Paris FvdV is een niet commercieel weblog speciaal voor kenners en liefhebbers van de stad Parijs - en voor hen die dat willen worden. Parijs is een stad met een gewichtig verleden, respectabel en gerespecteerd. Het is totaal niet nostalgisch. Parijs is er in geslaagd om, soms op brutale maar altijd op elegante wijze, om te gaan met zijn grootse monumenten. Ze te beschermen en te integreren in de nieuwe dynamiek van de stad. Parijs is een meester op het gebied van herstel en transformatie. U zult er nooit in slagen een volledig overzicht te maken van plekken en verhalen, die allemaal op hetzelfde punt uitkomen en de glorie van deze stad bezingen. toch wil ik een poging wagen. Wekelijks wil ik u niet alleen informeren over wat Parijs nog meer te bieden heeft, maar ook wil ik mijn liefde voor deze stad op u over dragen. In de hoop dat het raakt aan iets wat u herkent of voelt. Ferry van der Vliet.

Privacy verklaring: Indien u weblog Paris FvdV, dat bij Google-Blogger is ondergebracht, leest en reageert op de blogs van Paris FvdV, doet u dat vrijwillig en is uw IP-adres en mailadres - indien u dat vermeld - bekend en wordt opgeslagen. Ook uw schuilnaam waaronder uw reageert wordt opgeslagen. Paris FvdV zal uw gegevens nooit aan derden doorgeven. We houden uw gegevens privé, tenzij de wet of rechtelijke macht ons dwingt uw gegevens aan hen te verstrekken. Datalekken in het systeem vallen onder de verantwoordelijkheid van Google-Blogger. Door weblog Paris FvdV te bezoeken en/of de op of via deze weblog aangeboden informatie te gebruiken, verklaart u zich akkoord met de toepasselijkheid van deze disclaimer. Google gebruikt cookies om services te leveren en verkeer te analyseren dus uw IP-adres en user-agent zijn bij Google bekend, samen met prestatie- en beveiligingsstatistieken om servicekwaliteit te garanderen, gebruiksstatistieken te genereren, misbruik te detecteren en maatregelen te treffen.

maandag 28 april 2014

KONINGSDAG OP DE NEDERLANDSE RESIDENTIE IN PARIJS

Je merkt het al als je met de auto de oversteek maakt bij de Seine van het eerste, naar het zevende arrondissement. Rijdend via de altijd drukke place de la Concorde zie ik voor mij het prachtige gebouw van de Chambre des Députés of de Assemblée Nationale. De Franse Tweede Kamer, is gevestigd in het Palais Bourbon. Dit paleis, gebouwd in 1722, is genoemd naar de eerste eigenares, de hertogin van Bourbon, een buitenechtelijke dochter van Lodewijk XIV. Het ligt pal tegenover de Madeleine, aan de overkant van de Seine, daar waar de Place de la Concorde wordt verbonden door de sobere Pont de la Concorde met de chique Quai d'Orsay.

Ontvangst bij de Nederlandse Ambassadeur; de erewacht verzorgd door een delegatie van het 44e Pantserinfanteriebataljon, Garderegiment Infanterie, Johan Willem Friso

We begeven ons naar het nobele Faubourg Saint-Germain, de wijk van de adel en de aristocratie, vol met ministeries en ambassades. Tot de 16e eeuw was dit het grondgebied van de machtige Abdij van Saint-Germain-des-Prés. Saint Germain was ooit een raadgever van de Franse koning en vanaf 556 bisschop van Parijs. Des Prés betekent letterlijk 'in de velden'. De abdij werd omgeven door akkers, weiden en jachtterreinen. Deze werden in de achttiende eeuw geconfisqueerd door de universiteit en de Franse adel. De huidige stadspaleizen of hôtels, statige herenhuizen, dateren allemaal uit de eerste helft van de achttiende eeuw, toen de Marais uit de gratie was. Op een gebied van circa tweehonderd hectare vind je er wel honderdvijftig.

Het zevende arrondissement behoort tot 'les beaux quartiers'. Het is een gegoede buurt, waar de huren en koopprijzen behoorlijk hoog zijn. Een groot arrondissement, met lange straten en lanen, die tal van oude hôtels herbergen, vaak met grote tuinen. Hôtel komt van het Latijn; 'hospitum', herberg. In de 17e eeuw oorspronkelijk het huis van een adellijke heer. Later werd het de algemene aanduiding voor paleisachtige gebouwen met een privé of openbaar karakter.

Meer dan 500 genodigden uit binnen- en buitenland maken hun opwachting

Ik parkeer mijn auto in de rue Saint Dominique. Het is bijna 12 uur en een voorjaarszonnetje verlicht de vanillekleurige gevels van de huizen. Ik ben op weg naar de rue de Grenelle, dit op uitnodiging van Nederlandse Ambassadeur in Frankrijk Z.E. Mr. Ed Kronenburg en zijn charmante echtgenote Liliane, voor de viering van Koningsdag in Parijs.

De rue de Grenelle, met zijn lengte van 2.250 meter doorkruist zowel het zevende als het zesde arrondissement. Het was de verbindingsweg tussen Parijs en het dorpje Grenelle en werd in de 16e eeuw voornamelijk gebruikt voor het vervoer van koeien, maar ook door justitie voor het overbrengen van veroordeelden op weg naar hun executie door middel van de galg of de guillotine, die opgesteld stonden op de place de la Concorde. De straat herbergt de mooiste stadspaleizen van Parijs, vaak verscholen achter immense poorten. Hier wonen ambassadeurs, hoge functionarissen uit het politieke en of economische leven maar ook erfgenamen van de grote puissant rijke families, gebroederlijk naast elkaar. Ook hebben diverse ministeries hier hun plek gekozen. De maîtresse is een courant verschijnsel in deze chique buurt van Parijs, nog meer dan elders, in dit land van ondeugende Franse presidenten als Jacques Chirac en François Mitterand, die hun minnaressen 's avonds laat per limousine aan de speciale deur van het Elysée lieten afzetten of zoals François Hollande die op regelmatige basis per scooter 'discreet' naar het liefdesappartement van zijn 'amour' trekt, op amper 800 meter van het Elysée.

Gastheer Z.E. Mr. Ed Kronenburg, ambassadeur en de Franse oud-president Valéry Giscard d'Estaing

We passeren nummer 79; Hôtel d'Estrées. Gebouwd in 1711-1713 door Robert de Cotte en sinds 1863 de officiële residentie van de ambassadeur van Rusland. Vorig jaar juni was ik hier te gast voor de 11e editie van 'Le Jardin et ses Créateurs' met beelden van Paul Flickinger. De prachtige ambtswoning van onze Ambassadeur in Frankrijk is gevestigd aan de rue de Grenelle 85 in het voormalige Hôtel d'Avayray. In 1718 kreeg de architect Jean-Baptiste Le Roux van Claude Théophile de Bésiade, markies van Avaray, de opdracht een luxueuze residentie te bouwen, nabij het buurtschap 'près de la justice Saint-Germain'. De bouw nam ongeveer twee jaar in beslag. Directe nazaten van de familie Bésiade d’Avaray verkochten dit herenhuis in 1920 aan de Nederlandse regering en sinds die tijd is het Hôtel d’Avaray de officiële residentie van de ambassadeurs van het Koninkrijk der Nederlanden in Parijs.

Vrijheid is een van de kernwaardes in het tolerante Nederland aldus de ambassadeur in zijn speech

Meer dan vijfhonderd gasten, waaronder de achtentachtig jarige Franse oud-president Valéry Giscard d'Estaing (1974-1981) werden op de Nederlandse residentie met een boodschap van vrijheid verwelkomd. Vrijheid is één van dè kernwaardes in het tolerante Nederland en in 2014, het jaar van de grote herdenkingen, des te meer actueel. In 2014 herdenken we dat honderd jaar geleden de Eerste Wereldoorlog, 'La Grande Guerre' begon. Tijdens deze oorlog zijn ongeveer 9 miljoen mensen omgekomen en ongeveer 20 miljoen raakten gewond. Tevens is het zeventig jaar geleden, de start van Operatie Overlord, de geallieerde ontscheping in Normandië. Maar tevens moeten wij erkennen dat vrijheid, veiligheid en vrede nog lang geen gemeengoed is op vele plaatsen in de wereld waaronder Syrie en de Centraal Afrikaanse Republiek. Maar ook de vrijheid van pers, godsdienst, vrijheid zonder discriminatie op basis van ras, geloof, mensenrechten of sexuele oriëntatie. Ook hier hebben we nog een lange weg te gaan aldus de Nederlandse ambassadeur Kronenburg, in zijn gedenkwaardige speech voor vertegenwoordigers uit zowel het Nederlandse, als het Franse commerciële, economische en artistieke netwerk van de ambassade, collega diplomaten en diverse militaire attachés.

Oud-president van Frankrijk Valéry Giscard d'Estaing

De Koningsdagreceptie werd mede mogelijk gemaakt door de steun van zowel het Franse- als Nederlandse bedrijfsleven. Indrukwekkend was de erewacht verzorgd door een delegatie van het 44e Pantserinfanteriebataljon, Garderegiment Infanterie, Johan Willem Friso. De muziek waaronder de Marseillaise, het volkslied van Frankrijk en het Wilhelmus, werd verzorgd door het Fanfarekorps Nationale Reserve uit Amersfoort. Met op de achtergrond het bekende nummer uit de periode van de Tweede Wereldoorlog; "We'll meet again", verlaat ik, het met Nederlandse tulpen versierde, Hôtel d'Avayray. Merci Excellentie.

De muziek verzorgd door het Fanfarekorps Nationale Reserve uit Amersfoort

TIP: Combineer een bezoek aan de rue de Grenelle met een bezoek aan de Assemblée Nationale, het Musée Rodin, of de meest bizarre winkel in opgezette dieren; Deyrolle in de rue de Bac. Last but not least een van de oudste warenhuizen van Parijs Le Bon Marché. (klik op de namen voor de bijbehorende blogs)

De Koningsdagreceptie werd mede mogelijk gemaakt door de steun van zowel het Franse- als Nederlandse bedrijfsleven

woensdag 23 april 2014

PETITE CEINTURE; DE VERGETEN SPOORLIJN VAN PARIJS

Zo rond 1850 werd besloten om een spoorbaan aan te leggen langs de toenmalige stadsgrenzen. De 'Chemin de fer de Petite-Ceinture', voorloper van de metro maar dan grotendeels bovengronds. Meer dan 160 jaar later, bestaat het grootste deel van het traject nog steeds.

In 1848 had Parijs vijf grote stations gerund door vijf verschillende spoorwegbedrijven: la Compagnie des chemins de fer de l'Ouest (de stations Gare Saint-Lazare -1837 en Gare du Nord - 1846), la Compagnie du chemin de fer de Paris à Strasbourg (Gare de l'Est - 1849),  la Compagnie des chemins de fer de Paris à Lyon et à la Méditerranée (gare de Lyon - 1847) en la Compagnie du chemin de fer de Paris à Orléans (Gare d'Austerlitz - 1840). Ieder spoorbedrijf onderhield zijn eigen spoorlijn zonder enige aansluiting op een concurrerende lijn, want dit zou hun regionale monopolies in gevaar brengen. Aangezien er in Parijs geen enkele spoorverbinding bestond tussen de diverse grote treinstations, moesten goederen door de nauwe straten, met paard en wagen worden vervoerd, om elders hun weg per spoor te vervolgen. Een ringlijn bood de mogelijkheid om de stad te omzeilen en aftakkingen zorgden ervoor dat alle stations bereikbaar werden.

De aanleg van deze prachtige 32 kilometer lange spoorlijn duurde van 1852 tot 1867

Vervoer per spoor was in die tijd nog relatief nieuw en het leger zag het spoor als een essentiële manier om snel manschappen en materiaal te vervoeren tussen de vestigingwerken langs de stadsmuur. De regering, toen armlastig, vroeg de rijke spoorwegmaatschappijen, onder dwang en met enige chantage, om financiële steun. De Ceinture concessieovereenkomst verklaarde, dat de regering de financiering van de landschapsarchitectuur, bruggen en rails voor haar rekening zou nemen. De spoorwegmaatschappijen daarentegen moesten tekenen voor een concessie van 99 jaar in plaats van 45 jaar. Verder moesten zij 1 miljoen Franse Francs bijdragen voor de bouw van de stations, zorg dragen voor het rollend materieel en garant staan voor de dekking van de exploitatiekosten.
Het eerste deel werd geopend op 12 december 1852 en het tweede deel op 30 september 1853. De bouw van het gehele bouwtraject duurde uiteindelijk tot 1867, net op tijd klaar voor de Wereldtentoonstelling. Vanaf dat jaar werd Parijs het centrum en ontmoetingsplaats van de spoorwegen in heel Frankrijk. Tussentijds schoten in Parijs de vernieuwde stations als paddenstoelen uit de grond. De architecten probeerden elkaar met monumentale façaden, spectaculaire constructies van ijzer en glas, luxueuze interieurs en weelderige decoraties de loef af te steken. Stoom en ijzer - het station als 'moderne kathedraal' en overslaghalte van de moderne metropool.


Charonne; De 'Petite Ceinture' in het 20e arrondissement anno 2014

Al snel begon de Petite Ceinture ook dienst te doen als openbaar vervoer. Een functie die het tot ruim na de Eerste Wereldoorlog behield. Het traject, zo'n 32 kilometer lang, deed 29 stationnetjes aan. De hele reis duurde ongeveer 1 uur en 40 minuten. In mijn bezit heb ik een fraaie 'Baedeker Guide; Paris et ses Environs' uit 1911. In de omschrijving van de 'Chemin de fer de Petite-Ceinture' staat dat er elke 10 minuten een trein vertrekt. Er zijn twee klassen en de prijs van station naar station is slechts 40 of 20 centimes, afhankelijk van de gekozen klasse.

