Paris FvdV is een niet commercieel weblog speciaal voor kenners en liefhebbers van de stad Parijs - en voor hen die dat willen worden. Parijs is een stad met een gewichtig verleden, respectabel en gerespecteerd. Het is totaal niet nostalgisch. Parijs is er in geslaagd om, soms op brutale maar altijd op elegante wijze, om te gaan met zijn grootse monumenten. Ze te beschermen en te integreren in de nieuwe dynamiek van de stad. Parijs is een meester op het gebied van herstel en transformatie. U zult er nooit in slagen een volledig overzicht te maken van plekken en verhalen, die allemaal op hetzelfde punt uitkomen en de glorie van deze stad bezingen. toch wil ik een poging wagen. Wekelijks wil ik u niet alleen informeren over wat Parijs nog meer te bieden heeft, maar ook wil ik mijn liefde voor deze stad op u over dragen. In de hoop dat het raakt aan iets wat u herkent of voelt. Ferry van der Vliet.

Privacy verklaring: Indien u weblog Paris FvdV, dat bij Google-Blogger is ondergebracht, leest en reageert op de blogs van Paris FvdV, doet u dat vrijwillig en is uw IP-adres en mailadres - indien u dat vermeld - bekend en wordt opgeslagen. Ook uw schuilnaam waaronder uw reageert wordt opgeslagen. Paris FvdV zal uw gegevens nooit aan derden doorgeven. We houden uw gegevens privé, tenzij de wet of rechtelijke macht ons dwingt uw gegevens aan hen te verstrekken. Datalekken in het systeem vallen onder de verantwoordelijkheid van Google-Blogger. Door weblog Paris FvdV te bezoeken en/of de op of via deze weblog aangeboden informatie te gebruiken, verklaart u zich akkoord met de toepasselijkheid van deze disclaimer. Google gebruikt cookies om services te leveren en verkeer te analyseren dus uw IP-adres en user-agent zijn bij Google bekend, samen met prestatie- en beveiligingsstatistieken om servicekwaliteit te garanderen, gebruiksstatistieken te genereren, misbruik te detecteren en maatregelen te treffen.

maandag 30 maart 2015

MET PASEN IN PARIJS

Zondag 5 en 6 april 2015, is het al weer Pasen. Pasen is zo,n heerlijk lentemoment waarbij niets moet en alles mag. Maar net wel even feestelijker dan een normaal weekend. Dus waarom niet met de kids of alleen met z'n tweetjes naar Parijs. Jaarlijks trekt de stad meer dan dertig miljoen toeristen aan. Pasen en het begin van de lente, zijn voor toeristen twee belangrijke redenen om een heerlijk lang weekend door te brengen, in deze majestueuze stad.

Ik ontvang van u vaak vragen hoe het is om met Pasen in Parijs te zijn? Allereerst, maakt het niet uit wanneer je in Parijs bent, het is altijd een feest om daar te zijn. Ten tweede kent Parijs geen tweede Paasdag, dus alle winkels, musea en vele restaurants zijn gewoon open. En ten derde, op de vraag wat kunnen we allemaal doen die dagen, heb ik voor u 9 van mijn mooiste wandelingen, die ik in de afgelopen blogs beschreven heb, eens op een rij gezet. Simpel klikken op de hyperlinks, uitprinten en u heeft 9 complete routebeschrijvingen, die u brengen naar de mooiste plekjes van Parijs, naar de leukste restaurants, de heerlijkste terrassen en op nog veel meer bijzondere plaatsen. Tevens geef ik u een aantal tips voor Parijs met kleine kinderen.

En welke wandeling gaan wij nu nemen?

Wandeling 1: 'Cultuur snuiven'
Saint-Germain-des-Prés wordt gezien als de literaire en intellectuele wijk van Parijs. Hier worden sinds eeuwen boeken geschreven en gedrukt. Hier bevindt zich een deel van de universiteiten, wetenschappelijke en literaire boekhandels, antiquairs, dè kunstacademie, galerieën en legendarische cafés waar veel beroemde schrijvers en kunstenaars hun wijntje kwamen drinken. Na de Tweede Wereldoorlog werd de wijk geroemd om haar nachtleven en jazzkelders. Van Juliette Gréco (inmiddels 87 jaar) tot Jean-Paul Sartre en Boris Vian; kunstenaars en intellectuelen bezorgden deze wijk een vitaliteit die tot in de jaren zeventig voortduurde.

Een kopie van de Piëta van Michelangelo in de Chapelle des Petits Augustin

Wandeling 2: 'Passie voor Passy'
Het 16e is een schitterende buurt voor wandelaars. Met serieuze hoogteverschillen en de chicste gebouwen. Meer dan de helft van Arthur Guimard's (de ontwerper van de metro-ingangen van glas en ijzer) gebouwen staan hier, complexen die hoge welstand verraden. Een arrondissement met bevoorrechte wijken, prachtige uitzichtpunten en mondaine straten, maar ook smalle steegjes, die niet meer zijn veranderd sinds Atget ze vastlegde op de gevoelige plaat. 'Le seizième' behoort tot 'les beaux quartiers', de mooie wijken van Parijs. Het is op stand wonen, net zozeer en misschien nog wel meer dan in het zevende. Het is een buurt van deftige mensen die zich zouden schamen om ergens anders in Parijs te wonen. Wonen in het 16e staat ook bijzonder goed op je visitekaartje. Kortom ze zijn BCBG; of wel 'bon chic, bon genre'.

Een prachtig doorkijkje in Passy bij rue Raynouard nr. 19

Parijs is een filmstad, één groot indrukwekkend decor. Elke dag wordt er aan gemiddeld tien films gewerkt. Elke week zijn er vijfhonderd films te zien in 83 bioscopen die samen 376 schermen hebben en gemiddeld per jaar zo'n 27 miljoen bezoekers trekken. De meeste films worden opgenomen in Montmartre, waaronder 'La vie en rose' over het leven van Edith Piaf of 'Le fabuleux destin d'Amélie Poulain'. Dankzij Amélie schoot het buurtje rond de rue Lepic als een komeet omhoog. Café des Deux Moulins, rue lepic nummer 15, veranderde van een klein buurtcafé in een drukke en hippe uitgaansgelegenheid. Andere filmplekken uit de film zijn eveneens opgenomen met Montmartre als decor; zoals in de rue des Trois Frères, bij het metrostation Lamarck-Caulaincourt en op de vele trappen rondom de Sacré Coeur. Onze filmset is gesitueerd aan de achterzijde van de Butte Montmarte; spannend en romantisch tegelijk.

De andere kant van Montmartre; een verstild parkje aan de rue du Chevalier de la Barre

Een wandeling vol met geheime straatjes, onbekende passages en verrassende binnenplaatsjes. Ontdek de ambachtelijke geheimen van de rue du Faubourg Saint-Antoine. Een op zich lelijke straat in het 11e arrondissement, maar wel een straat vol met verrassingen. Hier ontdekt u, achter de grote poorten, bijna geheime binnenplaatsen, het antieke Parijs. Doodlopende steegjes en passages, die uitsluitend toegankelijk zijn voor voetgangers. Op sommige plaatsen lijkt het of de tijd stil is blijven staan en of u zo de foto's van Eugène Atget of Charles Marvilde binnenloopt. In deze nog authentieke binnenplaatsen zetelen de laatste ambachtslui, de schrijnwerkers van de hoofdstad. Zij illustreren de teloorgang van een eens zo welvarende bedrijfstak.

Faubourg Saint-Antoine: Een wandeling vol met geheime straatjes, onbekende passages en verrassende binnenplaatsjes

Wie op zoek is naar vernieuwing vindt die zonder moeite in het 13e arrondissement. Een wijk in beweging of zoals de Fransen zeggen: "Un quartier qui bouge". Wie op een actuele kaart van Parijs kijkt ziet rond de nationale bibliotheek een groot wit gebied gemarkeerd met 'secteur en traveaux'. Zo'n twintig jaar geleden begon men hier met de herinrichting van deze zone, Tolbiac genaamd. En deze werkzaamheden gaan nog door tot 2025. De opening van de Bibliothèque National de France in 1995  en de aanleg van metrolijn 14 was het startsein voor het grootste project op het gebied van stadsvernieuwing in Parijs sinds baron Haussmann. Onze wandeling begint vanaf het metrostation Gare Austerlitz (ligne 5, 10 en RER C).

Deel twee van deze bijzondere wandeling door het 'nieuwe Parijs'

Het duurste project van François Mitterand; de Bibliothèque Nationale de France

In april 2010 presenteerde de Parijs burgemeester Bertrand Delanoë een opzienbarend en ambitieus plan om de kades langs de Seine nieuw leven in te blazen en terug te geven aan de Parijzenaars. "Auto's zullen in hogere mate geweerd worden en wandelaars en fietsers krijgen volop ruimte. De kades moeten gebruikt gaan worden voor sport, cultuur en natuur", aldus Delanoë. "We willen de oevers en hun schoonheid teruggeven aan de Parijzenaars en aan iedereen die van Parijs houdt. Ik wil dat het plaatsen worden om te leven en te ontspannen, en niet langer een autosnelweg door de stad". In 1991 werden de stenen kades door de Unesco op de lijst van beschermd werelderfgoed gezet. "Parijs is ontstaan aan de Seine. Hoe kunnen we accepteren dat die as, die dwars door de stad loopt, alleen nog dient als autoweg?" zei Delanoë, als een soort indirecte repliek aan Georges Pompidou. (Bron Frank Renout - Journalist) Sinds de zomer van 2012 is het zover. Een boulevard van 2,3 kilometer met in en langs de Seine, drijvende tuinen, wandelpaden, sportveldjes atletiekbanen, grote foto-exposities en klimmuren voor kinderen. Dit alles links en rechts gelardeerd met vers gras, plantenkassen, zitbanken, strandstoelen en heel, heel veel bloemen. De drijvende tuin alleen als een promenade van 1800 m²  gebouwd rond vijf eilanden Een groot deel van het 40 miljoen euro kostende project wordt afgerond in 2013. De nieuwe boulevard genaamd 'Les Berges de Seine' loopt van net voorbij de Eiffeltoren tot even voorbij het Musée d'Orsay.

Flaneren, eten, drinken, loungen, luisteren, genieten, film kijken, sporten, alles kan op les Berges de Seine

Wandeling 8: 'Ménilmontand'
Veel van het dorpse karakter van de dorpjes Belleville, Charonne en Ménilmontant is bewaard gebleven. Zij dragen nog steeds de sporen van hun landelijk verleden, van de arbeiders die werkten in de gipsgroeven en de wijngaarden van de Parijse kloosters. Hier kwamen de arbeiders hun zuur verdiende Francs verdrinken in de guinguettes, de cafés en 'bals musettes'. Hier debuteerden Maurice Chevalier, Yves Montand en Edith Piaf op straat en in de verschillende café-chantants. Vele straatnamen herinneren nog aan de grote hoeveelheid waterbronnen en aan het rijke wijnbouwverleden: Rue des Cascades (waterval), rue de la Duée (kleine bron), rue des Rigoles (slootjes) en rue des Vignoles (wijngaard).

Hoog tijd voor een wandeling door Ménilmontant Om het verrassingselement te behouden ga ik niet alle bezienswaardigheden voor u beschrijven maar wel de route die u het beste kunt bewandelen. We beginnen bij de uitgang van het metrostation Saint Fargeau en nemen de rue Saint Fargeau die overgaat in de rue de Ménilmontant..........

Het einde van uw wandeling; de place Maurice Chevalier. Tijd voor een  Espresso

Wandeling 9:  'Onbekend Marais'
Het square Jean XXIII achter de Notre Dame. Voor mij, de bijna duizendjarige Notre Dame met haar indrukwekkende zuilen en steunberen. Al jaren de inspiratiebron voor romans en legenden, toen Parijs nog als een groot dorp aan haar voeten lag. Hier begint vandaag uw wandeling op wat vroeger nog een weiland was vol met populieren, waar de 'Ludoviciens' hun vee liet grazen; het Île Saint Louis een samenvoeging van het vroegere Île aux Vaches en het Île Notre-Dame.

Een van de mooiste straatjes in de Marais: De rue des Barres

Parijs met kinderen: In februari 2014 verscheen een zogenaamd reis-doe-boek voor kinderen en hun ouders. Uitgegeven door Uitgeverij Link naar teksten en ideeën van Robin Bertus. 'Parijs reis-doe-boek voor kinderen' neemt het hele gezin mee op avontuur in Parijs waar met name de kinderen op een speelse en zeer leerzame wijze kennismaken met de Franse hoofdstad. In het midden van het boek zit een kaart van Parijs, waar aan de hand van allerlei voorbeelden in het boek, de gebouwen zelf kunnen worden getekend en gepositioneerd op de kaart. Spelenderwijs maken ze kennis met de Franse taal en worden meegevoerd door de stad aan de hand van fraaie foto's en leuke tekeningen vormgegeven door Lisa van Gaalen. Vol met leuke tips en links naar allerlei websites. Het boekje, een absolute aanrader, kost slechts € 9,95. (ISBN 978-94-62321-59-5)

Het Parijs reis-doe-boek voor kinderen en ouders 

Verder kunnen de kinderen op verschillende plekken in de stad eieren gaan rapen: 'Les Chasses aux oeufs'. Onder andere onder aan de voet van de Eiffeltoren op het Champs de Mars. De gevonden eieren moeten wel worden gedeeld met de deelnemende kinderen.  Zondag 5 april, van 10u tot 17u. Deelname € 5 per kind.

Ook het Musée de Montmartre verwelkomt kinderen van 2 tot 12 jaar voor een grote paasjacht naar verborgen eieren in de Renoir tuin. Hun missie? zoek 6 eieren van verschillende kleuren in de fraaie tuin, tussen de bloemen, bomen en struiken die de tuin bewonen. aan het eind van hun expeditie, die eindigt bij het prieel van de tuin, met een prachtig panorama over van de wijngaarden van Clos Montmartre, ooit vereeuwigd door Auguste Renoir. bij inlevering van de 6 eieren ontvangen de kinderen een verrassing van chocolade en snoep. Zondag 5 en maandag 6 april vanaf 14.00 uur. Musee de Montmartre, rue Cortot 12-14, metro Lamarck-Caulaincourt. De paasjacht is gratis voor kinderen tot 10 jaar. Meer plekken in de stad waar u uw kinderen kunt aanmelden voor de jaarlijkse jacht op paaseieren vindt u op de website van 'Sortir à Paris'.

TIP: Koop bij de eerste de beste krantenkiosk een stratenboekje van Parijs inclusief metro- en busoverzicht. De kaarten zijn handig ingedeeld per arrondissement. Vraag naar de gids 'Plan de Paris' van l'indispensable', of 'Paris par Arrondissement' van Blay Foldex (handig als u een leesbril nodig heeft) of de gids van 'Paris Pratique'


Last but not least beloofde ik u een aantal bijzondere restaurants. Die vindt u door hier te klikken.

dinsdag 24 maart 2015

BELLEVILLE PARIJS: LE BALLON ROUGE

Belleville betekent 'mooie stad' en hoe toepasselijk. Het is lente, de eerste zonnestralen komen tevoorschijn. De bomen krijgen weer een frisgroene kleur, de obers van de cafés openen hun parasols en de vrouwen flaneren weer in kleurige jurken over de straat. Vroeg, vroeg in de ochtend komt de zon op boven de Seine, die er dan uitziet als een stroom van gesmolten goud. We gaan Parijs nu van een andere kant bekijken mede naar aanleiding van een oud krantenartikel in 2012 gepubliceerd in de Volkskrant.  

                            De vindplaats van de ballon: De passage Julien-Lacroix (nu het Parc Belleville)

Door een van mijn trouwe lezers werd ik geattendeerd op dit interessant artikel; 'het Parijs van Pietje Precies'. Met Pietje Precies werd verwezen naar de briljante Nederlandse graficus Piet Schreuders. Voor mensen die hem niet kennen; Schreuders is de bedenker en uitgever van het blad Furore. Furore is een periodiek die ontegenzeggelijk zeer onregelmatig verschijnt. Het blad noemt zichzelf: Furore, onregelmatig briljant". De voorlaatste uitgave, nummer 20, dateert uit januari 2001, en in 2012 verscheen nummer 21 waarvan een groot deel is ingeruimd voor een speurtocht naar "het Parijs van Le Ballon Rouge", een korte, maar indrukwekkende Franse film van Albert Lamorisse uit 1956.

De woning van Pascal aan de rue du Transvaal 15 (Deze woning bestaat nog steeds)

De slechts 36 minuten durende film, nog steeds op DVD te verkrijgen, speelt zich af in het Parijse Belleville in de jaren vijftig. Een kleine jongen vindt op weg naar school een rode ballon aan een lantaarnpaal en maakt hem los. Vanaf het moment dat de jongen zich ontfermt over de rode ballon blijft de magische ballon hem achtervolgen. De film, grotendeels gefilmd in Belleville en Ménilmontant, geeft een prachtig beeld van het 20e arrondissement vóór de verwoestende renovaties in de jaren zestig en zeventig.  De film van Albert Lamorisse (1922-1970+) werd bekroond met de Gouden Palm tijdens het filmfestival van Cannes in 1956.  De film ging op 18 oktober in première en zijn zoon Pascal speelde hierin de hoofdrol.

Rue Vilin gezien vanaf de passerelle de la rue Piat (de passerelle bestaat niet meer maar vanaf de rue Vilin en de rue Piat heeft u nog steeds een adembenemend uitzicht over Parijs) 

Furore is op zoek gegaan naar de locaties waar de film is opgenomen. Gedetailleerd gaat Schreuders in op de achtergronden van Le Ballon Rouge. Welke filmlocaties werden gebruikt en wat is daarvan nog terug te vinden.  Het blad Furore, dat ik naar aanleiding van het artikel in de Volkskrant meteen heb besteld, is een absolute aanrader. In het blad omschrijft journalist, Wim Noordwijk, Furore als volgt: "Waarop berust de kopij van Furore? Op schijnbaar uitputtende kennis van feiten betreffende een onderwerp, dat vervolgens zo wordt gepresenteerd, dat het enerzijds bedwelmt en anderzijds de indruk maakt van overdreven en nergens goed voor. Die schijnbare overcompleetheid, die blijken van volledigheidsdwang, zijn intussen zeer functioneel. Ze pakken de lezer en onderstrepen tegelijk het belang van het onderwerp".

Ook deze boulangerie heeft moeten wijken voor het riante uitzicht over Parijs dat je nu hebt vanuit de rue de Piat

Ik kan u verzekeren dat ik zelden zo'n mooi vormgegeven blad heb gezien. Gevuld met prachtige illustraties en vol met foto's die  een goed beeld geven over de geschiedenis van Belleville en hoe de wijk er uit heeft gezien in de jaren vijftig, zestig en zeventig. Het blad, 104 pagina's dik, kunt u voor slechts € 17,50 direct bij de uitgever bestellen (klik hier).

Op de achtergrond de Notre-Dame de la Croix (deze kerk bestaat nog steeds; rue Étienne Dolet - place Maurice Chevallier) rechts de voorpagina van het blad Furore.

De film Le Ballon Rouge kunt u ook bekijken op YouTube. Let u vooral op het kleurgebruik in de film. Het eerste deel is verfilmd in blauwgrijs met als enige kleur de rode ballon. Het tweede deel waar de straatjongens de ballon grijpen speelt zich grotendeels af in tegenlicht en het laatste deel van de film is kleurig en baadt in het zonlicht. Zoals u weet, de foto's die ik gebruik in mijn weblog zijn altijd zwart-wit voor Le Ballon Rouge maak ik graag voor een keer een uitzondering.

Het huidige uitzicht over Parijs gezien vanuit de hoek rue Vilin en rue Piat.


Het 20e arrondissement aan de oostkant van Parijs bestaat uit drie oude dorpjes: Charonne, Belleville en Ménilmontand. Het zijn kosmopolitische wijken waar veel immigranten wonen, maar de laatste tijd steeds populairder onder de voornamelijk jonge Parijzenaars. Dat is ook de reden dat dit arrondissement steeds meer opduikt in reisgidsen en trendy modebladen. Naast het oude volkse Parijs, waar eens Edith Piaf werd geboren, is het ook het thuis van een exotische gemeenschap van Arabieren, Chinezen en Vietnamezen, maar ook van kunstenaars en studenten, die de dure universiteitsbuurten zijn ontvlucht, en goedkope antiquairs. Hier kunnen we nog de ruwe kant van Parijs aanschouwen. Geef dit arrondissement nog 10 jaar de tijd en dan is het net zo in trek als de Marais.

Filmshots: uit Le Ballon Rouge: Albert Lamorisse.

zondag 15 maart 2015

CHANEL - COCO & KARL

De rue Cambon, in het eerste arrondissement, gelegen tussen de rue des Capucines en de rue de Rivoli, een niet echt mooie straat in Parijs. Een straat met een schaduwzijde maar ook een stukje geweldige Parijse historie. De schaduwzijde is die van 31 augustus 1997 toen een zwarte Mercedes stond te wachten bij een achteruitgang (sortie discrètez) van het Ritz hotel. Het illustere gezelschap dat zou instappen bestond uit Lady Di en Dodi Al-Fayed. De rit, wat het begin moest worden van een romantische avond, eindigde met dodelijke afloop in de tunnel van de Pont de l'Alma. Parijs was in choque en de wereld in rouw.

Op loopafstand van de 'sortie discrètez van het Hôtel Ritz, op nummer 21, opende Gabriëlle Chanel in 1910; Chanel Modes.
Gabriëlle Chanel werd in 1883 geboren in het stadje Saumur in het Loiregebied. Kind van arme ouders; Jeanne Dévolles en Albert Chanel, straatventer. Ze was een van vijf en in 1895 eiste de vele zwangerschappen en tuberculose zijn tol, Jeanne stierf. Albert dumpte zijn twee zonen bij een boer en de drie dochters werden afgezet bij een weeshuis in het dorpje Aubazine. In het weeshuis kwam Chanel onder de hoede van de streng Rooms-Katholieke nonnen van de orde Saint Cœur de Marie. Een van de huishoudelijke taken die ze werd geacht te doen was het omzomen van bedlinnen. Zo werd Aubazine een plek waar niet alleen haar koppige karakter en sterke wil tot bloei kwamen, maar ook haar bovengemiddelde talent voor naaien. Op haar elfde kon zij naald en draad als de beste hanteren. Veel later krijgt ze voor overdag een baantje als naaister bij een lokale kleermaker in Moulins en 's avonds kluste ze bij als zangeres en danseres in La Rotonde voor de soldaten die haar de koosnaam Coco gaven. De naam die voorkwam in twee van haar succesnummers 'Ko Ko Ri Ko' en 'Qui qu'a vu Coco dans le Trocadéro'.

In 1907 ontmoet ze een welgestelde textielerfgenaam en fokker van racepaarden Étienne Balsan. Onder zijn hoede beweegt Coco Chanel zich in gegoede Franse kringen en begint ze te experimenteren met stoffen en kleding. Ze leert de kunst van het paardrijden en groeit uit tot een getalenteerde amazone. Zo bemerkt zij dat het veel gemakkelijker is om paard te rijden in een broek dan in een rok. Ze maakt het haar missie om kleding te ontwerpen van de zachtste en meest luxe stoffen waarin dames vrij kunnen bewegen. Zo wordt zij de rebel van de modewereld. Vergeet niet, we staan aan het begin van de 20e eeuw. Vrouwen zijn veroordeeld tot enkellange rokken en strakke, ongemakkelijke korsetten. "In hun harnas waar de boezem uitpuilt en hun achterste ook, aangesnoerd in de taille tot ze bijna zijn gehalveerd" zegt ze minachtend. De veel te brede hoeden van die tijd inspireren haar tot het maken van hoeden. Door haar opvallende verschijning maakt ze kennis met een rijke Britse zakenman Arthur 'Boy' Capel. Het is liefde op het eerste gezicht.

Parijs is inmiddels het financiële centrum van de wereld en het episch centrum van de kunstwereld. Er wonen meer kunstenaars per vierkante meter dan in welke wereldstad dan ook. Chanel transformeert rieten hoedjes, die ze voor een paar Franse francs inkoopt bij Galeries La Fayette, volgens haar eigen stijl, in een klein atelier op de begane grond van een elegant pand aan de boulevard Malesherbes 160. Met Capel's financiële steun opent ze in 1910 Chanel Modes op nummer 21 van de rue Cambon en in 1913 een boetiek in de mondaine badplaats Deauville. Op haar eigen unieke manier werkt ze zich op tot een weergaloze modevrouw. Haar feilloze visie levert haar al snel een reputatie op als stijlkenner. Chanel heeft zoveel succes dat ze in 1915 haar eigen couturehuis opent in het chique Biarritz. In 1916, de eerste wereldoorlog is inmiddels in volle gang, koopt Chanel een grote partij Jersey op die niemand wilde hebben. Dankzij haar groots ontwerptalent, oreert Vogue, dat Jersey onder haar handen een status heeft bereikt die vergelijkbaar is met klassieke stoffen als fluweel en tweed. Parijs ligt inmiddels aan haar voeten en Coco besluit na de eerste wereldoorlog terug te verhuizen naar haar favoriete stad Parijs. Haar business groeit en telt inmiddels driehonderd medewerkers en drie boetieks. Ze bezit een eigen Rolls Royce met chauffeur en een eigen butler. Rue Cambon 31 is het eerste van de acht panden die ze aankoopt gedurende de jaren twintig. Nummer 31 is altijd het belangrijkste pand gebleven. Daar bevinden zich haar decadent ingerichte appartement, couturesalon, ontwerpatelier en de stijlvolle spiegeltrap.

De stijlvolle spiegeltrap in haar appartement - Photo Robert Doisneau

Coco's oude atelier op de derde verdieping aan de rue Cambon is nog steeds de plek waar de couturewerkplaats van Chanel is gevestigd, waar zo'n 100 naaisters werkzaam zijn.

Door de dood van Boy Capel op 22 december 1919, die omkomt bij een tragisch auto-ongeval, zoekt zij troost bij een Russische banneling; Dmitri Pavlovich. Het is Pavlovich die haar in contact brengt met de parfumeur Ernest Beaux die het brein wordt achter haar meest lucratieve parfum: Chanel N°5. Chanel droomde al sinds 1913 van haar eigen parfum. Het verhaal gaat dat Beaux haar 10 geur samples presenteerde in twee genummerde series. Haar keuze viel op nummer 5. Beau adviseerde haar om de duurste ingrediënten te nemen om namaak te voorkomen. "Doe maar", zei Chanel en betaalde hem met een miljoen dollar uit de erfenis van haar geliefde Boy Capel. Chanel had iets met het getal 5. Haar coutureshows presenteerde zij altijd op de vijfde dag van de maand. Haar sterrenbeeld was bovendien het vijfde teken van de dierenriem; de Leeuw. Chanels N°5 is tot op de dag van vandaag de bestverkopende geur ooit. Vloeibaar goud, want elke 30 seconden gaat er een flesje over de toonbank. Het ontwerp van de tijdloze, stoere, transparante, vierkante flacon is een ontwerp van Maurice Dépinoix de eigenaar van Dépinoix Glassworks. 

Coco Chanel begreep als geen ander de kracht van een signature style. Zo ontdekte ze in de in de ruiten van de kloosterramen in Aubazine de geometrische patronen die vaag leken op de dubbele C, nog altijd het huidige logo van Chanel. Zij zag dat rode lipstick het gezicht een oppepper gaf en propageerde vervolgens rode lippen als onderdeel van haar signatuur. Tweekleurige schoenen, beige om het been langer te maken en zwart om de voet visueel te verkleinen. Terwijl de vrouwen in de jaren twintig een enkele parelsnoer droegen, droeg Chanel strengen vol. In 1925 draagt heel Parijs Chanels nepparels. Kunstig gemaakt door Gripoix volgens een geheim recept. Nog steeds legendarisch is haar 'Little Black Dress', een ontwerp uit 1926 of de iconische 2.55 tas die nog steeds onveranderd met de hand wordt gemaakt. Ook is Coco een quote machine waardoor ze steeds in het nieuws kwam. Over Chanel N°5: "Parfum is onzichtbaar en onvergetelijk. Het ultieme modeaccessoire. Het kondigt je aankomst aan en verlengt je vertrek".  "Mode is architectuur, alles is een kwestie van verhoudingen". "Draag een verkeerde jurk en men herinnert zich de jurk. Draag de perfecte jurk en men herinnert zich de vrouw". Zo creëerde ze haar eigen buzz. Haar opvolger Karl Lagerfeld speelt het spel op dezelfde wijze. Ook hij wordt vaak geciteerd.

Vanaf het uitbreken van de Tweede Wereld Oorlog tot aan haar dood in 1971 woont Chanel in een driekamer suite op de bovenste verdieping van het Ritz hotel. De hoge ramen in het dak kijken uit op de place Vendôme. Op zondag 10 januari 1971, een maand voor de presentatie van haar voorjaarscollectie keert ze vermoeid terug vanuit de rue de Cambon naar haar suite. "Ik voel me niet zo goed", zegt ze tegen haar kamermeisje. Even later vinden ze haar in een mantelpakje op bed, overleden in stijl. Haar laatste woorden tegen een van haar assistenten: "Geen onzin als ik dood ben, want ik zal er nog steeds zijn in een andere dimensie".

Die andere dimensie is zeer waarschijnlijk Karl Lagerfeld sinds 1983 hoofdontwerper bij Chanel. Geboren als Karl Otto Lagerfeld te Hamburg. Lagerfeld is onmiskenbaar een van de meest invloedrijke modeontwerpers van dit moment. In 1955 begon hij bij Pierre Balmain, om in 1958 over te stappen naar Jean Patou. Een jaar later neemt hij weer ontslag om vervolgens freelance te gaan werken voor o.a. Valentino. Daarna volgen Fendi, Chloé, waar hij bleef tot in 1997 Stella McCartney het roer van hem overnam. Gedurende die tijd ontwerpt hij ook voor Chanel waar hij seizoen na seizoen sterke collecties neerzet, Coco's erfenis dicht bij zich dragend. Vanaf de jaren '80 lanceert hij tussentijds ook nog eens zijn eigen modelijn en label. Lagerfeld is niet alleen een topontwerper maar ook fotograaf (sinds 1987 fotografeert hij zijn eigen reclamecampagnes), filmer, schrijver en uitgever. Hij is een groot liefhebber van boeken; zijn woningen in Parijs, Rome, Monaco en New York bevatten meer dan 300.000 boeken, waaronder een immense verzameling kunst- en fotografieboeken. In Parijs heeft hij een eigen fotoboekenwinkel, onder de naam 7L. Lagerfeld spreekt diverse talen, waaronder Duits, Frans, Engels en Italiaans.

Altijd gekleed in een zwart kostuum, een wit, hooggesloten overhemd en een donkere zonnebril. Lagerfeld verzet geen stap buiten de deur zonder zijn entourage van knappe jongemannen die moeten voorkomen dat hij, zoals hij zelf zegt, depressief wordt. De jongens hebben geen seks met de (naar verluidt) 81-jarige ontwerper maar moeten hem afleiden van al het lelijks in de wereld. "Ik haat lelijke mensen", zei hij eens in een interview met de New York Times. "Die zijn heel deprimerend."
Karl Lagerfeld heeft het begrepen. Al jaren bepaalt hij het modebeeld en zijn kat Choupette, het internet. Choupette heeft zelfs haar eigen Facebookpagina met 33.686 likes, meer dan 49.500 volgers op Twitter en haar eigen fashion website. Een echte online celebrity met sterrenstatus. Ze wordt twee keer per dag geborsteld door haar 'nanny's', eet alleen van porseleinen Goyard-bordjes, heeft blauwe ogen. "It's like having Greta Garbo in the House", aldus Karl.

Op dit moment is Chanel een wereldwijd bedrijf met veel invloed op de modewereld. Het hoofdkantoor is nog steeds gevestigd in de rue Cambon in een labyrint van suites en kamers verdeeld over vijf etages in twee gebouwen. Dankzij Lagerfelds ontwerpen is Chanel een van de meest winstgevende modemerken met geschatte revenuen van meer dan 4 miljard dollar per jaar. (Chanel is een familiebedrijf en publiceert geen cijfers) Een groot deel van de winst komt nog steeds uit het parfum Chanel N°5 en de sieraden.

Het Grand Palais, omgebouwd tot Brasserie Gabriella voor de Paris Fashion Week

Door zijn creaties, stijl en de manier van presenteren is Chanel hèt toonaangevende modehuis, waar exclusiviteit en design een symbool zijn voor diegenen die zich iets van Chanel kunnen veroorloven. "Met 'Chanel' koop je nu eenmaal een statussymbool. Een kledingstuk wat invloed heeft op je omgeving".
Hoogtepunt van de afgelopen Paris Fashion Week was natuurlijk weer de show van Chanel. In het Grand Palais koos Lagerfeld er ditmaal voor zijn nieuwste collectie te tonen in de ambiance van een Franse brasserie, brasserie Gabrielle, compleet met koffie schenkende obers, croissantjes en verse eitjes. Dat zijn muze Cara Delevingne hét topmodel van dit moment is, moge ook duidelijk zijn. Cara mocht het afgelopen jaar ruim 3 miljoen euro op haar rekening bijschrijven. Dat betekent dat ze zo'n 830 euro per uur rekent en dat tikt lekker aan!

Boulevard Chanel als decor in het Grand Palais speciaal voor de zomercollectie 2015

Vier keer per jaar laat Lagerfeld het Grand Palais compleet verbouwen, tweemaal voor de 'ready to wear'collectie (zomer en winter) en tweemaal voor de 'haute couture' collectie. Voor de zomercollectie heeft hij zelfs de gehele rue Cambon laten nabouwen. Op de uitnodiging stond welkom op boulevard Chanel. Wat volgde was een wervelende show met 80 demonstrerende modellen.


"I like to do things quickly because I'm easily bored"; Coco Chanel en Karl Lagerfeld lijken zeven levens te hebben.

Google Earth: Rue Cambon linksachter de Place Vendôme

zaterdag 7 maart 2015

DE MOOISTE PLEINEN VAN PARIJS

"La Place Rouge était vide, devant moi marchait Nathalie. Il avait un joli nom, mon guide…. Nathalie", zong Gilbert Becaud in 1964. La Place Rouge vind je in Moskou en niet in Parijs, maar je zou willen dat je een gids hebt als Nathalie, die je brengt naar die mooie pleinen van Parijs. Voor mij zijn ze een plek om te genieten van mijn eerste espresso, of om uit te puffen na een lange wandeling, of gewoon genieten van een zelf gekochte knapperige baguette en fromage van een echte Franse fromagerie. Keuze genoeg, Frankrijk telt meer dan 300 soorten. De Fransen zeggen niet voor niets; “een maaltijd zonder kaas is als een mooie vrouw die één oog mist”.

Place Dauphine

In het 1e arrondissement van Parijs ligt verscholen tussen de Pont Neuf, quai de l'Horloge, Palais de Justice en de quai des Orfèvres een van de mooiste oases van Parijs. Een pleintje waar ik regelmatig terugkeer; het place Dauphine (1e). Als een van de weinige buurten aan Haussmanns drastische stadsplanning ontsnapt Het is gebouwd in de 17de eeuw op de plaats waar eens drie kleine eilandjes lagen; het Île aux Juifs (Jodeneiland), het Île des Passeur-aux-Vaches (Koeiensmokkelaarseiland) en het Îlot de la Gourdaine. Dit charmante driehoekige plein, met prachtige huizen (nr. 14 is nog in originele staat) in Lodewijk XIII stijl, aan het andere uiteinde van Ile la Cité, stamt uit 1607. De naam werd gegeven ter ere van de langverwachte kroonprins (le dauphin). Werkelijk een van de mooiste pleintjes in de stad en bijna 40 jaar lang, op nummer 15, het domicilie van Yves Montand en Simone Signoret. Tot 1874 was het plein aan drie kanten omsloten door huizen. Maar om van het Palais de Justice een betere blikvanger te maken moesten de huizen aan de oostkant wijken. Deze oostzijde; de rue de Harlay, wordt nu bewaakt door twee leeuwen volgens Egyptische architectuur.  Aan de randen van het plein zijn bomen gepland om zo het gesloten uiterlijk van het plein te behouden. In de fraaie panden er om heen zijn veel kunsthandels en kleine restaurants te vinden.

Een prachtig uitzicht op de Seine vanaf square du Vert Galant

Een andere plek, die garant staat voor een prachtige picknick, ligt aan de westkant van place Dauphine. Achter het plein, al laat de naam anders vermoeden, vindt u de oudste en langste brug van Parijs; de Pont Neuf. De eerste steen werd gelegd in 1578, maar ze was pas klaar in 1607. In 1985 is de brug ingepakt in 41.000 m² zijdeachtige stof en 13 kilometer touw, door de Amerikaans Bulgaarse kunstenaar Vladimirov Javacheff Christo en de Franse kunstenares Jeanne-Claude. Het bronzen ruiterstandbeeld is een afbeelding van Hendrik IV met als bijnaam 'le Vert Galant', vanwege zijn reputatie als de grote verleider. Daal de trap af, achter het beeld, naar de kop van de Seine naar de square du Vert Galant (1e) op het uiterste puntje van Île de la Cité. Een klein parkje dat lijkt op de boeg van een schip. Al generaties lang een favoriete ontmoetingsplaats voor clochards, jong verliefden en andere romantici. Geniet van een adembenemend uitzicht op de Seine, het Hotel de la Monnaie en het Musée du Louvre en het gesloten warenhuis la Samaritaine. Dit idyllische parkje is tevens het aanlegpunt voor de rondvaartboten van "les Bateaux Vedettes du Pont-Neuf". Let ook nog even op de versiering van de ronde bogen van de Pont Neuf. Maskerkoppen van venters, barbiers, vuurspuwers, tandentrekkers, baliekluivers, beurzensnijders en andere charlatans. Afbeeldingen van mensen die 'beroepsmatig', in de 17de eeuw, veelvuldig op de brug te vinden waren. 


 Een oase midden in Parijs Place Fürstenberg

Op een steenworp afstand van de overvolle terrassen van het Café de Flore en Les Deux Magots ligt Place Fürstenberg (5e). Vooral in de lente is deze idyllische plek in Saint Germain een droom van een pleintje met geurige paulownia’s vol met prachtige zachtpaarse bloemen. Een onaangetaste harmonieuze architectuur, waar op warme avonden gemusiceerd wordt dankzij de prachtige akoestiek. Fraai bewerkte lantaarns. Helaas zijn de authentieke lantaarns met de witte melkglazen bollen vervangen. Filmers maken hier vaak opnamen als ze beelden van oud Parijs moeten hebben. Dit voormalige Cour d’Honneur van de abt van het paleis van Saint Germain is vernoemd naar Kardinaal Wilhelm Egon von Furstenberg. Verscholen achter een koetspoort ligt een van de intiemste museums van Parijs; het musée Delacroix. Hier sleet de kunstschilder zijn laatste dagen vechtend tegen de tuberculose die zijn lichaam sloopte, terwijl hij aan het werk was in de dichtbij zijnde Saint Sulpice. Eugène Delacroix vertegenwoordigt de romantische school, niet zozeer door zijn onderwerpen, wel door zijn manier van schilderen. Neem bij een bezoek aan het museum ook de tijd om even in het groen van zijn geliefde tuin te verpozen. Wie er zit spreekt met gedempte stem of kijkt nostalgisch naar het grote raam op zoek naar een glimp van de 'meester'.

Place de la Contrescarpe 

Place de la Contrescarpe (5e). Dit schilderachtige plein uit 1852 staat symbool voor het Parijs van weleer, omzoomd door cafés en winkels. Alle huizen werden min of meer fraai gerestaureerd. Een biertje drinken op het terras van Delmas is een aangename belevenis. Langs het plein loopt  de rue Mouffetard, ook wel la Mouffe genoemd,  een van de schilderachtigste straatmarkten. Ooit was deze lange smalle, licht hellende straat een Romeinse heerweg. De rivier de Bièvre stroomde hier. Langs de oevers bevonden zich ateliers die een niet zo aangename geur verspreidden, vandaar dat de straat in de volksmond ook wel la Mouff werd genoemd (moufette betekent stinkdier). Op steenworp afstand ligt het Panthéon.

Omzoomd door restaurants en terrasjes place du Marché-Sainte-Catherine

Zin in een eenvoudige lunch, dan stuur ik je naar het 3de arrondissement, naar de Marais.  Tussen de rue de Sevigné en de rue de Turenne ligt het fraaie place du Marché-Sainte-Catherine (4e). Omzoomd door restaurants en terrasjes. In de dertiende eeuw stond hier de priorij Sainte Catharine du Val des Escoliers Het pleintje is alleen toegankelijk voor voetgangers. Een heerlijke plek om vanaf een bankje het Parijse leven gade te slaan. Een klein stukje verderop in de rue d'Ormeson 1 staat een bijzonder winkeltje; Vert d'Absinthe. In 1830 werd dit drankje, met een alcoholgehalte van ruim 70 procent, gebruikt tegen koorts en malaria. In 1915 werd het verboden in Frankrijk. Nu is het weer gewoon verkrijgbaar en de eigenaar, monsieur Rodrigues, vertelt graag over de ceremonie, die hoort bij het drinken van Absint. Hij biedt de juiste glazen en de speciale zilveren absintlepeltjes met gaatjes, voor de klontjes suiker. Absint, ook wel de groene fee genoemd, drink je tussen vier en zes uur in de namiddag het zogenaamde 'l'heure verte'. Ga gerust naar binnen en geniet van dit bijzondere ritueel. In Parijs heerst inmiddels een ware absintmanie.

Dit plein behoeft eigenlijk geen aanbeveling place des Vosges

Als je vanuit de smalle straatjes vanaf de Bastille komt, of vanuit de rue Saint Antoine, dan ben je totaal onvoorbereid op de grootte en de pracht van de place des Vosges (4e). Dit geometrische plein, 108 meter in het vierkant, is een meesterwerk van élégance met rondom 36 uniforme herenhuizen, 9 aan elke zijde, opgetrokken uit rode baksteen en gele zandsteen. Het plein werd in 1605 aangelegd in opdracht van Hendrik IV, met de bedoeling om het plein in te richten met zijdewerkplaatsen om Frankrijk minder afhankelijk te maken van Italiaanse import. Het plein kreeg eerst de naam place Royal  en werd in 1800 herdoopt in de place des Voges, omdat de bewoners van de Vogezen als eersten na de Revolutie hun belastingen aan de jonge republiek hadden voldaan. Het plein kent en kende illustere personen zoals de markiezin De Sévigny  op nummer 1B, Victor Hugo op nummer 6, Kardinaal Richelieu op nummer 21,  nu het restaurant l'Ambroisie. Vanaf 1920 woonde hier Georges Simenon, bekend van zijn verhalen over commissaris Maigret. Tot zijn recente scheiding van zijn vrouw, journaliste Anne Sinclair, had ook voormalig IMF-directeur Dominique Strauss-Kahn zijn domicilie aan dit prachtige plein. Onder de zuilengalerijen huizen dure kunst-  antiek en modezaken, cafés en restaurants.

Bij een van mijn laatste bezoeken aan dit majestueuze plein in de Marais, werd ik verrast door een prachtige doordringende, volle, rijke, heldere en goedgemoduleerde sopraanstem, die versterkt werd door de prachtige akoestiek onder een van arcades. Het was of ik beland was in de film Farinelli. Farinelli was de artiestennaam van Carlo Broschi, een van de beroemdste Italiaanse soprano castrato zangers van de 18e eeuw. Maar hier betrof het een man die in Parijs bekend is onder de naam Jeando Cardi. Jaren geleden kwam hij vanuit Corsica naar Parijs. Hij noemt zichzelf troubadour, maar daar doet deze geschoolde operazanger zich tekort. Zijn intonatie is zo zuiver, zijn ademcontrole zo buitengewoon, dat hij met het grootste gemak en zekerheid de breedste intervallen uitvoert. Als het ware gehypnotiseerd stond ik te luisteren naar zijn uitvoering van de 'Sarabande' van Handel.

Jeando Cardi de Parijse soprano castrato

Als je Jeando Cardi intoetst op Google kom je bijna 10.000 hits tegen waarvan het overgrote deel You-Tube filmpjes betreft. "Ik zing om de zielen te kalmeren" aldus de in 1964 geboren Cardi. "Ik breng de opera naar de straten".  Jeando is regelmatig te vinden onder de arcades van de place des Vosges, het palais Royal of in de catacombes van de Madeleinekerk, vaak in zelf ontworpen kleding. Onlangs toonde hij zijn eigen lentecollectie, gedesigned door de Japanse modeontwerper Saki. Jeando Cardi, een bijzondere man, castraat. Maar bij het weglopen bedenk ik mij, dat castraten in hun jeugd (voordat ze 10 jaar oud waren) gecastreerd werden om hun hoge sopraanstem te kunnen behouden. Het verwijderen van de testikels hield de stembanden klein, maar liet het lichaam en vooral de longen doorgroeien, waardoor goede castraten hun ’kinderstem’ met grote kracht konden laten klinken. Zou dat bij hem nu ook het geval zijn?

Place des Victoires met het standbeeld van Lodewijk XIV

Place des Victoires (1e & 2e), op de grens van het 1e en 2e arrondissement. Hier betreedt u het rijk van de toegewijde fashionistas, volgers van dè mode, met super chique kledingzaken rond dit magnifieke 17de-eeuwse plein. Ook wel genoemd Place de la Mode met prachtige boutiques van o.a. Kenzo, Cacharel, Comme des Garcons en Thierry Mugler. Ontworpen ter ere van Lodewijk IV net als de overige pleinen: Places, Dauphine, Concorde, Vendôme en Concorde. Fraai verfilmd in de film Paris Je t’aime; de stad der liefde vanuit het oogpunt van 20 beroemde regisseurs. Hier kom ik om te genieten van de mooie symmetrie van de gebouwen ontworpen door architect Jules Hardoin Mansart, die ook de hand heeft gehad in het chique Place Vendôme

Iets toeristischer is de place Èmile Goudeau (18e), een van de charmantste pleintjes van Montmartre. Hier ga ik altijd  voor de warme belegde baguette van de beste baguettebakker van het jaar 2010; Djibril Bodian. Zijn winkeltje, Grenier à Pain, ligt op loopafstand van place Èmile Goudeau aan de rue des Abbesses nr. 38. Heerlijk belegde broodjes met drinken om mee terug te nemen naar het plein en daar op een bankje genieten van de vele goed- willende amateur artiesten. En... een prachtig uitzicht over Parijs, in het verlengde van de rue Ravignan. Je kunt ook plaatsnemen op het terras van "le Relais de la Butte" onder aan het plein, voor de trappen van de rue Ravignan. Op het pleintje zie je het gebouw; 'Bateau-Lavoir', vernoemd naar een oude wasboot op de Seine, dit was de eerste 'art factory' ter wereld. Daar brachten Picasso, Braque en de anderen het kubisme tot leven. Helaas werd het in 1970 door brand volledig in de as gelegd. In de plaats kwamen ateliers die weinig charme uitstralen maar gelukkig de oorspronkelijke structuur respecteren. Als afsluiting nog een andere tip: In de kleine rue d'Orchampt (bovenaan het pleintje en dan links) staat het herenhuis waar Dalida eens heeft gewoond.

Place Èmile Goudeau, een van de charmantste pleintjes van Montmartre

Op 3 mei 1987 stond de volgende merkwaardige advertentie in een Franse krant: "Dalida laissera le souvenir d'une femme de cœur généreuse et malheureuse.... Le souvenirs d'une grande artiste qui a marqué la chanson Française". Vrij vertaald: "Dalida zal worden herinnerd als een vrouw met een hart van goud maar diep ongelukkig. Rest ons de herinnering aan een groot artieste die een belangrijke bijdrage leverde aan het Franse chanson". De advertentie was ondertekend door François Mitterrand, Président de la République.
De avond daarvoor wordt Dalida, een van de grootste Franse zangeressen, dood gevonden in haar huis aan de Rue d'Orchampt 11bis. Naast haar een kort afscheidsbriefje met de woorden: "Pardonnez-moi, la vie m'est insupportable - Vergeef mij, het leven is voor mij ondraaglijk". Zij stierf als gevolg van een overdosis kalmeringsmiddelen. Frankrijk was in shock en in diepe rouw. Op donderdag 7 mei 1987 volgde een groots eerbetoon in de Madeleine kerk te Parijs waarna zij werd begraven, enkele honderden meters van haar woonhuis, op de Cimetière Montmartre. Tot op de dag van vandaag, is het dè reden, dat vele fans een bezoek brengen aan een van de mooiste graven op de begraafplaats van Montmartre (divisie 18).  Een prachtig levensgroot stenen beeld van Dalida, van de Franse beeldhouwer Alain Aslan, staat voor een zwart marmeren ark voorzien van een stralende gouden zon en haar naam eveneens in gouden letters.

Doorkijkje op het graf van Dalida op het Cimetière Montmartre

Dalida is sinds haar tragische dood altijd een cultfiguur gebleven en heeft nog steeds een zeer grote schare fans. In 1988 bleek uit een opiniepeiling, in opdracht van de encyclopedie Universalis, gepubliceerd in dagblad Le Monde, welke persoonlijkheden de grootste invloed hadden op de Franse maatschappij. Dalida eindigde op de tweede plaats achter Général de Gaulle. In 1997 werd de hoek van de rue Girardon en rue Abreuvoir op de Butte Montmartre ingewijd als place Dalida, met een bronzen levensgrote buste als herinnering aan deze nog steeds ongekend populaire zangeres. In 2002 werd zij vereerd met een eigen postzegel ter nagedachtenis aan haar dood 15 jaar geleden. Op initiatief van Bertrand Delanoë, burgemeester van Parijs, maar ook een vriend van de zangeres volgde in mei 2007, 20 jaar naar haar dood, een vijf maanden durende retrospectieve in het Hotel de Ville, het Parijse stadhuis. Samen met Édith Piaf, wordt Dalida gezien als de meeste populaire en invloedrijke Franse zangeres uit de 20e eeuw.


Place Dalida, 18e arrondissement, metro Lamarck Caulaincourt - Graf van Dalida: Cimetière de Montmartre, avenue Rachel 20, 18e arrondissement, metro : Blanche,  Place de Clichy. - Woonhuis Dalida: Rue d'Orchampt 11bis, 18e arrondissement, metro: Abesses.