Paris FvdV is een niet commercieel weblog speciaal voor kenners en liefhebbers van de stad Parijs - en voor hen die dat willen worden. Parijs is een stad met een gewichtig verleden, respectabel en gerespecteerd. Het is totaal niet nostalgisch. Parijs is er in geslaagd om, soms op brutale maar altijd op elegante wijze, om te gaan met zijn grootse monumenten. Ze te beschermen en te integreren in de nieuwe dynamiek van de stad. Parijs is een meester op het gebied van herstel en transformatie. U zult er nooit in slagen een volledig overzicht te maken van plekken en verhalen, die allemaal op hetzelfde punt uitkomen en de glorie van deze stad bezingen. toch wil ik een poging wagen. Wekelijks wil ik u niet alleen informeren over wat Parijs nog meer te bieden heeft, maar ook wil ik mijn liefde voor deze stad op u over dragen. In de hoop dat het raakt aan iets wat u herkent of voelt. Ferry van der Vliet.

Privacy verklaring: Indien u weblog Paris FvdV, dat bij Google-Blogger is ondergebracht, leest en reageert op de blogs van Paris FvdV, doet u dat vrijwillig en is uw IP-adres en mailadres - indien u dat vermeld - bekend en wordt opgeslagen. Ook uw schuilnaam waaronder uw reageert wordt opgeslagen. Paris FvdV zal uw gegevens nooit aan derden doorgeven. We houden uw gegevens privé, tenzij de wet of rechtelijke macht ons dwingt uw gegevens aan hen te verstrekken. Datalekken in het systeem vallen onder de verantwoordelijkheid van Google-Blogger. Door weblog Paris FvdV te bezoeken en/of de op of via deze weblog aangeboden informatie te gebruiken, verklaart u zich akkoord met de toepasselijkheid van deze disclaimer. Google gebruikt cookies om services te leveren en verkeer te analyseren dus uw IP-adres en user-agent zijn bij Google bekend, samen met prestatie- en beveiligingsstatistieken om servicekwaliteit te garanderen, gebruiksstatistieken te genereren, misbruik te detecteren en maatregelen te treffen.

woensdag 26 augustus 2020

ONMISKENBARE CHARME: PARC DE LA BUTTE-DU-CHAPEAU-ROUGE


Parijs staat bekend om zijn prachtige parken en tuinen, maar toch is Parijs geen echte parkenstad. Voor elke inwoner is er slechts zes vierkante meter groen ter beschikking om te recreëren.  Klinkt raar, maar zelfs de inwoners van New York hebben 43% meer groenruimte ter beschikking, zo’n 8,6 vierkante meter. Zelfs de Moskovieten doen het beter met 27 vierkante meter groen per inwoner. Toch heeft Parijs bijna 450 groenvoorzieningen in alle vormen en maten die, na maandenlang binnen opgesloten te hebben gezeten, des te meer gewaardeerd worden door de Parijzenaars. Dat gezegd hebbende, kunnen de meest populaire tuinen en parken, zoals de Tuileries, Jardin Luxemburg, Jardin des Plantes, Parc de Monceau, Montsouris, Buttes Chaumont, André Citroën, Martin Luther-King, de la Villette en de Belleville, erg druk worden, iets wat velen van ons in de huidige Coronatijd juist willen vermijden. Daarom neem ik jullie mee naar een park dat zelfs de meeste Parijzenaars niet kennen. Het komt niet eens voor in de reisgidsen maar het is sinds 1939 toch al een van de mooiere oases van de stad met bovendien een prachtig uitzicht.

Parc de la Butte-du-Chapeau-Rouge met een weids panoramisch uitzicht over de stad



Het ligt in het noordoosten van Parijs in het 19e arrondissement, gelegen op een heuvel, butte, waar oorspronkelijk gipsgroeven waren. Na de Franse revolutie was dit het gebied waar pleistersteen werd uitgegraven. Door de pleistersteen tot een temperatuur van 120 graden te verwarmen, ontstond kalk. De gaten en galerijen werden gebruikt als massagraf voor dode paarden, of andere zieke, gewonde of overjarige viervoeters zoals honden, katten, geiten en ezels. Dierenbotten werden verbrand en de as werd gebruikt in metselspecie. Er liepen destijds alleen al 90.000 paarden rond in Parijs. De huiden werden opgehaald door leerlooiers. Op dezelfde plek bevond zich een vilderij en een fabriek waar poudrette werd vervaardigd, een meststof van uitwerpselen vermengd met houtskool en gips. Ideaal gelegen boven op de gipsgroeven. Inmiddels lag het terrein niet alleen vol dode dieren maar ook ander afval. ’s Zomers was de stank soms helemaal tot in de Tuilerieën te ruiken. En natuurlijk waren er ratten. Het was Napoleon III die zijn befaamde prefect Haussmann opdracht gaf om er een mooi park aan te leggen. Zo wilde hij de leefbaarheid en vooral de hygiëne in de stad verbeteren. Het park, Parc Buttes-Chaumont, is nu een van de mooiste van heel Parijs.

