zaterdag 10 september 2011

EEN WANDELING LANGS DE ''RIJKEN''

In het zuiden van Parijs bevindt zich nog een van mijn juweeltjes. Enkele minuten verwijderd van de drukte van Montparnasse ligt het tweede grootste park van Parijs. Aangelegd in de tijd van Haussmann ligt hier een van de best bewaarde geheimen van Parijs: Parc Montsouris. Een park als een Engelse tuin, met glooiende hellingen, golvende paden die bij elke bocht weer onverwacht zicht geven op valleitjes, rotspartijen, balustrades, water en prachtige "lawns". Bijna ongemerkt verborgen achter grote bomen of langs hoge wallen loopt verdiept in de grond het regionale netwerk van de RER (ligne B) over de oude spoorlijnen van de Petite Ceinture en de ligne de Sceaux.


Door het park loopt ook de monumentale meridiaan van Parijs. 135 ronde koperen plaatjes, een ontwerp van de Nederlandse kunstenaar Jan Dibbets, als eerbetoon aan de astronoom en wetenschapper Francois Arago. Ex nieuwslezer en journalist Philip Freriks heeft alle koperen plaatjes in kaart gebracht en omschreven in zijn boek; "Het spoor van de Monumentale Meridiaan". Volgens dit boek zijn de plaatjes nrs. 15 t/m 20 te vinden in het park.


Aan de overkant van het park, zeker niet vergeten, ligt de Cité Internationale Universitaire. Op deze prachtige groene campus wonen en leren 5500 studenten uit 130 verschillende landen. Ze wonen in gebouwen die ook het internationale karakter van de universiteit uitstralen; het Huis van Zuidoost Azië, het College van Spanje, het Huis van India, het Zwitserse paviljoen (gebouwd door Le Corbusier) etc. De tuin is vrij toegankelijk en zeker de moeite van een bezoek waard.


De betovering van de tuin en het park strekt zich ook uit tot de omliggende straten, impasses en villa's. Aan de westzijde van het park, aan de rue Nansouti, kleine straatjes met prachtige woningen begroeid met wilde wingerds, blauwe regen en kamperfoelie; rue du Parc Montsouris, rue Georges Braque met op nr. 6 het atelier van de kunstenaar. Square Mont Souris, het meest pittoreske straatje van Parijs. Via de avenue Reille en de rue de la Tombe Issoire komen we bij Villa Seurat, een doodlopende straat, op nr. 18 woonde Henri Miller. De Impasse Gauguet, met artiestenateliers uit de jaren dertig. Allemaal miniparadijzen die zich behaaglijk hebben genesteld in een prachtige groene omgeving, het domein van de welgestelden.


Heb je nog even? Op de hoek van de rue de la Tombe-Issoire en de avenue Reille bevindt zich een van de grootste waterreservoirs van Europa; Réservoir de Montsouris, 265m lang, 135 meter breed en 80 meter boven de zeespiegel. Gebouwd tussen 1868 en 1873 door Belgrand op oude kalksteengroeven. Met twee reservoirs die ondersteund worden door 1860 pijlers. Het reservoir onder de grond heeft een diepte van 5 meter en bovengronds, maar geheel afgedekt, een diepte van ruim drie meter.


Omgeven met buitenmuren van meer dan twee meter dik met daarop kleine glazen pomphuisjes die zomaar van de signatuur van Eiffel kunnen zijn. Op de muren gegraveerd de namen die verwijzen naar rivieren in de buurt van Parijs.
 
Deze juweeltjes in het 14e arrondissement kunt u het beste bereiken met de RER Ligne B en dan uitstappen bij station Cité Universitaire (u komt dan uit in het park) of met lijn 4, richting Porte d'Orleans, uitstappen bij Alésia (u begint dan met de groene straatjes).
 
Het spoor van de monumentale meridiaan. Een "petite histoire" van Parijs. 1995 ISBN 90 229 8245 9 - uitgegeven door A.W. Bruna, Utrecht.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten