Paris FvdV is een niet commercieel weblog speciaal voor kenners en liefhebbers van de stad Parijs - en voor hen die dat willen worden. Parijs is een stad met een gewichtig verleden, respectabel en gerespecteerd. Het is totaal niet nostalgisch. Parijs is er in geslaagd om, soms op brutale maar altijd op elegante wijze, om te gaan met zijn grootse monumenten. Ze te beschermen en te integreren in de nieuwe dynamiek van de stad. Parijs is een meester op het gebied van herstel en transformatie. U zult er nooit in slagen een volledig overzicht te maken van plekken en verhalen, die allemaal op hetzelfde punt uitkomen en de glorie van deze stad bezingen. toch wil ik een poging wagen. Wekelijks wil ik u niet alleen informeren over wat Parijs nog meer te bieden heeft, maar ook wil ik mijn liefde voor deze stad op u over dragen. In de hoop dat het raakt aan iets wat u herkent of voelt. Ferry van der Vliet.

Privacy verklaring: Indien u weblog Paris FvdV, dat bij Google-Blogger is ondergebracht, leest en reageert op de blogs van Paris FvdV, doet u dat vrijwillig en is uw IP-adres en mailadres - indien u dat vermeld - bekend en wordt opgeslagen. Ook uw schuilnaam waaronder uw reageert wordt opgeslagen. Paris FvdV zal uw gegevens nooit aan derden doorgeven. We houden uw gegevens privé, tenzij de wet of rechtelijke macht ons dwingt uw gegevens aan hen te verstrekken. Datalekken in het systeem vallen onder de verantwoordelijkheid van Google-Blogger. Door weblog Paris FvdV te bezoeken en/of de op of via deze weblog aangeboden informatie te gebruiken, verklaart u zich akkoord met de toepasselijkheid van deze disclaimer. Google gebruikt cookies om services te leveren en verkeer te analyseren dus uw IP-adres en user-agent zijn bij Google bekend, samen met prestatie- en beveiligingsstatistieken om servicekwaliteit te garanderen, gebruiksstatistieken te genereren, misbruik te detecteren en maatregelen te treffen.

vrijdag 30 oktober 2020

MET PARIJSE PEN, LITERAIRE OMZWERVINGEN

Het lijdt geen twijfel; buitenlanders weten onze stad – die voor onze ogen door een waas der gewoonte wordt versluierd – scherper te zien dan wij zelf”.

Jean Cocteau 1961


De 90 jarige madame Polo in 'le petit bar'Foto: © Bart Koetsier


Parijs is een stad met enorme contrasten, een stad van pracht en praal, puissante rijkdom maar ook een stad van extreme armoede. Je vindt er de hipste cafés, maar ook minuscule, donkere obscure kroegen met een hoogbejaarde dame achter de toog met een veel te dikke kater aan haar zijde. Het verleden is direct of indirect nog zichtbaar vooral in de buitenste arrondissementen tegen périphérique in het noordoosten. Je kunt er dwalen om te verdwalen, jezelf verliezen of je verloren voelen of plekken ontdekken waarvan je niet wist dat je ze zocht, beelden zien die je nooit eerder hebt gezien, die eigenlijk met geen pen zijn te beschrijven. Of toch! Literair journalist Margot Dijkgraaf en documentairefotograaf en fotojournalist Bart Koetsier laten je een nieuw Parijs ontdekken door in de voetsporen te treden van beroemde schrijvers. In hun (foto)boek ‘Met Parijse pen’ verenigt het fotografisch oog van Bart Koetsier zich met Margot Dijkgraafs literaire blik op de stad Parijs. De pen van Margot belicht de stad aan de hand van tien grote Nederlandse en Franse schrijvers en hun personages, de foto’s van Bart volgen op unieke wijze hun literaire route door de Franse hoofdstad.


Een constante in Barts werk is een sterk cinematografische sfeer - Foto: © Bart Koetsier


Bart Koetsier

Bart is een Nederlandse portret- en documentair fotograaf. De mens staat centraal in Koetsiers foto's - zowel in portretten als in documentaire beelden. Hij zoekt echter ook naar plaatsen en objecten om zijn verhaal te vertellen. Een constante in Barts werk is een sterk cinematografische sfeer en een alles bepalend aspect is het gebruik van het bestaande licht. Een voorval transformeert in een scene, mensen worden karakters en locaties vormen het decor. Wonend in Parijs werkt Bart Koetsier onder andere in opdracht van Le Monde, de Volkskrant, NRC Handelsblad, Het Parool, Vrij Nederland en De Morgen.


Mijn fotografie is vaak onscherp, wazig en bewogen. Dat doe ik uiteraard met opzet - Foto: © Bart Koetsier

 

Zijn Parijse beelden in het boek ‘Met Parijse pen’ komen voort zijn dagelijkse zwerftochten die hij gedurende zes jaar door de stad maakte. Alle honderd foto’s in het boek zijn gemaakt tussen 2014 en 2020. De nachtfoto’s gemaakt in Parijs maken onderdeel uit van zijn fotoserie ‘Taillights Fade’, een persoonlijk document over het leven van de nacht in de straten van Europa. Een serie die ooit begon in Amsterdam en met hem mee verhuisde via Brussel, Marseille, Warschau, Palermo en Athene naar Parijs. ‘Taillights Fade’ werd in 2014 genomineerd voor de Magnum Emerging Photographer Fund en werd onder andere gepubliceerd door Burn Magazine, The guardian, GUP Magazine, New Dawn Paper en Vice. In september 2018 werd hij vader van zijn zoon Abel en dat was voor hem het voorlopige eindpunt van dit werk.

 

Foto: © Bart Koetsier


Zijn (nacht) foto's gaan vaak over dwalen en verdwalen, vreemde ontmoetingen, bizarre situaties, de rafelrand, de achterkant van onze maatschappij, de mensen die buiten de boot zijn gevallen. Op een of andere wijze vereenzelvigde hij zich met die wereld. “Niet als een missie om iets aan de kaak te stellen, het was gewoon mijn leven. Ik leefde mijn leven, zwervend over straat en documenteerde wat ik zag of voelde” aldus Koetsier. “Mijn fotografie is vaak onscherp, wazig en bewogen. Dat doe ik uiteraard met opzet, anders zou ik wel een flitser gebruiken. Maar ik vind dat het midden-formaat camera juist zo'n mooi beeld oplevert, zeker met een wat langere sluitertijd. En de schoonheid van een bewogen beeld is zo ontzettend bijzonder, alsof je de realiteit ombuigt tot iets anders”.

 

Aan de hand van een honderdtal foto’s van Bart Koetsier en de pen van Margot Dijkgraaf treden we in de voetstappen van beroemde Nederlandse en Franse schrijvers - Foto: © Bart Koetsier


“Ik ‘liep’ tegen een gedicht van Remco Campert aan 'Denkend aan Jacques Prevert en Joseph Kosmo' en dat bracht mij op het idee van het boek. Het gedicht vertelt over een liefdes-geschiedenis aan de hand van een route die wordt beschreven van Gare de Nord met bus 26 naar Bellevillle, rue des Pyrenees, Pere Lachaise en naar Rue Popincourt. Geïnspireerd door het gedicht ben ik de route gaan lopen die Campert in dat gedicht beschrijft”.

Parijs is een stad met enorme contrasten, je vindt er de hipste cafés, maar ook minuscule, donkere obscure kroegen met een gehaaide dame achter de toog - Foto: © Bart Koetsier


“Een idee was geboren, een begin was gemaakt en rond die tijd raakte ik in gesprek met Margot Dijkgraaf. Ik vertelde haar over mijn idee, wat wonderwel mooi aansloot bij haar pas verschenen boek Lezen in Frankrijk, een literaire tour de France’ , waarin zij een route door Frankrijk beschrijft aan de hand van verschillende schrijvers. Het idee borrelde op om een boek te maken over Parijs met als inspiratiebron de literatuur. Om de locaties op te zoeken die een bepaalde schrijver noemt in de hoop dichterbij die schrijver te komen, om als het ware onder zijn huid te kruipen en een inkijkje in zijn of haar leven te hebben. We besloten 10 routes door Parijs te destilleren uit de werken van Franse en Nederlandse auteurs en vonden daarbij Boom Uitgevers bereid om het boek uit te geven”.

In mei 2019 volgde een tussentijds expositie ‘Errances littéraires – Paris et Amsterdam’, in Maison de la Poésie in Parijs. Dit ter gelegenheid van het literatuurfestival Café Amsterdam, een initiatief van het Nederlands Letterenfonds en de Nederlandse ambassade in Parijs.

 

De mens staat centraal in Koetsiers foto's - Foto: © Bart Koetsier


Margot Dijkgraaf

Margot is literatuurcriticus voor het NRC, auteur, literair journalist, interviewer, debatleider en ‘ambassadeur’ tussen Frankrijk en Nederland op het gebied van de letteren. Ze studeerde Frans in Amsterdam en Parijs en werd in 2001 benoemd tot ‘Chevalier des Arts et des Lettres’, een onderscheiding die Dijkgraaf ontving voor haar rol als pleitbezorger van de Franstalige literatuur in Nederland en België. Om diezelfde reden werd ze door de Franse regering in 2009 benoemd tot Chevalier de la Légion d’Honneur. Als intendant van de campagne Les Phares du Nord  organiseert ze voor het Nederlands Letterenfonds en de Nederlandse ambassade in Parijs, samen met een breed scala aan Franse partners, literaire ontmoetingen en andersoortige debatten in het kader van de culturele, wetenschappelijke en intellectuele uitwisseling tussen Frankrijk, Nederland en Zwitserland. Ze was een paar jaar voorzitter van de jury van de Europese Literatuurprijs, een prijs waarvoor ze tien jaar geleden het initiatief nam en die inmiddels toonaangevend is geworden Ook initieert ze  professionele ontmoetingen van uitgevers, vertalers en andere actieve organisaties uit het boekenvak, zowel in Frankrijk als in Nederland.  Ze woont in Amsterdam, maar is bijna wekelijks in Parijs of elders in Frankrijk.

 

Dit boek is een prachtig alternatief nu we even niet naar Parijs kunnen


Met Parijse pen

Aan de hand van een honderdtal foto’s van Bart Koetsier en de pen van Margot Dijkgraaf treden we in de voetstappen van beroemde Nederlandse en Franse schrijvers: Patrick Modiano, Remco Campert, Michel Houellebecq, Leïla Slimani , Adriaan van Dis, Simone de Beauvoir, Virginie Despentes, Willem Frederik Hermans, Nelleke Noordervliet, en Fred Vargas.

Patrick Modiano bijvoorbeeld neemt je mee naar een ander Montmartre, Remco Campert laat je de arme oostkant van de stad zien, Michel Houellebecq leidt ons van de Parijse hoogbouw bij de périphérique naar de Sorbonne, Leïla Slimani volgen we van Pigalle naar de Champs-Elysées, en met Adriaan van Dis wandelen we van het rijke Jardin de Luxembourg naar Château-Rouge, de Afrikaanse wijk. 

Zeker nu we door Corona even niet naar Parijs kunnen kreeg ik honger en dorst naar Parijs door de prachtige verhalen van Margot Dijkgraaf maar vooral door de krachtige rauwe foto’s van Bart Koetsier. 

Met Parijse pen, literaire omzwervingen | Margot Dijkgraaf & Bart Koetsier | ISBN 9789024432486 | Gebonden | 192 blz. | Verschijnt 6 november bij Boom uitgevers Amsterdam | Prijs € 29,90




zaterdag 24 oktober 2020

PARIJS ALS MAGNEET VOOR NEDERLANDSE ONTWERPERS

Eind jaren veertig schreef de Franse krant Le Figaro op de voorpagina in grote letters ‘Parijs schrijft voor’! Wie zich maar enigszins aan mode onderwierp, volgde slaafs wat Parijs dicteerde. Want al drie eeuwen lang dicteert Parijs de mode. En al worden Milaan, London en New York modesteden genoemd, Parijs is nog altijd de hoofdstad van de mondiale mode; ‘la capitale de la mode’. Het is juist daarom dat de hoofdrolspeelster van deze blog; LOUISEJACQUELINE, naar Parijs vertrok. 


Louise Jacqueline, Nederlandse modeontwerpster die op haar 29e besluit om haar leven een andere wending te geven voor het lanceren van een eigen modemerk in modestad Parijs
Foto © lowcus

“Parijs is voor mij duidelijk een vrouw, ze is verleidelijk, ontzettend elegant en verfijnd maar ook moeilijk te veroveren. Dit is een van de redenen dat ik hier naartoe moest. Andere reden is dat ik altijd al een aantrekkingskracht heb gevoeld naar Paris, ik ben half frans, mijn moeder is een Française dus ik moest naar deze stad om mijn Franse kant te ontdekken. Ook heb ik, voordat ik naar Paris verhuisde, veel gereisd voor mijn vorige banen als designer en daarvoor veel steden verkend waaronder New York, London, Barcelona, Milaan, Hongkong, Taipei, Seoul etc. etc. maar er is geen stad zoals Paris, waar ik gelijk voelde, ja ik ben hier thuis!” 

Aan het woord is Louise Jacqueline, Nederlandse modeontwerpster die op haar 29e besluit om haar leven een andere wending te geven voor het lanceren van een eigen modemerk in modestad Parijs. Ik ontmoette haar in het Atelier Néerlandais waar zij exposeerde tijdens de Paris Fashion week, samen met mode illustrator Margot van Huijkelom. 

 

Louise Jacqueline op jonge leeftijd in de tulpenvelden van haar vader                                                                                     
Louise Jacqueline groeide op als dochter van een Nederlandse bloementeler en een Franse moeder die samen in Balkbrug een bloembollen kwekerij runnen. 

De herinnering aan de kleurenpracht van de ontelbare tulpen op de velden inspireert haar tot op de dag van vandaag. Maar daarover straks meer. 

Schrijver en filosoof Jean-Jacques Rousseau schreef in 1761 in zijn briefroman ‘Julie, ou la nouvelle Héloise’: ‘La mode domine les provinciales, mais les parisiennes dominent la mode’. De mode heerst over de provincialen, maar de Parisiennes bepalen de mode. Rousseau liet die mededeling overigens volgen door het idee dat de slimmerik voor zijn voordeel iedereen weet te plooien. Ben jij die slimmerik?

 “ik heb altijd de drang gevoeld om mijn eigen werk, mijn eigen stijl uit te dragen. Ik vond het van jongs af aan altijd al vervelend als iemand anders het zelfde kledingstuk droeg als ik, en dat alles op elkaar leek. Vaak kun je gewoon niet meer zien van welk merk het ontwerp is, de authenticiteit gaat verloren met massaproducties en alles moet tegenwoordig snel. 5 jaar geleden heb ik de keuze gemaakt om het roer om te gooien, ik zocht naar simpliciteit en naar transparantie in het creatie proces, ik wil dat het voor iedereen duidelijk is hoe het werkt, hoe een kledingstuk gemaakt wordt, gewoon in een atelier hier in Parijs en niet met heen en weer gevlieg naar andere landen met alle daarbij behorende problematiek, stress en vervuiling. Met mijn eigen label wil ik elke vrouw met mijn creaties tot bloei brengen, tot de perfecte versie van zichzelf. Zoals bij een tulp. De vormen, belijningen, verfijndheid zijn allemaal te herleiden naar deze bloem die voor mij staat voor de kracht van de vrouw. Elke creatie van mij draagt de naam van een tulp waarop ze is geïnspireerd. Er zijn oneindig veel variaties van tulpen, rechte, puntige, lelievormige, maar ook met gekartelde bloemblaadjes, of dubbele tulpen die zo rond en vol zijn als pioenrozen. Deze vormen en kleuren staan centraal in de stijl van mijn label LOUISEJACQUELINE”.




 Elke creatie van mij draagt de naam van een tulp waarop ze is geïnspireerd

 

De tulp staat centraal in de stijl van mijn label LOUISEJACQUELINE

 

Inspiratie

“Maar de tulp vormt niet mijn enige bron van inspiratie. in 2015, Ik kwam net terug van een trip naar New York waar ik een blauwe jas had gekocht, en bezocht Art Rotterdam in de Van Nelle Fabriek, waar ik plots ineens oog in oog stond met een oeuvre van Yves Klein, het zelfde blauw! Ineens begreep ik de aantrekkingskracht van deze diep ultramarijn blauwe kleur. Intens. eerlijk, puur en mat. Het is een kleur die mij hypnotiseert en enorm inspireert. Ik ga ook vaak naar het Centre George Pompidou om daar de permanente collectie te bewonderen en voor zijn schilderijen te zitten en gewoon te kijken, en de kleur in mij op te nemen”.

 

Yves Klein's ultramarijn blauw intens. eerlijk, puur en mat, het is een kleur die mij hypnotiseert en enorm inspireert 


“En dan is er met stip op 1, Yves Saint Laurent. Hij begreep als geen ander het vrouwen-lichaam. Hij heeft vrouwen kracht gegeven en zijn ontwerpen zijn tijdloos, voor mij is een ontwerp pas echt goed als het tijdloos is en generaties mee kan gaan. Hij gebruikte in zijn collecties zowel felle lichte kleuren, als ook donkere kleuren. Hij had eens een collectie waarbij alle kleding stukken zwart waren, zijn moeder noemde dat dan ook Le Noir.


De werkkamer van Yves Saint-Laurent

Ook is Givenchy een grote inspiratie, vrouwelijkheid, veel natuurlijke vormen en prachtig materiaal gebruik, de ontwerpen zijn als bloemen die tot leven worden gebracht” 


Karl Lagerfeld zei eens: "Haute Couture is the extreme luxury. It is perfection with a unique personality. It has to do with patience and with modern and current times. Haute Couture is a maximum symbol of artisan’s refinement and beauty. This is the beauty and the magic of it".

“ik ben het hier wel mee eens. Voor mij is het maken van een couturejurk een vorm van toegepaste kunst, waarbij creativiteit, vakmanschap en de liefde voor esthetiek in complete harmonie samenkomen. Net als een kunstobject kan een creatie voortdurend en oneindig worden herontdekt. De tulp vormt voor mij een onuitputtelijke bron van inspiratie. Zo werk ik bijvoorbeeld niet met vaste collecties, alle ontwerpen maken deel uit van een permanente collectie, los van alle seizoenen. Een collectie die tijdloos is en zich op een natuurlijke manier ontwikkelt. Een creatie is voor mij bovenal een kunstwerk dat de beste versie van de vrouw naar boven haalt. Alle stukken uit mijn permanente collectie blijven bestaan en kunnen keer op keer in een andere vorm gekocht worden. Ik maak elke creatie maar één keer, maar ik kan het model wel nog een keer maken maar dan in een andere stof, zodat elk stuk uniek blijft.



De tulp vormt voor mij een onuitputtelijke bron van inspiratie

 

Een creatie is voor mij bovenal een kunstwerk dat de beste versie van de vrouw naar boven haalt


Ik doe het hele proces zelf, van inkoop, ontwerp, patronen en moulage. Mouleren is een techniek die zeer organisch is, het is als het ware het sculpturen van een stof op een lichaam, ik vind dit een geweldig fijne techniek omdat je met het materiaal werkt en daar vanuit beweegt. Het lijkt op beeldhouwen; het lichaam is het canvas waar ik laagjes omheen bouw. Een goed ontwerp kan er soms ontzettend simpel uitzien maar het absoluut niet zijn.

Ik vind het ook lastig om mijzelf te omschrijven. Ik ben onderneemster, ontwerpster en couturière. In Frankrijk is er een betere omschrijving voor; ‘une créatrice’”.


Ik doe het hele proces zelf, van inkoop, ontwerp, patronen en moulage
 

 

Hoe kom je aan je clientèle?

“Mijn clientèle komt uit verschillende hoeken, maar voornamelijk via via. In Frankrijk is het heel belangrijk om via een aanbeveling je klanten te genereren. De Fransen zullen niet zo snel een risico nemen door naar een onbekende ontwerpster/ ontwerper te gaan voor dè jurk van hun leven. Hun profiel is dat ze zich willen laten verassen, opzoek zijn naar een jurk die niet persé een jurk is die ze verwachten, een ontwerp dat ze in hun kracht zet en hun persoonlijkheid reflecteert. Mijn manier van werken noem ik ‘slow fashion’. Ik verwelkom mijn clientèle in mijn Parijse atelier (waar je je in een intieme oase vol persoonlijke aandacht waant), om kennis te maken en hun een impressie te geven van het creatieproces. Ik maak dan ook meteen van de gelegenheid gebruik om hun maten op te nemen. Aan de hand van hun wensen maak ik drie voorstellen in de vorm van schetsen. Er is altijd de mogelijkheid om een jurk te kiezen uit de permanente collectie maar vaak laten zij zich verleiden door een keuze te maken uit een van mijn schetsen. Bij de eerste doorpas past de cliënte haar eerste versie gemaakt van katoen. Op die manier kan ik de lengte, de lijnen en het volume van de creatie naar wens aanpassen. Pas bij de tweede doorpas past de klant haar jurk in de door haar gekozen stof, maar zonder de uiteindelijke afwerking en eventuele voering, zodat de benodigde aanpassingen nog kunnen worden gedaan. De laatste stap vindt plaats bij de uiteindelijke doorpas. Daar wordt de jurk aangepast volgens de laatste details om de jurk te perfectioneren. Als kers op de taart mogen de klanten de door mij gemaakte schetsen behouden”.


Je bent gevestigd in het bruisende 11e arrondissement. Heeft dat een reden? Waarom niet in Sentier, de modewijk van Parijs?

“Het 11e is een arrondissement dat volop in beweging is en waar veel creativiteit te vinden is. Het is een gemengde buurt en daardoor juist heel interessant en inspirerend. Parijs is ontzettend kostbaar en ruimte is schaars, ik heb er lang over gedaan om mijn huidige atelier te vinden, het is een oud pand met veel charme en mooie hoge ramen zoals een typisch atelier van Picasso. Ik deel de ruimte samen met 3 andere creatieven, een grafisch ontwerper, een fotograaf en een 3D ontwerper. Het is fijn om met anderen te zijn zodat we elkaar kunnen inspireren! Ik ben vaak in de wijk Sentier te vinden voor mijn stoffen. Ik werk graag met overgebleven voorraden van Parijse modehuizen om zo de kwaliteit van de stof èn de duurzaamheid te kunnen garanderen”.

 


Mouleren; het lijkt op beeldhouwen; het lichaam is het canvas waar ik laagjes omheen bouw


Hoe is het ondernemen in coronatijd?

“Corona is voor iedereen een lastig onderwerp, spannend genoeg zit ik net in de opbouw van mijn bedrijf dus het is zeker niet makkelijk! Maar het is ook een interessante tijd, om te zien wat er gebeurt en hoe men erop reageert. Het is voor mij vrij lastig om een product aan te bieden dat online verkocht kan worden. Een op maat gemaakte jurk kan lastig op afstand gemaakt worden, maar ik ben bezig met het ontwikkelen van andere creaties die makkelijker gedragen kunnen worden en ik bied, naast mijn op maat gemaakte jurken, ook sieraden aan van het Nederlandse sieradenmerk BANDHU van mijn beste vriendin Viona. Samen hebben wij de ‘Sincerety necklace’ ontwikkeld. Verder schoenen van het Franse merk UNSIBEAUPAS, die in een klein atelier in het zuiden van Frankrijk ‘op maat’ produceert. Wij hebben dezelfde visie op mode, geen megaproducties maar alles volgens een eerlijk proces en maatwerk; hoogte van hak, vormgeving, kleur van het leer etc”.

 

De 'Sincerety necklace' heb ik samen ontwikkeld met het Nederlandse sieradenmerkk BANDHU


Ik ben ook lid geworden van het AtelierNéerlandais. Via het Atelier hoop ik mijn netwerk te kunnen uitbreiden en meer zichtbaarheid te creëren. Voor mij was het geweldig om te kunnen exposeren gedurende de afgelopen Paris Fashion Week. Velen zijn mij hierin al voorgegaan; ontwerpers als Hellen van Rees, Spijkers en Spijkers, Lotte van Dijk, Liselore Frowijn en niet te vergeten Iris van Herpen die in Parijs de aandacht wist te trekken met haar futuristische designs. Sinds 2014 is het Atelier Néerlandais een ontmoetingsplaats voor Nederlands creatief talent in Parijs. Ze bieden je ontzettend veel ondersteuning en komen met veel goede ideeën en suggesties. De afgelopen keer heb ik ontzettend fijn samengewerkt met Joan Mols. Joan is verantwoordelijk voor de administratieve, logistieke en facilitaire ondersteuning van het Atelier Néerlandais”.

Voor inspiratie zit ik soms stiekem op het dak van ons appartement, hier heb ik een geweldig mooi panoramisch uitzicht over Parijs - Foto © lowcus

 

Nog een laatste vraag Louise Jacqueline, hoe ziet jouw vrije dag er uit in Parijs?

“Parijs is een stad waar alles kan, waar altijd alles leeft, geweldig inspirerend dus. Ik ga graag naar musea maar dan altijd op momenten dat het rustig is, dus op een doordeweekse dag, ik krijg nooit genoeg van de vaste collectie van het Centre George Pompiou, waar prachtige stukken van Yves Klein maar ook Chagall, Miro en Picasso hangen. Het Musée d’Orsay heeft geweldige stukken van Van Gogh en Redon en is een fijn museum waar je heerlijk in kunt verdwalen. Kleinere musea zijn een genot, het is er vaak rustig en de exposities zijn interessant, op modevlak is Palais Galiera ook formeel bekend als het Musée de la Mode de la Ville de Paris in het 16e onmisbaar, en niet te vergeten in het 15e Musée Bourdelle. Ook flaneer ik graag met mijn vriend door de kleine straatjes, naar bloemen- en plantenwinkels aan de Quai de la Mégisserie. Verder ben ik altijd op zoek naar bijzondere boetiekjes van ontwerpers om vervolgens te eindigen met wijntjes drinken op een terras, soms in de Marais (4e), maar ook in het 10e arrondissement langs Quai de Valmy. Shoppen doe ik niet zo veel maar ik struin wel graag door de spulletjes van de beste brocante winkel van Parijs, La Petite Rockette in het 11e, naast mijn atelier, ik ga er soms als pauze even naar toe om te snuffelen tussen alle spulletjes. Zo heb al heel veel ‘schatten’ gevonden. En, soms zit ik stiekem op het dak van ons appartement, hier heb ik een geweldig mooi panoramisch uitzicht over Parijs. 

 

Vaak experimenteer ik hier samen met mijn vriend en fotografeer mijn jurken op een manier dat er een andere dimensie ontstaat. Ik hou van artistieke fotografie waarbij de jurk uit haar gebruikelijke context wordt gehaald door de jurk zo te fotograferen dat er een andere dimensie ontstaat.


Elk jaar publiceert het Amerikaanse opinieblad TIME een lijst met de honderd 'all-time fashion icons' sinds 1923. Het zijn dè namen die ons collectieve idee over mode hebben bepaald. Creatieve talenten die niet onderdoen voor schilders, beeldhouwers of musici, en daar soms ook mee samenwerken. Paul Poiret, de grote pionier, schafte het corset af. Coco Chanel creëerde na de eerste wereldoorlog een nieuwe lijn voor de vrouw met soepele, jongensachtige modellen en het beroemde kleine zwarte jurkje - 'The Little black Dress'. Elsa Schiaparelli, die de crisis van de jaren dertig bestreed met humor. Zij introduceerde de schoudervulling. Christian Dior, die de naoorlogse wereld verraste met zijn 'new look' die vrouwen hulde in ruim bemeten stoffen. Yves Saint Laurent; in de jaren zestig en zeventig zette hij trends zoals het broekpak en de 'beatnik look' en de puntlaarzen die tot dijhoogte de benen omsloten. Jean Paul Gaultier, hij staat bekend om de korsetten met puntige beha-cups die hij ontwierp voor popartieste Madonna tijdens haar 'Blonde Ambition Tour' in de jaren '90. Maar ook buitenlandse couturiers zoals Viktor & Rolf, Alexander McQueen, Karl Lagerfeld, Kenzo, Miyake en Yamamoto. Zij zijn allemaal naar Parijs gekomen en bevestigen de tweeledige rol van de stad als bewaarder van de traditie en als jeugdige herrieschopper. Wie weet staat eens op die lijst de naam van LOUISEJAQUELINE die de Nederlandse tulp voor altijd een plaats gaf in het Parijse modebeeld. 


A t e l i er  LOUISEJACQUELINE
: 123 rue du Chemin Vert, 11e arrondissement.

Metro station : Saint Ambroise – lijn 9, Voltaire – lijn 9, Père Lachaise – lijn 2 & 3.

Instagram 




zaterdag 17 oktober 2020

125 JAAR RIDDERS VAN DE HAUTE CUISINE

Nu Parijs zowat geheel op slot zit, na 21.00 uur mag er niemand meer over straat, ga ik met jullie terugblikken op dierbare Parijse herinneringen. In juni 2020 ontving ik een telefoontje van Cathelijne van Vliet, neen, geen familie, of ik een fotoreportage wilde maken voor het septembernummer van de glossy Leven in Frankrijk. Het zou gaan om een reportage over de l’Ecole de Cuisine et de Pâtisserie Le Cordon Bleu Paris, beter bekend als Le Cordon Bleu. Dit samen met Tom Kellerhuis, sinds 2014 hoofdredacteur van HP/De Tijd. Maar Tom is meer, eigenlijk een schrijvende chef. In 2008 verliet hij de journalistiek voor zijn andere grotere passie; koken. Van 2008 tot 2011 volgde hij de koksopleiding aan het ROC te Amsterdam om vervolgens als leerling-kok te gaan werken bij diverse sterren restaurants in Nederland en het buitenland. Zijn belevenissen en ervaringen als keukenslaaf publiceerde hij in een boek ‘Het roer om’. Inmiddels is hij bekend als culinair journalist, smulpaap, schrijvende kok en jurylid van ‘Het fijnste Franse restaurant van Nederland’, georganiseerd door de glossy Leven in Frankrijk.


Tom Kellerhuis hoofdredacteur van HP/De Tijd, maar eigenlijk meer een schrijvende chef aan het werk in de keuken van Le Cordon Bleu
 

Het stond op ons beider bucketlijstje; lessen volgen bij de kweekschool van de Franse gastronomie Le Cordon Bleu. Le Cordon Bleu heeft weliswaar meer dan 35 vestigingen, de belangrijkste opleiding doe je in Parijs. In minder dan een jaar tijd is het mogelijk om hier ‘Le Grand Diplôme Le Cordon Bleu te behalen, dat wereldwijd erkend wordt door culinaire professionals. Garant voor een internationale carrière. De fameuze kookschool biedt de unieke kans om tegelijkertijd voor de diploma’s Cuisine en Patisserie te studeren inclusief een stage van 6 maanden. Dit programma omvat praktijklessen binnen het instituut en stages bij gerenommeerde partners waaronder diverse sterrenrestaurants Le Meurice van Alain Ducasse, L’Atelier Joël Robuchon en Sur Mesure en L’Honoré van het Manadarin Oriental Hotel. Het cursusgeld voor de intensieve programma’s van zes weken of drie, zes of negen maanden bedraagt tussen de € 20.000 en € 50.000, niet echt goedkoop. 


1895 - 2020 Deze maand oktober bestaat Le Cordon Bleu 125 jaar - Photo Le Cordon Bleu

Dit instituut bestaat 125 jaar

Le Cordon Bleu, opgericht in 1895, behoort tot de top 10 van de beste gastronomische opleidingen ter wereld en bestaat deze maand oktober 125 jaar. Inmiddels gevestigd in 20 landen met 20.000 ‘graduates’ per jaar uit 130 nationaliteiten. De meesterchefs van Le Cordon Bleu zijn voornamelijk afkomstig uit Michelin-sterrenrestaurants en winnaars van prestigieuze kookcompetities en titels zoals de ‘Meilleur Ouvrier de France’ en ‘Medaille de Grand Vermeil’ – de hoogste onderscheiding van de stad Parijs. Sinds 1984 is ze eigendom van André Cointreau. Er zijn niet veel culinaire experts die kunnen opscheppen dat eten en drinken al eeuwenlang onderdeel vormen van het erfgoed van hun familie, maar André Cointreau president van deze onvolprezen kookschool in Frankrijk, kan dit gemakkelijk doen. Hij is een directe afstammeling van de stichters van de Cointreau-likeur en Rémy Martin cognac.

Eric Briffard; Executive Chef en Director Culinary Arts van Le Cordon Bleu Paris

 

De vestiging in Parijs wordt geleid door chef Eric Briffard; Executive Chef en Director Culinary Arts. Hij wordt bijgestaan door chef Philippe Groult en chef Fabrice Daniel. Briffard verdiende zijn sporen door zijn eigen stijl van koken in onder andere het met een Michelin-ster bekroonde Château de Fère-en-Tardenois. De leiding over de keuken van het vijf-sterren Plaza Athéné en later het prestigieuze George V en het Four Season hotel. In januari 2016 werd hij verantwoordelijk voor Le Cordon Bleu Paris. Zijn culinaire carrière begon al op 15-jarige leeftijd bij Michel Moret, in het Relais Saint-Fiacre te Appoigny.

 

Het nieuwe hoofdkantoor van de prestigieuze kookschool ‘Le Cordon Bleu is geopend in 2016, een prachtig modern gebouw van glas en aluminium, ontworpen door het architectenbureau Didier Primard - Photo Le Cordon Bleu

 

Ridders van de haute cuisine

Le Cordon Bleu is vernoemd naar de leden van de Orde van de Heilige Geest. Deze ridders behoorden in de 17e en 18e eeuw tot de allerhoogste adel rond de koning en droegen hun ridderkruis aan een blauw lint dat over de schouder hing. Tijdens hun bijeenkomsten lieten ze zich door de Parijse topkoks de meest verfijnde gerechten voorschotelen. Maar het was de journalist Martha Distel die in 1895 met het kookschrift ‘La Cuisinière Cordon Bleu’ in het republikeinse Frankrijk het culinaire eten in brede kring wist te verspreiden. De eerste echte cursussen werden gegeven in 1896 door topkok Charles Driessens in de keukens van het voormalig koninklijk paleis het Palais Royal, met toen al een ongekende noviteit, namelijk het koken op een elektrisch fornuis. (Het eerste elektrische fornuis werd tentoongesteld op de Chicago World's Fair in 1893) Bij haar overlijden eind jaren ‘30 laat Marthe Distel de school na aan een weeshuis die er eigenlijk niet goed raad mee weet. De school raakt in versukkeling maar wordt na de Duitse bezetting weer voortvarend opgepakt door Elizabeth Brassart, die het in 1984 doorverkoopt aan André Cointreau. Enkele bekende oud leerlingen zijn de Amerikaanse Julia Child, de Israelische-Britse chef en schrijver Yotam Ottolengi en natuurlijk onze eigen tv-kok Herman de Blijker.


De 800 m² grootte daktuin van het gebouw, een ontwerp van Régis Guinard

Het instituut ligt naast het winkelcentrum Beaugrenelle in de buurt van de Eiffeltoren met uitzicht op de Seine en het Vrijheidsbeeld op de kop van Île aux Cygnes. Direct aan de quai André Citroën 13-15. Het nieuwe hoofdkantoor van de prestigieuze kookschool ‘Le Cordon Bleu is geopend in 2016. Een prachtig modern gebouw van glas en aluminium, ontworpen door het architectenbureau Didier Primard. Het gebouw beschikt over acht ‘state of the art’ keukens waarvan een speciaal voor workshops voor culinaire ‘amateurs, drie demonstratieruimtes, een wijnkelder voor de opleiding van sommeliers, zes modulaire klaslokalen’, een culinaire winkel en een grand café dat ook voor buitenstaanders vrij te bezoeken is. Dit spectaculaire gebouw heeft vier verdiepingen. De 800 m² grootte daktuin van het gebouw, een ontwerp van Régis Guinard, maakt deel uit van het educatieve programma en is bedoeld om de studenten kennis te laten maken hoe fruit, groenten en kruiden worden geteeld in een stedelijke omgeving. Verder herbergt het dak vier bijenkorven en een insectenhotel.


 Uw blogger samen met Tom Kellerhuis in de daktuin met zicht op de Seine

Aan de slag

Onze eerste culinaire workshop begint stipt om 9.00 uur ’s morgens. Cursisten die meer dan een kwartier te laat zijn – het staat duidelijk in de instructie mail – komen er niet meer in. Want als er iets bij de kunst van het koken hoort, is het wel discipline. Onze eerste workshop wordt gehouden in de hypermoderne keuken met de nieuwste apparatuur. Inductietoestellen, dure Rational ovens en ander professioneel kookgerei. 


Een van de vele hyper moderne keukens van Le Cordon Bleu


Workshop L'Atelier des Tartes o.l.v. Chef Emanuelle Martelli

De groep bestaat uit zo’n vijftien cursisten die onderleiding van Chef Emanuelle Martelli les krijgen in de fijne kneepjes van het patisserie vak. Emanuele Martelli voorheen 'Pastry sous-chef' in het drie sterren Michelin restaurant Georges Blanc*** en 'Pastry chef' Waterside Inn*** van Chef Alain Roux. Niet de eerste de beste dus. Alle ingrediënten staan voor iedere cursist afgewogen op de werkbanken, dat voorwerk is door Martelli’s assistenten al gedaan zodat wij ons kunnen focussen op de bereiding van het deeg als basis voor de aardbeientaart. “Niet te lang kneden want het is warm vandaag (het was die dag,  in juli 2019, 42 graden buiten) anders wordt het deeg taai”. Doe het daarom niet met je handen, maar met de deegkrabber”. Alle handelingen om tot een complete taart te komen worden eerst minutieus door hem voorgedaan, daarna mogen de cursisten aan de slag. 

De cursisten aan het werk, stap voor stap worden in een tijdsbestek van vier uur de taarten geconstrueerd


Tom Kellerhuis bij het kneden van het deeg


De basis wordt minutieus gecontroleerd door Chef Martelli en zijn assistente


Stap voor stap worden in een tijdsbestek van vier uur de taarten geconstrueerd. Eerst de ‘pâte sucrée’, het zoete deeg bereiden en in de taartvorm leggen. Het afbakken neemt Chef Martinelli voor zijn rekening. Dan het maken van de amandelcrème en vervolgens het bereiden van de banketbakkersroom, en tot slot het garneren van de taart met verse Hollandse aardbeien die een voor een op de zelfde grootte worden geselecteerd.


Tom Kellerhuis presenteert het fraaie resultaat van vier uur gedegen werk


Et Voila, uw blogger


Zeer tevreden met ons resultaat, "Un Grand Merci' aan het team van Chef Martelli 


De volgende dag staat onder leiding van Chef Patrick Caals - Chef Institut Paul Bocuse en Chef instructie van Le Cordon Bleu Paris. De workshop heet officieel ‘Visite et Cuisine du Marché en daarvoor brengen we in de vroege uurtjes allereerst een bezoek aan de Marché du Président Wilson. “De beste producten koop je ’s ochtends vroeg”; begint de chef zijn betoog. De avenue président Wilson is een fraaie lange straat gelegen tussen het Palais de Tokyo, het museum voor moderne kunst en het Palais Galliéra, het mode museum van Parijs. Duidelijk de buurt voor de beter gesitueerde Parijzenaar, her en der zie je een verdwaalde toerist. Caals voert ons langs de diverse kramen en adviseert de groep zoals een chef dat zou doen bij het beoordelen van de uitgestalde waren. 


De tweede workshop Visite et Cuisine du Marché begint 's morgensvroeg met een bezoek aan de Marché du Président Wilson


Bij artisjokken moet je er bijvoorbeeld op letten dat de bladeren niet te open staan. Fruit mag niet te groot zijn, maar ook niet te klein. Groenten moeten er fris uitzien. Dat geldt ook voor vis, die vooral niet naar vis moet ruiken. De kieuwen moeten rood zijn, de ogen levendig en ze moeten vooral stevig aanvoelen. Schaal- en schelpdieren moeten dichtgaan als je er op tikt. Een kreeft moet niet te groot zijn, liefst tussen de 450 en 650 gram. Gevogelte kun je het beste van ‘Label Rouge’ kopen en liefst met de kop er nog aan. Alle vogels lijken inwendig op elkaar, dus als de kop er niet aan zit, kun je een goedkopere soort voor een dure verkopen. Fransen zijn gek op orgaanvlees, dus op dit soort markten kun je vaak verse tripe kopen of kalfshersenen en kalfsnieren. Caals koopt tijdens onze wandeling over de markt diverse kazen, patés en bloedworst om de maaltijd die we straks zelf moeten gaan koken te begeleiden.


De workshop staat onder leiding van Chef Patrick Caals - Chef Institut Paul Bocuse en Chef instructie van Le Cordon Bleu Paris


Streng en rechtvaardig wordt ingegrepen indien nodig
 

Per luxe touringcar worden we vervoerd naar het instituut waar we onder begeleiding van Chef Patrick Caals een salade gaan bereiden van haricots verts, verse perzik, cantharellen en quinowa. Daarna aan de slag met een perfect gegaard lamsrack. Alles wordt stap voor stap voorgedaan en daarna mogen wij weer aan de slag. Tot slot de borden opmaak, ook hier gaat de chef ons in voor maar dit keer mogen de cursisten hun creativiteit de vrije loop laten. De workshop eindigt aan een prachtig gedekte tafel waar we kunnen genieten van onze zelf bereide sterrenmaaltijd onder het genot van een goed glas wijn. Tom en ik kijken elkaar tevreden aan. Dit is dè droom voor mensen die van lekker eten houden”.

 

Een laatste kritische blik bij het uitserveren door Chef Patrick Caals


Met dank aan culinair journalist Tom Kellerhuis voor zijn bijdrage maar vooral zijn gezelschap gedurende deze mooie Parijse herinnering, en natuurlijk Le Cordon Bleu voor hun uitnodiging. Paris FvdV feliciteert deze prestigieuze kookschool met hun 125 jaar bestaan. Het instituut is op 6 juli 2020 weer heropend voor het publiek na de covid-19 sluiting. Vergeet vooral niet het filmpje te bekijken waar diverse top chefs Le Cordon Bleu feliciteren met het jubileum, 125 jaar ambassadeur van de Franse Haute Cuisine en de Franse Art de Vivre. Voor meer informatie over de veelzijdige workshops bezoek de website. De prijzen per workshop variëren van € 90 tot € 990.


Terugblik op een prachtige herinnering






donderdag 8 oktober 2020

EEN ODE AAN DE VROUW EN HAAR VROUWELIJKHEID

De 47e editie van de Paris Fashion Week ligt weer achter ons. De Paris Fashion Week werd gehouden van 28 september tot 6 oktober 2020, met een editie aangepast aan de gezondheidscrisis. Jaar in jaar uit is dit een niet te missen evenement in de sector. De eerste Paris Fashion Week vond plaats in 1973. Als gevolg van de gezondheidscrisis presenteerden 84 modehuizen er hun lente-zomer dames confectiecollectie. Slechts 19 huizen presenteerden fysieke shows op beperkte schaal, de andere presentaties kregen een digitaal format. De modewereld past zich dus aan aan maatregelen die verband houden met de pandemie.

Werk van Margot van Huijkelom in het prestigieuze Atelier Néerlandais tijdens de Paris Fashion Week - foto © Margot van Huijkelom


Een van de niet te missen exposities was te zien in het Atelier Néerlandais aan de rue de Lille 121 in het 7e arrondissement. Het Atelier Néerlandais is een platform voor Nederlands ontwerp, de kunsten en het boek speciaal voor culturele ondernemers. Het is onderdeel van de Nederlandse ambassade in Parijs, die het Atelier Néerlandais in 2014 heeft opgericht en ook financiert. Tijdens de Paris Fashion Week exposeerden er drie leden: De Nederlandse mode designer louisejacqueline, de New Industrial Order (N.I.O.) met werken van ontwerpers Rosanne van der Meer en Annelie Ansingh en mode illustrator Margot van Huijkelom. Met haar had ik, mede door een tip van Joan Mols (Joan is verantwoordelijk voor de administratieve, logistieke en facilitaire ondersteuning van het Atelier Néerlandais),  een exclusief interview via Microsoft teams.

De kunst van de illustratie is gelukkig bewaard gebleven, mede dankzij Nederlandse grootheden als Piet Paris en Margot van Huijkelom - Illustratie © Margot van Huijkelom

 

Margot van Huijkelom

Voor het grote publiek werd de Nederlandse Margot van Huijkelom bekend door haar tekeningen van de Fashion Week, die groot werden afgedrukt in de Franse krant Le Monde. In het Atelier Néerlandais liet ze nieuw werk zien. Ze woont en werkt als mode tekenaar en beeldend kunstenaar vanuit haar atelier in Barbizon, een kunstenaarsdorp net ten zuiden van Parijs. Inmiddels woont ze daar al zo’n dertig jaar maar is ook nog regelmatig in Nederland te vinden. Haar werk is en wordt regelmatig gepubliceerd in vooraanstaande modebladen waaronder diverse edities van de Vogue Japan, l’Officiel, maar ook zijn haar illustraties opgenomen in verschillende boeken van de Duitse uitgever Taschen. Verder staan op haar klantenlijst namen als Harrods, reclame- en communicatie adviesbedrijf Publicis, Swarovski, cosmetica giganten als Clarins, l’Oreal en Lancôme. Voor de Franse krant Le Monde heeft ze tijdens de haute couture fashion week in Parijs gewerkt met Valentino en Dior. Als een van de weinige gelukkigen kreeg ze de vrijheid om backstage rond te lopen tijdens de catwalk shows. Na de shows naar huis om de mode-illustraties af te maken met een zeer strakke deadline, voor 5 uur ’s ochtends,  om die zelfde dag paginagroot te worden afgedrukt.


Illustratie exclusief voor Dior - Illustratie © Margot van Huijkelom

Lange tijd waren mode-illustraties beschrijvend. Ze moesten worden gebruikt om mode op te roepen en kleding te reproduceren. De opkomst van de fotografie heeft deze kunst van detail en grondigheid bijna een fatale slag toegebracht. Maar de kunst van de illustratie is gelukkig bewaard gebleven. Mede dankzij Nederlandse grootheden als Piet Paris en Margot van Huijkelom.


De Nederlandse Margo van Huijkelom woont en werkt vanuit Barbizon ten zuiden van Parijs

 

Margot; Een meisje  uit Brabant dat tekende en schilderde sinds ze zich kan herinneren. Het talent heeft ze van haar opa die schilderde in zijn vrije tijd, maar ook van haar moeder.

"Mijn passie begon met een potlood en een rol behangpapier welke ik fanatiek vol tekende om vervolgens aan de volgende rol te beginnen. Ik wist altijd dat ik mode illustrator en kunstenares wilde worden. Als zesjarige kinderen creëerden mijn vriendin Karolien en ik modebladen; we tekenden ze vol met onze illustraties en we verkochten ze in onze buurt. Na het behalen van een masterdiploma Artez (Nederlandse hogeschool voor de kunsten) en een postacademische studie verliet ik Nederland om de wereld van Parijse elegantie te ontdekken die mijn werk als art-director, ontwerper en mode-illustrator beïnvloedde. Ik werd verliefd op Parijs maar ook op een Parisien. Ik kon toen niet meer terug”. 


Werk voor Valentino en de Franse krant Le Monde - Illustratie © Margot van Huijkelom

“Als ontwerper heb ik het kledingstuk en de stoffen leren begrijpen, maar ik heb ook leren observeren. In het begin waren mijn illustraties een hulpmiddel om mijn ideeën uit te drukken, en toen de destijds bekende Franse modeontwerpster, styliste en voormalig model Emmanuelle Kahn, mij vroeg of ik haar rechter hand wilde worden en op het zelfde moment een Artist agent mij in zijn team  wilde opnemen was mijn keuze gemaakt”. 

“Het is in Tokio (Ik heb 15 jaar voor een Japans bedrijf in Tokio gewerkt) waar ik kennis maakte met een discipline die een sterke inspiratiebron voor mijn werk zou worden: de kunst van Ukiyo-e (houtsnede), delicaat werk van fijne lijnen op gebroken wit papier. De baas van het bedrijf (genaamd Shacho = baas in het Japans) liet me op een dag zijn privé en zeldzame verzameling houtblok prints zien, zoals ‘The wave’ van Hokusai en de kunstwerken van Utamaro maar vooral ook het werk van een van mijn favoriete kunstenaars, Leonardo Foujita. Shacho merkte mijn extreme interesse in zijn collectie op, dus hij zette me in een taxi die me afzette bij een kunsthandel in Tokio, waar ik de meest prachtige pigmenten, kwasten en handgemaakt papier kon vinden. Hier is het allemaal begonnen.


Illustraties exclusief voor Vogue Japan - Illustratie © Margot van Huijkelom



Voor een client ging ik naar Japan en maakte van de gelegenheid gebruik om een afspraak te maken met Vogue Japan. De redactie werd erbij geroepen toen ik mijn portfolio liet zien met alleen origineel werk. Iemand van de redactie vertelde me blij te zijn deze originele, met de hand getekende werken te zien in plaats van digitale werken en ze waardeerde de gecombineerde technieken van de kleur vlakken en delicate lijnen op handgemaakt papier”. 

De pers schrijft over haar werk het volgende: Margot’s dromerige werken ademen een tijdloze elegantie uit die op het eerste gezicht boeit. Mode is voor haar een speeltuin en vertellen de vrouwen, die zij op een podium zet, verhalen.


Hoe moet ik jouw werk in mijn blog omschrijven?

“Bijna ontdaan van haar omgeving blijft de vrouw in mijn werk de hoofdpersoon, een ode aan haar vrouwelijkheid. Mijn tekeningen zijn portretten met typisch vrouwelijke uitdrukkingen die ik graag uitbeeld: brutaliteit, verwondering, valse naïviteit, vindingrijkheid, verleiding ...

Het gezicht vormt de kern van de tekening en het hoofd, vaak afstandelijk, is belangrijker dan die in traditionele mode illustraties. De lichamen zijn ‘dés-articulé’, uiteengevallen, zoals de poppen van Hans Bellmer (een Franse, van oorsprong Duitse, fotograaf, beeldhouwer, graficus, kunstschilder en auteur), scherp zoals op de schilderijen van Christian Schad (Duits kunstschilder en fotograaf), of naïef zoals de tienermeisjes van Balthus (geboren als graaf Balthasar Kłossowski de Rola, een Franse kunstschilder) ...


Blue maskerade Illustratie © Margot van Huijkelom

Ik gebruik multimedia met een voorliefde voor de associatie van abstractie en precisie, inkt-pen lijnen doorweven met waterverf, transparante spuitbus lagen gecombineerd met dekkende olieverf of pigmenten.  Met alle technieken die ik me al die jaren heb toegeëigend, heb ik de keuze om het meest geschikte medium te kiezen om mezelf uit te drukken. Als iemand aan mij vraagt; hoe lang heb je over deze tekening gedaan? Zeg ik: vijf minuten en mijn hele leven”. 

“Tekenen en schilderen voelt voor mij als een permanente ontdekkingsreis, ik maak bijvoorbeeld mijn eigen verf, verbrijzel pigmenten en vermeng ze met grafietpoeder, marmer- poeder etc. etc. Als een kok in zijn keuken zoek ik naar het goede recept, om zo met goede smaak en associaties mijn werk spannend te maken. Ik gebruik de materialen welke het meest adequaat zijn om mijn onderwerp uit te drukken. Olieverf voor het vette van fluweel of leer, inkt en waterverf voor transparantie van bijvoorbeeld zijde, acrylverf voor taftzijde, een hoed of voor grafische accenten. Daar ligt ook de kracht van een goede mode illustratie. De volle texturen in reliëf versus de leegte van alleen een paar strepen. De kunst van het weglaten, het oog van de kijker mag het zelf invullen”.


Tekenen en schilderen voelt voor mij als een permanente ontdekkingsreis - foto © Margot van Huijkelom


Mijn inspiratie haal ik uit de uitdrukkingen van mijn dochter, de natuur; de bevroren takken door de vorst in het bos, voorbijgangers, de haute couture shows, een wuivende rok ... Ik maak foto's van alles wat ik zie en me inspireert. Ik schets ze, hang ze op mijn moodboard als een enorme lappendeken van ideeën. Ik kies een vel handgemaakt papier met zijn subtiele korrel en bereid mijn mediums voor. Dan ga ik experimenteren met alle levendige pigmenten en materialen welke ik zou kunnen gebruiken om de essentie van het onderwerp uit te drukken. Ik bestudeer hoe delicate penseelstreken kunnen worden gecombineerd met texturen op handgemaakt papier. Maar voordat ik mijn personages begin te schilderen, meng ik mijn verf en kies ik de juiste penselen ondergedompeld in een concentratie die grenst aan meditatie. “Want als mijn lijn een millimeter afwijkt, moet ik die tekening weggooien …


Ik maak foto's van alles wat ik zie en me inspireert. Ik schets ze, hang ze op mijn moodboard als een enorme lappendeken van ideeën - Illustraties © Margot van Huijkelom


In de tussentijd loopt ze met haar laptop langs haar werken in het Atelier Néerlandais. De prachtige ambiance met zijn antieke houten vloeren en de klassieke geprofileerde muren van onberispelijk wit doen haar illustraties eer aan. Het statige pand aan de rue de Lille 121 is eigendom van de Fondation Custodia, de stichting die de wereldvermaarde kunstverzameling van Frits Lugt (1884-1970) beheert. De collectie omvat ongeveer 7000 tekeningen en 30.000 prenten, 220 schilderijen, boeken en meer dan 40.000 kunstenaarsbrieven, waaronder twee van de zeven bekende van Rembrandt. Tekeningen van Hollandse en Vlaamse meesters uit de 17de eeuw vormen het hart van de collectie. Meteen komt bij mij de vraag op dat als je al 30 jaar in Frankrijk woont waarom haar werk nu pas te zien is in het prestigieuze Atelier Néerlandais.

“Ik had het al die jaren te druk met mijn cliënten in Japan en reisde de wereld rond voor mijn werk als art director. Corona bracht rust en Ik  ben o zo blij het atelier Néerlandais en hun top team te hebben ontdekt en de kans te krijgen om veel van mijn nieuwe werk hier te laten zien. Het gebouw ken ik. Ik liep hier al modeshows toen ik nog op de academie zat om onze collecties te tonen maar toen was de naam nog ‘Instituut Néerlandais’. Ik werd een beetje melancholiek hier weer terug te zijn, na al die jaren. Dus nu droom ik om mijn werk te kunnen laten zien tijdens Art Basel, in New York of in Tokio”.

Vrouwen tekenen voelt als een ode aan alle vrouwen van deze wereld en vooral ook Franse vrouwen - Werk voor Hermes Paris © Margot van Huijkelom

 

Je illustraties zijn vaak vrouwen, waarom geen mannen?

“Vrouwen, omdat ze verfijnd en mysterieus zijn, vanwege het interessante contrast tussen ‘Tough and tender’. Vrouwen tekenen voelt als een ode aan alle vrouwen van deze wereld en vooral ook Franse vrouwen. Zoals Arsène Houssaye (Franse romanschrijver, dichter en letterkundige) zei: “Een Parijse vrouw is niet modieus, ze ìs mode”.

Mannen, als ik ze teken, zien er uiteindelijk weer uit als vrouwen. Dit is ook leuk maar persoonlijk geef ik de voorkeur aan mannelijk ;-

'Een Parijse vrouw is niet modieus, ze ìs mode!'


Margot, een laatste vraag; je loopt rond in Parijs, hoe ziet je dag er uit? Ochtend, shoppen, lunch, musea, diner, guilty pleasures?

“Ik begin de dag met een ‘p’tit crème’ in Saint-Germain en vervolgens een lange wandel door de Parijse wijken om me te laten inspireren. Als ik in de buurt ben van het Atelier Néerlandais ben ga ik graag naar ‘Aux Vieux Garcons’, 213 Boulevard Saint-Germain, een mooi oud café...

Dan duik ik vaak een museum in; Le musée Jacquemart-André, 158, boulevard Haussmann voor het interieur en de vaak mooie exposities. Of het Musée Jean-Jacques-Henner, 43 Avenue de Villiers in het zeventiende arrondissement. Het lijkt wel of de geest van deze schilder nog in zijn atelier rond dwaalt. Het oeuvre van de kunstenaar hangt hier al sinds 1924 en je kunt het hele huis door struinen.

Soms ga ik lunchen in de Marais bij de Marché des Enfants Rouges, 39, rue de Bretagne. Een leuke overdekte markthal, Trés Parisien! Ik ga dan naar Chez Taeko en neem dan een bento box met gegrilde makreel, een bouillon en diverse bijgerechten. Heerlijk maar vooral betaalbaar. 

’s Middags ga ik nog wat pigmenten en papier halen in de prachtige oude winkel Sennelier op nummer 3 van de quai Voltaire in het zevende arrondissement. Hier kan ik uren doorbrengen, je waant je in een andere tijd.

Aan het eind van de dag is het tijd voor een ‘apéro’  en installeer ik mij op de kussens die op de verhoging van het stoepje liggen net voor het café restaurant l’Oenosteria in het zesde arrondissement, op loopafstand van de Jardin Luxembourg. Heerlijk mensen kijken onder het genot van een delicieuze Italiaanse wijn en tappas. Je kunt hier trouwens ook  heerlijk dineren.  l’Oenosteria kun je vinden op 40, Rue Grégoire de Tours.

‘s Avonds ga ik dan weer terug naar het romantische schilders dorpje Barbizon en bewonder ik nog even de zon die ondergaat achter de weilanden naast het huis, daar waar de beroemde schilder Jean Francois Millet het wereld beroemde schilderij ‘l’Angelus schilderde, te zien in Musée d’Orsay.

 

Illustratie voor Louis Vuitton - © Margot van Huijkelom


En ben ik nog iets vergeten?

Save the date; Van 28 november 2020 tot 4 januari 2021 heb ik een expositie in ‘De Hallen’ in Amsterdam, in de I Love Illustration Gallery aan de Hannie Dankbaarpassage nummer 5 van art-curator Anneke Krull. Daar is ook origineel werk van mij te koop. De prijzen lopen uiteen van € 650 tot € 2.500. Allemaal unica. Een gelimiteerde edition art print is te koop voor een speciale prijs tijdens een event op 12 december 2020. Zie ook de website van de galerie.  

Terugdenkend aan deze kunstenares met haar prachtige illustraties kan ik geen betere kop voor mijn blog verzinnen als een ode aan de vrouw en haar vrouwelijkheid.