Het park werd voor het eerst aangelegd in 1939


Parc de la Butte-du-Chapeau-Rouge
Er ontstonden kleine dorpen met arbeidershuisjes die in 1860 door het grotere Parijs werden geannexeerd. Een daarvan was de gemeente Pré-Saint-Gervais. Sommige typische huizen dragen nog steeds de sporen van een landelijk verleden, zoals het quartier Mouzaïa. Aan het begin van de 20e eeuw gaf een succesvol openluchtcafé, Le Chapeau Rouge zijn naam door aan de plaats waar het park zich nu bevindt. De Butte du Chapeau Rouge, afhankelijk van de gemeente Pré Saint Gervais voordat de vestingwerken van Thiers werden gebouwd in 1841, was een populair bolwerk van de arbeidersklasse. Vanaf 1910 kwamen de socialistische pacifisten hier samen, met name om te protesteren tegen de wet tot instelling van de 3-jarige militaire dienst. Jean Jaurès, een voorman van de Franse socialisten, hield hier op zondag 25 mei 1913 een gedenkwaardige toespraak voor een menigte van 32.000 mensen. Als pacifist wilde Jaurès de Eerste Wereldoorlog via arbeiderssolidariteit en diplomatie voorkomen, onder meer door een Frans-Duits bondgenootschap. Op 31 juli 1914, een dag voor de mobilisaties waarmee de oorlog begon, werd hij vermoord op een Parijs' caféterras door Raoul Villain, een jonge Franse nationalist die juist wel oorlog met Duitsland wilde.

 Vredige en harmonieus ingerichte groene ruimtes


In de nasleep van de Eerste Wereldoorlog veranderde het aanzien van Parijs drastisch. De oude vestingwerken (1841) van Adolphe Thiers worden met de grond gelijk gemaakt. De voortschrijdende de-industrialisatie drijft de fabrieken richting de buitenwijken. Er wordt nieuw land ontgonnen. Hele woonwijken worden gebouwd volgens de hygiënische voorschriften van die tijd en daarom geflankeerd door groen. Met de ontwikkeling van een echt huisvestingsbeleid wilde de stad sociale huisvesting bevorderen. In 1930 was er zelfs sprake van verwoesting van de Butte du Chapeau Rouge, maar die werd gelukkig gered door tussenkomst van de ‘Commission municipale du Vieux Paris’. De plek is bewaard gebleven vanwege zijn unieke ligging, maar ook vanwege de historische herinneringen aan Jean Jaurès.

Het standbeeld ‘Eva’, gemaakt door de kunstenaar Raymond Couvégnes speciaal voor de wereld-tentoonstelling van 1937


Het park werd voor het eerst aangelegd in 1939, in een neo-klassieke typische jaren '30 stijl, door de landschapsarchitect Leon Azema (1888 – 1978), die oorspronkelijk opgeleid was als klassiek architect en in 1921 de Prix de Rome won. Hij werkte samen met twee andere architecten, Jacques Carlu en Louis-Hippolyte Boileau om dit park te creëren. In Parijs hebben we ook met name aan Léon Azéma de restauratie van het Parc de Sceaux uit 1928 te danken, de aanleg van de groene zones van de square René Viviani in het 5e arrondissement. Tussen 1933 en 1935 bouwde hij de kerk van Saint Antoine de Padoue in het 15e arrondissement. Met Louis Hyppolite Boileau de ingang van het expositiecentrum Porte de Versailles en de fonteinen van Palais de Chaillot voor de ‘Exposition Internationale des Arts et Techniques dans la Vie Moderne’ in 1937. Twee jaar eerder was hij verantwoordelijk voor het ontwerp van het paviljoen van de stad Parijs voor de Wereldtentoonstelling van 1935 te Brussel.

De hoofdingang bevindt zich aan de boulevard d’Algérie nummer 5. Bij de ingang ontdek je meteen een monumentale, cascade achtige fontein, uitgevoerd met rode baksteen en beton, kenmerkend voor die tijd. Bovenop het standbeeld ‘Eva’, gemaakt door de kunstenaar Raymond Couvégnes speciaal voor de wereldtentoonstelling van 1937. Vanaf hier beklim je de heuvel via twee trappen en langgerekte paden aan weerszijde van uitgestrekte hellende grasvlakten die perfect zijn om te ontspannen, te zonnen of te picknicken.


Twee spiraalvormige paden leiden naar twee belvedères omgeven door bonte bloembedden en hoge boompartijen die uitzicht bieden over de stad. Andere paden leiden je weer naar een hoger geleden terras in het park met wederom een weids panoramisch uitzicht over de stad, de vlakte van Pré-Saint-Gervais en het noordoosten met de voorsteden Pantin, Saint-Denis en Aubervilliers. Azéma gebruikte het park ook om verschillende moderne beeldhouwwerken te presenteren.


Op een van de grasvelden kun je een statige groep ontdekken. Het is het monument voor de slachtoffers van Noord-Afrika,  gemaakt door beeldhouwer Eugène Dodeigne (1923-2015). Het monument werd in 1996 ingewijd en staat in het hart van het park. Dit monumentale beeld is een symbolische plaats van herinnering. Twee silhouetten van oogverblindende witheid vallen op door hun afwisselende gladde en ruwe kanten symboliserend de wonden van deze oorlog. Aan hun voeten specificeren drie in reliëf gebeeldhouwde of teksten hun herdenkingsroeping. De eerste luidt: “als eerbetoon aan allen die tot 1962 Frankrijk dienden in Tunesië, Marokko en Algerije. Op de tweede "ter nagedachtenis aan de harkis die stierven voor Frankrijk tijdens de Algerijnse oorlog 1954-1962". Ten slotte staat op de derde de inscriptie "ter nagedachtenis aan de burgerslachtoffers, Marokko, Tunesië, Algerije, 1954-1962". Even verderop het beeld ‘Deux Femmes et un Enfant ‘ in 1938 vervaardigd door Pierre Traverse. Een lange, witte, gebogen bank is het werk van Bert Theis.

Deux Femmes et un Enfant


Het park is gelegen tussen de Boulevard d'Algérie, Boulevard Sérurier en Avenue Debidour en is een van de meest luchtige, vredige en harmonieus ingerichte groene ruimtes in de hoofdstad met fonteinen, terrassen, uitgestrekte gazons, banken en mooie tuinen vol met rododendrons, struiken, bloembedden die vooral mooi zijn in het voorjaar. Waar het heerlijk toeven is in de schaduw van klassieke kastanjebomen (Castanea), prachtige honingbomen (Sophora japonica pendula), of de Japanse notenboom met maar liefst veertig kronen (Ginkgo biloba), de Papiermoerbei (Broussonetia papyrifera), de mammoetboom of reuzensequoia (Sequoiadendron giganteum), de tulpenboom  (Liriodendron tulipifera), of de Siberische iep (Ulmus pumila). Waar Kuifmezen verstoppertje spelen met winterkoninkjes die de voorkeur geven aan de coniferen. Overal intieme ruimtes voor dromen, dwalen en tedere momenten zoals Jacques Prévert ooit heeft bezongen;

Des milliers et des milliers d'années
Ne sauraient suffire
Pour dire
La petite seconde d'éternité
Où tu m'as embrassé
Où je t'ai embrassèe
Un matin dans la lumière de l'hiver
Au parc à Paris
A Paris
Sur la terre
La terre qui est un astre.”

“Duizenden en duizenden jaren
Zullen niet genoeg zijn
Om te zeggen
Hoe we één seconde eeuwigheid samen waren
Toen je mij hebt gezoend
Toen ik je heb gezoend
Een ochtend in het winterlicht
In het park in Parijs
In Parijs
Op de aarde
Op de aarde die een ster is”.

De Japanse notenboom met maar liefst veertig kronen


De oppervlakte van het park bedraagt bijna 5 hectare. Vanwege de lay-out van het park zijn niet alle ruimtes toegankelijk voor gehandicapten vanwege trappen en behoorlijk steile paden. De in 2017 gerenoveerde kinderspeeltuin heeft een zandbank, pingpongtafels en watertapplaatsen.
Elk jaar organiseert het park Butte-du-Chapeau-Rouge het Silhouette-festival, een cultureel evenement gewijd aan internationale korte films. Gedurende 10 dagen worden filmvertoningen in de open lucht, verder worden er concerten, workshops, debatten en bijeenkomsten gehouden. Het Silhouette Festival 2020 is van 22 tot en met 29 augustus 2020 in het 19e en 20e arrondissement. Meer informatie over het programma op de website.

Het Silhouette Festival 2020 is van 22 tot en met 29 augustus 2020


Parc de la Butte-du-Chapeau-Rouge. Ingang aan de Avenue Debidour 5 en boulevard d'Algérie 5/11
Dichtstbijzijnde metro Pré-Sain-Gervais, lijn 7b – Danube, lijn 7b – Tram, Ligne 3b / station Butte-du-Chapeau-Rouge.




zondag 16 augustus 2020

THE LAST SENTINELS, JIMMY NELSON IN HET ATELIER DES LUMIÈRES


De bedoeling is dat je nù je agenda gaat pakken en de volgende data in je agenda noteert om in ieder geval een bezoek te gaan brengen aan het Atelier des Lumières in Parijs: 16 oktober tot en met 31 oktober 2020, tijd 18.30 uur tot 23.00 uur.



Voor diegenen die nog geen kennis hebben gemaakt met dit unieke kunstcentrum even een opfrisser. Het Atelier des Lumières opende voor het eerst zijn deuren op 13 april 2019. Gelegen tussen Bastille en Nation in het 11e arrondissement in de rue Saint-Maur. Op nummer 38, verscholen achter een eenvoudige gevel, gaat een stukje geschiedenis schuil uit de 19e eeuw. Sinds 1835 was in dit pand de metaalgieterij gevestigd van de familie Plichon. 185 Jaar later en 9 miljoen euro aan ontwikkelingskosten verder, heeft Parijs zijn eerste digitale kunstcentrum, klaar voor tentoonstellingen van de 21e eeuw.  Vier jaar lang is er gewerkt aan de transformatie van de vroegere ijzersmelterij in een centrum van digitale kunst. Na het installeren van geluidsisolatie, airconditioning en brandveiligheid is de vervallen hal van 10 meter hoog met een oppervlakte van 2000 m², voorzien van 140 videoprojectoren en een ruimtelijk geluidssysteem van 50 Nexo luidsprekers op de muren en bas-subwoofers op de grond. Door de juiste hoeken te kiezen, zorgen die voor een optimale spreiding van het geluid, waardoor elke luisteraar de beste geluidskwaliteit ervaart. Het publiek zal, dankzij de grootste vaste video-installatie ter wereld letterlijk worden ondergedompeld in beeld, beweging en geluid, om zo alle emoties te versterken. Unieke multimedia apparatuur maken het mogelijk om projecties te visualiseren op een oppervlakte van 3300 m². Bijna alle oppervlakten worden gebruikt, van vloer tot plafond en muren oplopend tot 10 meter hoog. De projecties volgen de bewaard gebleven architectonische elementen van de oude gieterij; metalen constructies, een grote schoorsteen, de droogtoren en een koelreservoir gevuld met water. De beelden scrollen en spelen met de lay-out van de ruimtes begeleid door op maat gemaakte muzikale composities.


In 2018 opende het Atelier des Lumières met Gustav Klimt


Gevolgd in 2019 met Vincent Van Gogh; ‘Starry Night’ – La Nuit Étoilée’


2020: Monet, Renoir en Chagall: ‘Voyages en Méditerranée’

Zo heeft de bezoeker sinds 2018 kennis kunnen maken met de Weense schilderkunst van Gustav Klimt, Egon Schiele en Friedensreich Hundertwasser. In 2019 was het de beurt aan Vincent van Gogh om de duizenden toeschouwers te betoveren met ‘Starry Night’ – La Nuit Étoilée’. In 2020 is het de beurt aan Monet, Renoir en Chagall: ‘Voyages en Méditerranée’.
Maar van 16 oktober tot en met 31 oktober krijgt Parijs te maken met een unieke première, een geheel nieuw initiatief van ‘Culturespaces’ tevens eigenaars van het Musée Jacquemart-André, het Musée Maillol en de lichtshows – ‘son et lumière’ – in de steengroeven van Beaux-de -Provence in de Bouches-du-Rhône. Een unieke samenwerking met de Nederlandse Jimmy Nelson Foundation.

