en het viaduct van het station Austerlitz. Alle hoog boven de weg gelegen stations van lijn 2, links en rechts geflankeerd door betonnen steunen voorzien van het wapen van de stad Parijs, zijn aan de voorzijde en de achterzijde voorzien van glas met daaronder sierlijke bouwelementen voorzien van guirlandes en afbeeldingen van stoomtreinen en bijenkorven.  De perrons overdekt met als het ware gedrapeerd glas, gelijkend gordijnen. Deze oplossing werd later te duur gevonden. Bij lijn 6, gebouwd tussen 1900 en 1909 werden de bovengrondse stations opgetrokken in tweekleurig baksteen. Sommige viaducten van lijn 6 zijn voorzien van schilden met de initialen VP wat staat voor 'Ville de Paris'.



 Een van de bovengrondse stations van lijn 2



De bovengrondse stations van lijn 6 zijn uitgevoerd in tweekleurig baksteen

 

Heel bijzonder is het metrogedeelte van lijn 5 tussen Gare de Lyon en Saint Marcel. De bovengrondse metro, gebouwd in 1903-1906 loopt dwars door het station Austerlitz (gebouwd in 1888 door de Compagnie du Chemin de fer de Paris à Orleans) over metalen viaducten elk 50 meter lang en 10 meter boven de grond. Om deze verbinding tot stand te brengen was een viaduct noodzakelijk dat de Seine moest overspannen over een lengte van 140 meter. Tot 1996 de grootste brug van Parijs. In het metrostation van Austerlitz vind je een van de mooiste voorbeelden van de rijkdom van de Ligne Nord-Sud; Grote pilasters uitgevoerd in zacht groen geglazuurd aardewerk.




De ontdekking van de kracht van reclame

 

Periode 1952 - 1967

Net na de Tweede Wereldoorlog, na de samenvoeging in 1949 van de 'Compagnie du chemin de fer métropolitain de Paris' met de 'Société Berlier-Janicot ligne Nord-Sud', tot één vervoersmaatschappij voor de regio Parijs voor zowel metro als bus, de 'Régie autonome des transports parisiens', de RATP, begon ook meteen de eerste vernieuwingsdrang. Men ontdekte het grote geld van de reklame. Tussen 1952 en 1960 werden de prachtige tegelwanden op de perrons voorzien van een metalen voorzet structuur met grote billboard wanden, geschikt voor posters met een afmeting van vier bij drie meter. Verlichting maakte plaats voor TL-buizen. Houten bankjes werden vervangen door metalen stoeltjes. Het eerste station dat volledig op de schop ging was Franklin D. Roosevelt (lijn 9) 72 andere stations volgden snel. In 1957 kreeg dit station een designprijs voor het interieur van gekleurd metaal, glas en roestvrij staal, om op 2011 weer volledig op de schop te gaan.


Het oude en het nieuwe metrostation Franklin D. Roosevelt, lijn 1




Periode 1965 - 1974

Flowerpower was in late jaren 60 en vroege jaren 70 een jeugdcultuur afkomstig uit de Verenigde Staten. Flowerpower drukte zich uit in kleding en haardracht: fleurige patronen en kleuren, haarbanden, slippers, ruw katoenen hemden, wijdvallende kleding (vaak naar Indiase snit), of juist superstrakke kleding: de hotpants en de minirok deden hun intrede om de onafhankelijkheid van de vrouw te benadrukken. Een dertigtal metrostations kleurden oranje. Men koos voor de kleur oranje omdat die kleur in die tijd stond voor warmte, dynamiek en moderniteit. Het station Mouton-Duvernet (lijn 4) was het eerste station dat onder handen werd genomen. Wanden werden betegeld met gele en oranje tegels en de verlichting maakte plaats voor lange goten voorzien van TL-buizen en het licht werd geconcentreerd op de grote reklame panelen.  Zelfs de metrokaartjes werden oranje. Men introduceerde de Carte Orange. Toch werd deze stijl snel verlaten. Onderzoek wees uit dat de kleur oranje te veel licht absorbeerde en als te agressief werd ervaren.  Havre-Caumartin (lijn 9) is nog een van de weinige stations waar de zogenaamde 'Moutonstijl' nog zichtbaar is.

 

Gangen worden voorzien van lange goten met TL-buizen en het licht werd geconcentreerd op de grote reklame panelen


Periode 1974 - 1984

Onder de leiding van Pierre Giraudet, een vroegere CEO van de Luchthaven Parijs presenteerde de ontwerper Joseph-André Motte een geheel nieuwe stijl aan de daarvoor aangestelde commissie; La commission esthétique van de RATP. In de voor restauratie in aanmerking komende stations moest weer eenheid komen. Op de perrons de terugkeer van de originele witte metrotegels, twee banen verlichting die zowel de perrons als de plafonds verlichten en nieuw meubilair, dit alles in één steunkleur.  De verlichting werd verpakt in lange bakken die tevens de mogelijkheid gaven om kabels voor verlichting en techniek onzichtbaar weg te werken. Het aantal lux werd verdubbeld van 100 naar 200 en de lichtkleur veranderde van wit naar warm wit. Stoeltjes werden geplaatst op betegelde plateaus en de toegangen werden betegeld in dezelfde (steun) kleuren met bijzondere namen: Blauw - bleu Motte, groen - vert d'Alsace en lila - rose tyrien. voorbeelden van deze stijl zijn te zien in de stations Alma-Marceau, Gare du Nord, Porte de Charenton en Ledru-Rollin. 98 stations werden in die periode gerestyled.


Op de perrons de terugkeer van witte metrotegels

 

Periode 1985 - 1992

De stijl 'Ouïdire'; deze stijl markeert een dertigtal stations. Een strakke witte vormgeving met lichtbanen die de gewelven indirect verlichten in de kleuren van de regenboog.  Een andere innovatie uit die tijd zijn bankjes waar je niet op gaat zitten maar staand plaatsneemt. Randen om de billboards, meubilair en verlichting worden uitgevoerd in een kleur per station. Bijvoorbeeld blauw voor Pigalle (lijn 2), rood voor station Ourq (lijn 5), geel voor station Alésia (lijn 4) en groen voor station Cité (lijn 4). 

Periode na 1998

Het programma voor de vernieuwing van de metro, dat in 1998 van start ging, bestaat uit een eigentijdse herinterpretatie van de bestaande identiteit en stijl van de historische metro (bewegwijzering op geëmailleerde platen, afgeschuinde witte tegels, gekleurde friezen op de gangen), zij het in een vereenvoudigde vorm. De decoratieve verscheidenheid aan patronen en kleuren van de aardewerktegels die in de eerste 50 jaar van het netwerk verschenen, wordt aldus samengevat in twee patronen (ruit en golf voor het oude Noord-Zuidnetwerk) en drie kleuren (bruin, groen, blauw). Van de stationsingangen tot de perrons behoudt het vernieuwingsprogramma de fries op ooghoogte om reizigers te begeleiden, met enkele specifieke kenmerken voor de grotere stations. Nation en Bastille zijn daarom voorzien van een specifieke fries in respectievelijk metaaltinten zilver en goud, en in Châtelet–Les Halles zijn nieuwe patronen gekozen om de verschillende sectoren van dit enorme overstapknooppunt te onderscheiden: Seine (blauw), Rivoli (goud) en Canopée (zilver).


De decoratieve verscheidenheid aan patronen en kleuren van de aardewerktegels die in de eerste 50 jaar van het netwerk verschenen, wordt aldus samengevat in twee patronen, ruit en golf voor het oude Noord-Zuidnetwerk 


Ik hoop, mede door deze blog, dat je straks met heel andere ogen de metro in gaat. 


Onderstaand nog een aantal voorbeeldenvan  metrosignatuur die gelukkig in stand zijn gebleven.