vrijdag 9 september 2011

PROMENADE PLANTÉE

Parijs is eigenlijk een kleine stad; 12 kilometer van oost naar west en slechts 9 kilometer van noord naar zuid. Met slechts een oppervlakte van 87 km² leven er gemiddeld 20.000 inwoners op een vierkante kilometer. Geen wonder dat de Parijzenaars van hun parken en tuinen houden. Zodra het zonnetje zich laat zien zit iedereen, op de typische groene banken en de smeedijzeren ligstoeltjes, te genieten van de zon. Parijs mag je gerust een "groene" stad noemen met meer dan 274 squares, groene stadsoases, 137 jardins of tuinen en 16 riante parken, dit alles met een gezamenlijke oppervlakte van 3065 hectare en 600.000 bomen.  Het groen wordt aangeduid als bois, jardin, parc, villa, place, square, impasse en cour.



Hier komt de Parijzenaar op adem, hier ontvluchten zij de hectiek van de stad. Verder zijn er op zon- en feestdagen  veertien gebieden gesloten voor het autoverkeer. "Paris Respire", zo heet het project,  geeft wandelaars en fietsers rust en ruimte, van 's morgens 10 uur tot circa 7 uur 's avonds. Zo kun je o.a. heerlijk ongestoord wandelen in de Marais, langs de Seinekaden van Bastille tot aan de Eiffeltoren, langs het Canal Saint Martin, door het Bois de Boulogne,  Bois de Vincennes  en rondom de Jardin du Luxembourg.

Het is natuurlijk ondoenlijk om alle parken van Parijs in deze blog met jullie door te nemen en daarom beperk ik mijzelf tot die oase waar ik steeds zelf blijf terugkeren; de Promenade Plantée.


De Promenade Plantée is een wandeling over een vroegere buurtspoorweg, die de wijk Bastille verbond met de voorsteden. Ooit stond op de Place de la Bastille een groot station, dat in de jaren tachtig werd gesloopt om ruimte te maken voor een ambitieus, monumentaal, openbaar gebouw. Onderdeel van Mitterands Grands Traveaux; de Opéra Paris Bastille. Het oude spoorwegtracé, dat in gebruik was van 1858 tot 1969, is nu een park dat zich uitstrekt van de Place de la Bastille via de Jardin le Reuilly tot aan de Périferique, vlakbij het Bois de Vincennes. Een traject van 4,5 kilometer dat begint achter de Opéra Bastille, boven op een spoorwegviaduct met maar liefst 71 bogen, op zes meter hoogte, aan de Avenue Daumesnil. Dit idee is later gekopieerd door de stad New York met de High Lane uit 2009. De bogen van het viaduct zijn omgebouwd tot winkels, galerieën en kunstnijverheidsateliers en wordt het Viaduc des Arts genoemd. Boven loop je, terwijl je af en toe kunt binnenkijken in een huis- of slaapkamer, tussen de lavendel, rozen en wuivend bamboe. Onder, een vijftigtal ateliers vol met kunstambachten of zoals de Fransen zeggen; "les arts et métiers".

Het tweede deel loopt van de Jardin de Reuilly tot aan Bel Air. Je loopt hoog boven het park over een hangbrug die trilt onder de cadans van de vele joggers. Via een aparte middenberm doorkruis je toch een beetje de stad. In het derde en laatste deel, van Bel Air tot de porte Dorée, wandel je soms langs de vroegere spoorwegberm die aan weerszijden beplant is. De rust maakt plaats door het gedreun van het voorbijrazende verkeer op de ringweg. De promenade eindigt plots bij een ijzeren wenteltrap. Daar sla je rechtsaf en volg je de boulevard Soult tot aan de porte Dorée. Daar vind je de ingang naar Bois de Vincennes.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten