Als je aan fotografie
denkt, denk je aan Parijs, de stad van het licht. Een medium, uitgevonden door
de Fransman Nicéphore Niépce en Louis Jacques Mandé Daguerre. In 1826 maakte
Joseph Nicéphore Niépce de eerste foto op een plaat die was bedekt met een
lichtgevoelige bitumen. Hij had hiervoor een belichtingstijd van maar liefst
acht uur nodig en helder zonlicht. Door het draaien van de zon ziet men op de
foto de schaduw van twee kanten. Deze bitumen-beelden, die naast zwart en wit
ook grijstinten konden tonen, konden ook worden gefixeerd en in positieve
beelden worden omgezet.
Het was Daguerre die in
1837 het medium fotografie voor het eerst in Parijs presenteerde. Het procedé,
waarbij een gepolijste, met kwikdampen geprepareerde plaat werd gebruikt,
leverde positieve, gespiegelde beelden, die helaas niet gereproduceerd konden
worden. De eerste fotografische afbeelding werd gemaakt door Daguerre in 1838
van de boulevard du Temple in het 3e arrondissement. De afbeelding toont een
drukke weg, maar omdat de belichtingstijd ruim 10 minuten bedroeg werd het
verkeer niet vastgelegd. Alleen linksonder zijn een schoenpoetser en zijn klant
zichtbaar, doordat ze lang genoeg stilstonden om te worden geregistreerd.
Niépce was een van de
eerste die zijn camera voorzag van een balg die het scherpstellen makkelijker
maakte, en het was de Parijse opticien Chevalier, die voor beiden lenzen deed
slijpen, en Niépce in 1826 in contact bracht met Daguerre. Hieruit volgde in
1829 een samenwerkingsverband, waarbij het fotografisch proces aanmerkelijk
werd verbeterd. Louis Daguerre werd hiervoor opgenomen in de exclusieve Orde
'Pour le Mérite' en is een van de 72 Fransen wier namen op de Eiffeltoren
gegrift staan.
Mede dankzij deze twee
pioniers kreeg Parijs ook een bloeiende foto-industrie. Alphonse Darlot begon
zijn opleiding als opticien op 12-jarige leeftijd en deed ervaring op bij Noel
Lerebours en Jean Theodor Jamin. Veel later opende hij zijn eigen laboratorium
voor het produceren van fotografische lenzen in Parijs aan de place Dauphine
2-4, onder de merknaam 'Darlot Paris'. Tussen 1845 en 1854 verschijnen ook
andere namen, zoals Hermagis en Derogy. Beiden vestigen zich aan de Quai de
l'Horloge 33 en 73. Claude Berthiot opende zijn fabriek in 1857 aan rue Saint
Antoine 168, waar tegen de eeuwwisseling meer dan 25.000 lenzen werden
geproduceerd.
Andere grote namen: André-Adolphe-Eugène
Disdéri, hij verkreeg in 1854 het patent voor de carte de visite, een soort
kartonnen visitekaartjes, waarop een albuminen foto, meestal een portret, werd
afgedrukt. Direct na de uitvinding van de fotografie schieten ook de
portretstudio's overal als paddenstoelen uit de grond. De fotostudio van Felix
Nadar wordt er uiterst succesvol mee. Dankzij Nadar kent de hele wereld de
gezichten van Charles Baudelaire, Victor Hugo, Sarah Bernard, Alexandre Dumas,
en vele anderen. Zijn atelier aan de Boulevard des Capucines was een
ontmoetingsplaats voor kunstenaars, componisten en schrijvers. Nadar werd ook
beroemd door zijn eerste luchtfoto's (reeds in 1858) die hij maakte vanuit een
luchtballon.
In de Parijse straten
is Eugène Atget (1857-1927) te vinden, die bekend is van zijn foto's van het
toenmalige Parijse straatleven en de architectuur. Zijn werk wordt vandaag de
dag nog steeds hoog gewaardeerd in de wereld van de fotografie. Mede dankzij
zijn assistente, de later bekende Amerikaanse fotografe Berenice Abbott, is
zijn hele oeuvre bewaard gebleven voor het nageslacht. Na zijn dood wist Abbot
een deel van zijn werk te verkrijgen en te bewaren. Circa 5000 van Atgets
foto's en glasnegatieven bevinden zich in de collectie van het Museum of Modern
Art in New York.
In 1924 vestigt zich
een Franse fotograaf van Hongaarse afkomst in wijk Montparnasse. Gyula Halász
(1899-1984), beter bekend onder zijn pseudoniem Brassaï voor zijn werk als
journalist. Onder invloed van zijn vriend en fotograaf André Kertész ontwikkelt
Brassaï een fascinatie voor het fotograferen van het Parijse nachtleven. Dat
bezorgt hem uiteindelijk grote faam. In de jaren dertig publiceert hij diverse
fotoboeken, waarvan met name 'Paris de Nuit' (1932) de essentie van zijn werk
weergeeft. Oprechte en waarachtige beelden van het ware Parijs leven in al haar
facetten, ook van de louche buurten. Henry Miller noemde hem 'het oog van
Parijs'.
In 1934 begint Robert
Doisneau (1912-1994) aan een carrière als beroepsfotograaf. Eerst als
industrieel fotograaf en reclame- fotograaf, en later als freelance
fotojournalist. Zijn werk als journalist voert hem naar de buitenwijken van
Parijs, waar hij bijna een halve eeuw foto's maakt van het straatleven en
portretten van mensen van allerlei allooi. Dit alles in zwart-wit. Zijn
bekendste foto is 'Le Baiser de l’Hôtel de Ville' (de kus voor het stadhuis - 1950)
Henri Cartier-Bresson
(1908 - 2004) de Franse fotograaf, cineast en schilder, was in 1947 samen met
Robert Capa en andere fotografen één van de oprichters van het befaamde
fotoagentschap Magnum, het eerste fotografen-coöperatief ter wereld. Eigenlijk
wilde hij schilder worden, maar als fotograaf was hij een van de grote getuigen
van de 20ste eeuw. Zijn talent lag in het licht en het voortdurend streven naar
hèt ultieme moment. Hij hield niet van manipulaties. Hij fotografeerde wat hij
zag en deed dat met zwart-wit foto's, waarin de emotie werd gevangen in strakke
composities. Cartier-Bresson fotografeerde vele beroemdheden waaronder Marilyn
Monroe. Hij fotografeerde Monroe op de set van haar laatst voltooide film; the
Misfits, van John Huston. Ook was hij op bezoek bij Mahatma Gandhi, op het
moment dat Gandhi werd neergeschoten. De foto's die Cartier-Bresson maakte van
Gandhi op zijn sterfbed, werden wereldberoemd.
In de jaren '50 en '60 van de 20e eeuw trokken Nederlandse fotografen, waaronder Henri Berssenbrugge,
Ed van der Elsken, Johan van der Keuken en Emmy Andriesse, naar Parijs om daar
het vak te leren van de Amerikaan Man Ray en zijn assistente Berenice Abbott ,
de uit Luxemburg afkomstige Edward Steichen en de fransman Jean Eugène Atget.
Na de oorlog verschijnen verschillende prachtige fotoboeken van en over Parijs
van diverse Nederlandse fotografen, die blijvend geïnspireerd waren door deze
bruisende stad. De meest gefotografeerde stad ter wereld wordt in die jaren boeiend vastgelegd door Jesse en Van der Elsken. Van der Elsken
fotografeert het echte straatleven, de rauwe kant van de samenleving en Jesse
fotografeert alleen maar "Parisiennes". Vrouwen waaronder actrices,
mannequins, studentes en vrouwelijke clochards.
Jaarlijks reis ik in
juni, met mijn fotokompaan Alex Timmermans af naar een dorpje net onder Parijs,
voor de Foire Internationale à la Photo de Bièvres. Gedurende twee dagen is het hier een komen en gaan van
verzamelaars op het gebied van fotografie. Analoog, digitaal maar ook van de
mooiste memorabilia uit de begintijd van de fotografie. Hier in Bièvres is
tevens het Musée Français de la Photographie gevestigd aan de rue de Paris 78,
met een van de grootste collecties ter wereld. Ruim 25.000 objecten en meer dan
een miljoen foto's is het resultaat van dertig jaar verzamelen, een grootse
collectie en ooit samengebracht door twee gepassioneerde liefhebbers; John en
Andrew Fage.
En dan komt ineens die
vraag bij mij op; en waarom niet in Parijs? Geen enkele metropool heeft zoveel
fotografen het hoofd op hol gebracht en tot sensuele en mysterieuze beelden
geïnspireerd als de Franse lichtstad. Even gewillig als een behaagzieke
minnares laat Parijs zich telkens weer in al haar hoeken en kieren
fotograferen. Gelukkig kent Parijs vele uitstekende fotogaleries, fotomusea en
grote foto-evenementen (altijd in de maand november) waaronder Paris Photo, Fotofever, Festival Photo
Saint Germain en nieuw in 2017 de 'Mois de la Photo du Grand Paris'. Georganiseerd door Fotofever, een parcours
door Parijs, langs diverse belangrijke fotogaleries. Start 20 april tot en met
1 mei. Donderdag 20 april 2017 zijn er verschillende vernissages / openingen (in
Parijs altijd met een hapje en een drankje) vanaf 18.00 uur tot 22.00 uur bij
de volgende galeries:
Courcelles Art Contemporain, 111
boulevard de Courcelles, 17e arrondissement
Galerie Cécile Charron, 43 rue
Volta, 3e arrondissement
Galerie Lacroix, 19
rue Lesage, 20e arrondissement
Roche Bobois, 84-92
avenue du Maine, 14 arrondissement
The Chata Gallery, 30-34
rue du Chemin Vert, 11e arrondissement
VOZ Galerie, 41 rue de
l'Est, Boulogne Bilancourt (vanaf 19.30 uur)
Séance
Dedédicace
Tevens is er op donderdagavond
20 april en vrijdagavond 21 april 2017 een 'séance dedédicace', een signeersessie van de Nederlandse Collodion
fotograaf Alex Timmermans bij Galerie Blin plus Blin in de rue de
l'Université 46 in het 7e arrondissement. Collodium fotografie is een
ambachtelijke techniek, uitgevonden in 1851 door de Engelsman Frederick Scott
Archer. Het is een van de allereerste manieren om iets op de gevoelige plaat
vast te leggen. Bij dit uiterst bewerkelijke procedé wordt de foto rechtstreeks
op glas gemaakt exact volgens de procedures uit die tijd. Alex Timmermans, is een van de zeer weinige fotospecialisten in Nederland die
zich bezig houden met deze bijzondere vorm van fotografie die anderhalve eeuw geleden
letterlijk het daglicht zag. Hij maakt gebruik van exact dezelfde techniek, en
fotografeert met camera's en lenzen uit diezelfde tijd. In combinatie met zijn
bijzondere printtechnieken wordt zijn fotowerk gezien als toonaangevend in de
wereld. Over de wereld zijn er niet meer dan een paar honderd fotografen die actief werken
volgens het procedé van Archer. Alex exposeerde al eerder op Fotofever in
Brussel en Parijs en presenteert dit keer werk uit zijn serie 'Story telling'.
Alex Timmermans
signeert voor het eerst, in Parijs, zijn nieuwe boek 'Storytelling', van 18.00
uur tot 20.00 uur in de Galerie van Patrick en Marie Blin. Het eerste exemplaar
zal worden aangeboden aan onze Nederlandse Ambassadeur in Frankrijk: Z.E. Mr.
Ed Kronenburg.
Patrick Blin werkte 17
jaar lang bij grote filmstudio's waaronder Paramount, Universal en Dreamworks.
In 2008 vestigde hij zich als zelfstandig fotograaf, gespecialiseerd in wild-life
fotografie. In 2011 openden Patrick en Marie hun fotogalerie in
Montfort-l'Amaury. Snel daarna, in 2015, volgde een tweede galerie in Parijs
aan de rue de l'Université 46 in het 7e arrondissement.
Marie Blin begon haar
professionele carrière als fotograaf bij Franse bladen waaronder Le Figaro,
Madame, Mairie France en Vogue. Later specialiseerde zij zich in still-leven
fotografie waar zij, mede door het gebruik van belichting, zoals gebruikelijk
in de film-industrie, opdrachten verwierf voor cosmetica giganten waaronder
Helena Rubinstein, Christian Dior, en Yves Saint Laurent. In 2007 trad zij in
dienst van de prestigieuze Parijse fotostudio; Studio Harcourt.
Tijdens het lezen bent
u diverse foto's tegengekomen allemaal gefotografeerd in de Métro van Parijs.
De RATP is een van de grootste sponsoren en promotors van fotografie. Grote
billboards op de perrons maken de reizigers attent op diverse grote
fototentoonstellingen die elk jaar in Parijs in diverse fotomusea of zelfs in
het stadhuis plaatsvinden. Met name in de maand november van elk jaar staan
vele metrostations in het teken van de fotografie. Prachtige beelden sieren de
ingangen of de perrons. Een lust voor het (fotografisch) oog.
Elke dag nemen ongeveer
5 miljoen mensen de Parijse metro om hun werkplek te bereiken, hun vrienden te
bezoeken, of om gewoon door Parijs te toeren. Totaal maken 1,5 miljard mensen
per jaar gebruik van de metro. De populaire Franse uitdrukking "métro,
boulot, dodo", (metro, werken, slapen) symboliseert het belang van dit vervoermiddel
voor het leven in een stad als Parijs. De stad kende al grote tentoonstellingen
rond het oeuvre van wereldberoemde fotografen waaronder: Diane Arbus (2012),
Helmut Newton (2012), Erwin Blumenfeld (2013), Peter Lindbergh (2014), Robert
Mapplethorpe (2014, Henri Cartier-Bresson (2014) Sebastião Salgado (2015), Philippe
Halsman (2015 - 2016), Richard Avedon (2016-2017) en Robert Doisneau (2017)
Beste musea en galeries
voor fotografie zijn:
Le Bal: 6, impasse de
la Défense, 18e arrondissement
Fondation Cartier pour l’art contemporain: 261,
boulevard Raspail, 14e arrondissement
Fondation Henri Cartier-Bresson: 2,
impasse Lebouis, 14e arrondissement
Jeu de Paume: 1,
place de la Concorde, 8e arrondissement
Maison Européenne de la Photographie: 5/7,
rue de Fourcy, 4e arrondissement
Polka Galerie: Cour de
Venise, 12 rue Saint-Gilles, 3e arrondissement.
Galerie Filles du Calvaire: 17 Rue des Filles du Calvaire, 3e
arrondissement
Cinema Gallery - Anne-Dominique
Toussaint: 26 rue Saint-Claude, 3e arrondissement
Galerie Blin plus Blin: 46 rue
de l'Université, 7e arrondissement
Gagosian Gallery: 4 rue
de Ponthieu, 8e arrondissement
Les Douches - La Galerie: 5 rue
Legouvé, 10e arrondissement
Galerie Camera Obscura: 268
boulevard Raspail, 14e arrondissement
De Franse hoofdstad,
die geboorte gaf aan het medium fotografie in de negentiende eeuw, blijft ondanks
geduchte concurrentie uit New York, Londen of Berlijn, het onbetwiste centrum
van de creatieve fotografie.
Photo Credits RATP Paris, Jean-Francois Mauboussin