Jimmy Nelson gefotografeerd door colodion fotograaf Alex Timmermans

De Brits-Nederlandse fotograaf Jimmy Nelson (hij woont al 26 jaar in Amsterdam) heeft internationale bekendheid verworven met zijn iconische boeken ‘Before They pass Away’ (2014) en ‘Homage to Humanity’ (2018). Sinds zijn zeventiende reist Jimmy de wereld rond om kennis te maken met volkeren op de meest afgelegen plekken. Zijn missie: traditionele gemeenschappen en culturen met de camera vastleggen, om de mensheid bewust te maken van de culturele diversiteit en de mate waarin deze wordt bedreigd door voortschrijdende technologie en globalisering. Van het boek ‘Before They pass Away’, waarvoor hij 35 volkeren bezocht die in hun voortbestaan werden bedreigd, gingen meer dan een kwart miljoen exemplaren over de toonbank. Zijn serie portretten van inheemse volkeren werd bejubeld om de schoonheid, maar hij kreeg ook ladingen kritiek van wetenschappers die hem romantisering en naïviteit aanwreven.  Maar het was juist Jimmy’s bedoeling deze mensen zo weer te geven als hij ze zelf ziet en zo kunst te creëren met de hoogt mogelijke esthetische waarde. Hij is soms weken bezig om een foto te maken, te “stilleren” en juist dat onderscheidt hem als kunstenaar van een reportage fotograaf of antropoloog.



Voor zijn tweede boek ging hij in gesprek met academici, sociologen en antropologen. ‘Homage to Humanity’ werd een uitdieping van het onderwerp. Het boek; het eerste digitale interactieve boek ooit. Jimmy neemt de lezers mee in het proces. Je kunt bijvoorbeeld alle foto’s in het boek scannen en via een gratis begeleidende app stap je zo als het ware in de wereld achter de foto. Je kunt behind-the-scenes videos bekijken en meer te weten komen over de mensen in de foto. En er is een 360-graden optie, waardoor je zelf de foto in kunt stappen. Jimmy hoopt dat het mensen dichter bij zijn project brengt, want hij is nog lang niet klaar!

Vanaf 16 oktober in het Aterlier des Lumières; The Last Sentinals

The Last Sentinels
Zaterdag 11 juli had ik een gesprek met Jimmy Nelson waar hij mij tijdens een fotografische sessie samen met collodion-fotograaf Alex Timmermans vertelde over zijn unieke samenwerking met Culturespaces, het Atelier des Lumières en zijn Jimmy Nelson Foundation. Deze artistieke onderneming is gevestigd in Amsterdam en is een creatief centrum dat culturele diversiteit viert door middel van een ruim aanbod van media. De Jimmy Nelson Foundation, die nauw verwant is aan het merk, is opgericht met de missie om de laatste inheemse culturen ter wereld te waarborgen en hun waardevolle wijsheden te delen. Die ervaring die Jimmy en zijn team hebben gecreëerd heeft de titel 'The Last Sentinels' (Les dernières sentinelles) en biedt een nieuw perspectief op hoe krachtig, rijk en inspirerend de laatste inheemse culturen ter wereld zijn.



Het Atelier des Lumières neemt je mee op een reis naar alle uithoeken van de wereld



Een team van tien Nederlandse creatieven heeft het project ‘The Last Sentinels’ ontwikkeld in nauwe samenwerking met het Atelier des Lumières en neemt je mee op een reis naar alle uithoeken van de wereld, waarbij je in de voetsporen van deze inheemse volkeren treedt. Het doel en de boodschap is, dat de bezoeker, door deze ervaring, de verbinding met de bron van wat het is om mens te zijn, herwint. Wij, als dominante westerse samenleving, hebben afstand genomen van onze oorsprong en hebben de neiging, om ons menselijke doel te vergeten om in volledige connectie met elkaar, met onszelf en met de natuurlijke wereld te leven. De weinigen op deze planeet die nog steeds in verbinding zijn met deze kennis en leven naar haar waarden, zijn inheemse volken. Deze culturen zijn de beschermers van zowel de mensheid als onze planeet. Zij zijn het levende voorbeeld van hoe te leven met betrekking tot onze natuurlijke omgeving; te begrijpen dat we allemaal met elkaar verbonden zijn; hoe we ons leven ten volle kunnen leven. Door 'The  Last Sentinels' te maken, verkondigt Jimmy Nelson de urgentie om inheemse volken te erkennen en te vieren als onze nieuwe rolmodellen.


Sinds zijn zeventiende reist Jimmy de wereld rond om kennis te maken met volkeren op de meest afgelegen plekken





Door middel van honderden beelden worden we letterlijk ondergedompeld in de wereld van de laatste gemeenschappen in de wereld die in harmonie met zichzelf, hun cultuur en hun natuurlijke omgeving leven. The Last Sentinels begint met een reis langs de meest iconische landschappen, waar je vervolgens kennis maakt met de oorsprong, daar waar we oorspronkelijk vandaan komen. We zien de gemeenschappen, hun persoonlijke tradities en bijbehorende feestelijkheden, hun en onze identiteit, eindigend in een climax met een confronterende vraag.


'The Last Sentinels' (Les dernières sentinelles) biedt een nieuw perspectief op hoe krachtig, rijk en inspirerend de laatste inheemse culturen ter wereld zijn



Bekijk ook zeker dit filmpje op You Tube om een gevoel te krijgen wat jullie te wachten staat bij deze unieke samenwerking tussen Jimmy Nelson, Culturespaces en het Atelier des Lumières.


We zien de gemeenschappen, hun persoonlijke tradities en bijbehorende feestelijkheden



The Last Sentinels elke avond in het Atelier des Lumières van 16 oktober tot en met 31 oktober 2020, van 18.30 uur tot 23.00 uur.

Met dank aan Jimmy Nelson.
Fotografie: Beelden uit Homage to Humanity en Before They pass Away – © Jimmy Nelson



Jimmy Nelson
Geboren
11 november 1967, Sevenoaks, Groot-Brittannië
1975-1985
Stonyhurst College, Lancashire, Groot-Brittannië

1986-1988
Reis door Tibet

1989-1990
Fotograaf in Afghanistan

1990-1994
Werkt in China, El Salvador, Nicaragua, Pakistan, Nigeria, Congo, Kameroen

1994
Verhuist naar Amsterdam

2014
Publicatie fotoboek Before They Pass Away

2018
Publicatie Homage to Humanity

2020
The Last Sentinels



The Last Sentinels

donderdag 6 augustus 2020

ACHTER DE FAÇADE VAN DE SAINT GERVAIS-ET-SAINT-PROTAIS

Een verblijf in Parijs is altijd een speurtocht naar de ‘innerlijke stad’, het verlangen de stad niet alleen te ontdekken maar ook Parijs te denken – ‘penser Paris’ - zoals de schrijver Paul Valéry het formuleerde in zijn essay ‘Présence de Paris’ (1937).

De geschiedenis en de actualiteit van de stad vloeien in het Parijs van alledag samen, of je nu de namen van de metrostations, de straten en pleinen of de betekenis van bepaalde gebouwen wilt begrijpen, Parijs is ondenkbaar zonder haar verleden. Daaraan ontleent de stad haar identiteit en zelfbewustzijn. Op de plek waar ik je mee naar toeneem vindt al meer dan 1600 jaar Christelijke aanbidding plaats, de St Gervais-et-St-Protais. Deze kerk is gebouwd op de resten van het eerste gebouw aan de Rive Droite; een basiliek die voor het eerst wordt vermeld in documenten uit het eind van de 4e eeuw. Een basiliek gewijd aan de broers Gervasius en Protasius, twee Romeinse officieren die onder Nero de marteldood stierven. 

Daarmee is het de oudste parochie aan de rechteroever van de Seine. Echter, toen het Romeinse Rijk tegen het eind van de 4e eeuw in verval raakte, werd Lutetia overspoeld door de Grote Volksverhuizing, waarbij veel bewoners naar het versterkte île de la Cité vluchtten.


De St Gervais-et-St-Protais in 2019 en op een gravure uit 1661

De bouw van de huidige kerk is begonnen in 1494, aan het einde van de middeleeuwen, en duurde zo’n 150 jaar. De middeleeuwen waren een belangrijke periode in de geschiedenis van Europa. Deze periode liep ongeveer van 500 na Christus, ongeveer dezelfde tijd als de val van het Romeinse Rijk, tot aan ongeveer 1500. De wijk Grève bruist dan van vitaliteit. Vlakbij de Seine en bij de grootste haven van Parijs. Ambachtslieden, handelaars, zakenlieden strijden daar om de kraampjes*. Verschillende architecten hebben gewerkt aan deze kerk en dat verklaart ook de verschillende bouwstijlen. De koorgewelven  zijn in een flamboyant gotische stijl, terwijl de façade, van de hand van de architect Salomon de Brosse (de bouwer van het Palais du Luxembourg) is geïnspireerd door het Franse classicisme. De van 1616 tot 1621 gebouwde façade, die tegen de achterzijde van het Hôtel de Ville aankijkt, heeft net als die van de St-Paul-et-St-Louis (eveneens in de Marais) drie verdiepingen. De architect rangschikte drie type zuilen boven elkaar; onder de Dorische, in het midden de Ionische en bovenaan de Korinthische. Het was de eerste barok-classicistische kerk façade in Frankrijk.


Vandaag de dag zijn er 7 broeders en 15 zusters verbonden aan het klooster behorend tot de kerk


Deze prachtige kerk, een van de mooiste van Parijs,  staat op een zachte helling, wat nog eens wordt benadrukt door de traptreden aan de voorgevel en in de rue François-Miron. De iep op het plein vormde naar middeleeuws gebruik een verzamelplaats voor buurtfeesten, vergadering, veroordeling, werving en ontmoeting, vandaar de Franse uitdrukking ‘Attendez-moi dous l’orme’ – letterlijk afspraak onder de iep. Het plein werd ook lange tijd Carrefour de l’Orme genoemd – kruispunt van de iep. De bewoners van Le Marais wisselden hier in vroeger tijden hun geld in de schaduw van de boom. Er zijn nog steeds afbeeldingen van de iep te vinden op allerlei gebouwen rondom het plein, inclusief de kerk. De iep voor de kerk is niet de originele. Deze werd gekapt in 1794 ten tijde van de revolutie om kanonnenwagens te maken. De iep die we vandaag zien werd in 1914 herplant mede dankzij de parochiepriester van de Saint-Gervais die de herinnering aan deze legendarische boom wilde doen herleven.


De clochards van Parijs en de daklozen vinden in de kerk altijd een warm welkom


De Saint-Gervais, zoals de kerk nu in de volksmond wordt genoemd, was gedurende meer dan twee eeuwen - vanaf 1653 - de thuisbasis van een van de bekendste muziekfamilies van Frankrijk: de Couperins. De befaamde familie Couperin, bestaande uit klavecinisten, componisten en organisten,  leverde maar liefst acht generaties organisten die het orgel tussen 1653 en 1826 bespeelden. Het orgel van Louis en François Couperin, gebouwd in de 17e eeuw door Alexandre Thierry is het oudste orgel in de stad Parijs.  Het is een goed voorbeeld van de Franse barok.

Naast de Saint-Servais staat het huis waar de Couperins woonden, te herkennen aan een plaat met informatie over de familie.

Het woonhuis van François Couperin herkenbaar aan de plaquette


Heel onverwacht kom je binnen weer in een laatgotisch bouwwerk terecht, waarvan de voltooiing pas begin 17e eeuw plaatsvond. Hoewel er meer dan een eeuw gebouwd werd biedt het binnenwerk van de Saint-Gervais een zeer homogeen aanzicht. Het middenschip van de drie-schepige basiliek met dwarsbeuk en diep terugwijkend koor, vertoont een fraai sterrenpatroon in de ribbengewelven. De hoogte culmineert op 25 meter en heeft twee niveaus, zoals in de meeste renaissancekerken van Parijs. De breedte is slechts acht meter en richt als het ware je blik naar boven, naar de lucht. Het is een oproep om naar boven te kijken daar waar Christus is gezeten, aan de rechterhand van God.

De kerk is voorzien van de mooiste glas-in-loodramen


Alle zijkapellen zijn voorzien van de mooiste glas-in-lood-ramen, schilderijen en beelden. Het glasraam ‘De wijsheid van Salomo is een van de mooiste ramen uit de renaissance in Parijs. De staat van conservering van dit glas-in-loodraam, gemaakt in 1531, is zo uitzonderlijk dat experts uit de 20e eeuw originele stukken hebben genomen als voorbeeld voor restauraties uit de 19e eeuw. Het glas in lood is van een zeer hoog technisch niveau maar ook de snijtechnieken uit die tijd.  De maker, die lange tijd onbekend bleef, had de bijnaam de Meester van Montmorency in dienst van Anne de Montmorency, Hertog van Montmorency. Later bleek het te gaan om Jean Chastellain. Hij maakte glas-in-loodramen voor de kerk van Saint-Germain-l'Auxerrois, de kerk van Saint-Étienne-du-Mont in Parijs en het Château de Chantilly.


Het glasraam ‘De wijsheid van Salomo is een van de mooiste ramen uit de renaissance in Parijs

De staat van conservering van dit glas-in-loodraam, gemaakt in 1531 is ongekend

De bovenste ramen zijn van de 21ste eeuw, gemaakt door Claude Courageux en Sylvie Gaudin, en illustreren het verhaal van Adam en Eva, de ark van Noach, de patriarchen en hun echtgenoten.

 

Achter het koor ligt de prachtige kapel van de Heilige Maagd met een sluitsteen die versierd is met rijke arabesken. De kapel werd voltooid in 1517. De drie ramen zijn eveneens van de hand van Jean Chastelain en beelden drie scenes uit het leven van Maria uit. Een van de kostbaarste schatten van de kerk is een laatgotische madonna aan de noordoostelijke pijler van de kruising. De andere kerkschat is de ‘Chapelle Doree’ of de gouden kapel. 

De prachtige kapel van de Heilige Maagd


Deze kapel werd in 1627 door het kerkbestuur geschonken aan Antoine Goussault en zijn vrouw Geneviève Fayet, beiden jarenlang welgestelde parochianen. Deze kapel bevindt zich aan het einde van de huidige Sainte-Anne-kapel. Onder de kapel doet een kelder dienst als begraafplaats voor de familie Goussault. De ingang onderscheidt zich door een elegant houtwerk in lichte banen gevormd door fijne balusters, bekleed met geschilderde luiken en bekroond door een opengewerkte kroonlijst. De decoratie omvat een altaar waarvan de bekleding is versierd met een dode Christus, met daarboven een altaarstuk voorstellende Christus op de Olijfberg, toegeschreven aan Claude Vignon. De muren en de gewelven van het plafond vertegenwoordigen 21 scènes uit de passie en opstanding van Christus, toegeschreven aan Jean de Saint-Igny. De rest van de lambrisering is versierd met koppen van cherubijnen en decoratieve motieven: figuren van Christus en Maria, instrumenten van passie, boeketten, palmetten, etc. De kapel is alleen te bezoeken tijdens monumentendagen. De eerstvolgende gelegenheid vindt plaats op zondag 20 september 2020 vanaf 14.00 uur in groepen van zes personen. Meer informatie vind je op de website. 

Chapelle Dorée

De kerk, geclassificeerd als een historisch monument, werd voor de eerste keer gerestaureerd onder leiding van de architect Baltard tussen 1827 en 1844 en een tweede maal tussen 1863 en 1869. Toen zijn met name de zijkapellen en de gebrandschilderde ramen hersteld. Op 29 maart 1918 viel er een Duitse granaat, afgevuurd door Parijs geschut, op het dak van de kerk op het moment dat de Goede Vrijdagdienst plaatsvond. 92 personen vonden de dood en 68 raakten gewond. Na de herstelling van het ingestorte dak vonden er werken plaats in 1957 en meer recent in 2013.

De muren en de gewelven van het plafond van de Chapelle Dorée vertegenwoordigen 21 scènes uit de passie en opstanding van Christus


Op 6 februari 2020 maakte de stad Parijs bekend dat de kerk met een budget van 6,6 miljoen euro opnieuw zal worden gerestaureerd. De drie jaar durende restauratie omvat de klokkentoren en het noordelijke trancept, de zijarm tussen koor en schip. Door het slechte weer en vervuiling laten verschillende stenen los. Roestige metalen staven, heel normaal in die tijd, doen de stenen opzwellen en afbrokkelen. Zo’n 150 m³ stenen moeten worden vervangen en al het staal wordt vervangen door roestvrij staat. De vijf klokken worden opnieuw schoongemaakt en gepolijst. Het 17e eeuwse houten frame van het transept wordt hersteld evenals de afbrokkelende waterspuwers. Aan de noordkant worden de drie 18e-eeuwse glas-in-loodramen verwijderd en gerestaureerd door Les Ateliers Coureux.

 Nog een detail uit de rijk gedecoreerde Chapelle Dorée

In 1975 werd de parochie door kardinaal Marty toevertrouwd aan de zorg van Pierre-Marie Delfieux, teneinde er een Monastieke Gemeenschap van Jeruzalem te stichten. Vandaag de dag zijn er 7 broeders en 15 zusters verbonden aan het klooster behorend tot de kerk. Frère Grégoire is de huidige prieur van de Fraternité des Frères.

 De rue des Barres met links de kerk

Begin je bezoek aan de kerk aan de zijde van de Seine in een van de mooiste straatjes van Parijs, de rue des Barres, schuin tegenover het café-restaurant Louis Phillipe. Let ook op het vakwerkhuis op de hoek van de rue Grenier sur l’eau  waarschijnlijk afkomstig uit de 14e eeuw. Het hout aan de buitenkant is duidelijk te zien ondanks het feit dat toentertijd verboden was vanwege het brandgevaar. Tegenover dit straatje ligt de zijingang naar de kerk.

Fotografie: Ferry van der Vliet, Wikimedia, Territoires et patrimoine © Jean-Francois Rémy