Het waren de Franse ingenieurs Brame en Flachat, van de spoorwegmaatschappij Paris-Saint-Germain, die in 1855 met het idee kwamen, om een gesloten ondergronds netwerk aan te leggen van Gare du Nord naar de markthallen in het centrum van Parijs. Dit om de aanvoer van goederen naar de 'Buik van Parijs' efficiënter te laten verlopen. Waren deze plannen direct uitgevoerd, dan was Parijs de eerste stad in de wereld met een metro. Echter, het duurde een halve eeuw voordat de eerste metrolijn werd geopend en wel op 19 juli 1900. Speciaal aangelegd voor de Wereldtentoonstelling. De aanleg van de metro aan het begin van de 20e eeuw, met zijn rechtstreekse verbinding tussen oost en west en later tussen noord en zuid snoepte nogal wat reizigers af, maar als onafhankelijk tracé legde de Petite Ceinture pas in 1934 het loodje, toen ook nog eens de auto een vertrouwd onderdeel van het straatbeeld was geworden.

Hoewel er decennialang geen trein meer rijdt bevindt het overgebleven tracé, zich nog vrijwel in oorspronkelijke staat

Als onderdeel van het internationale spoorwegennet bleef de Petite Ceinture vrijwel de gehele eeuw dienst doen, maar na het verdwijnen van de Citroënfabrieken en de slachthuizen van Vaugirard raakte ook het goederenspoor in ongerede. Vandaag de dag maakt de westzijde nog deel uit van de lijn C van de RER. Aan de noordzijde is nog een deel als rangeerterrein in gebruik. De rest is afgesloten en wordt al jaren aan zijn lot overgelaten.

Hoewel er decennialang geen trein meer rijdt bevindt het overgebleven tracé, zich nog vrijwel in oorspronkelijke staat. Dit is te danken aan het RFF, Réseau ferré de France, de eigenaar van de 23 kilometer ongebruikte spoorlijn.  Het spoor zelf ligt er wat roestig bij maar regelmatig zie je werklui de bomen en struiken die te ver over het spoor hellen kortwieken. De volledige cirkel kan niet meer gemaakt worden. Met name in het dertiende arrondissement heeft een paar honderd meter plaats moeten maken voor nieuwbouw in de wijk Tolbiac.

Een spoorovergang bij rue de la Mare, waar sinds 1934 geen trein meer is gepasseerd

Al jaren wordt er gespeculeerd over de toekomst van de Petite Ceinture. Er zijn veel particuliere initiatieven van Parijzenaars die de vergeten spoorlijn weer in oude luister willen herstellen. Als het aan Anne Hidalgo ligt, de nieuwe burgemeester van Parijs, komen er wandel en fietspaden en worden de hellingen bezet met stadsakkers en gemeenschapstuinen, zoals nu al te zien is in het 18e arrondissement. Daar strekt zich de Jardin du Ruisseau uit langs de verlaten sporen van de Petite Ceinture. Hier vormen smalle stroken tuin en groen een 55 hectare grote ecologische gang die zijn gelijke niet kent. Verder kunnen de tunnels gebruikt worden voor feesten en exposities. De voorganger van Hidalgo, Bertrand Delanoë bedekte in het 15e arrondissement 1,3 kilometer met loopplanken. Deze nieuwe ecologische wandelpromenade tussen de rue Saint Charles (metrostation Balard) en rue Olivier de Serres (metrostation Porte de Versailles) werd geopend op 24 augustus 2013 en een tweede gedeelte op 21 september 2013. Kosten ruim 7 miljoen Euro. Het uiteindelijke doel is om de parken Georges Brassens en André Citroën over het oude spoor met elkaar te verbinden. De promenade is geopend vanaf 09.00 uur (in het weekend om 09.30 uur) tot 18.00 uur. Om het biologisch ritme van de dieren niet te storen, is er geen verlichting geïnstalleerd. De site is dan 's nachts ook verboden gebied voor het publiek.

Speling van het zonlicht bij de restanten van de spoorbrug over het Canal de l'Ourq (19e)

La Petite Ceinture is niet gemakkelijk te vinden in Parijs. De spoorbaan ligt aan de rand van elk arrondissement dicht tegen de boulevard Périphérique, loopt vaak door tunnels of wordt aan het oog onttrokken door hoge gebouwen. Er bestaat ook helemaal geen overweg, Viaducten, al jaren buiten gebruik, overbruggen nog steeds de drukke boulevards. Bij de begraafplaats Père Lachaise loopt het spoor door een desolate tunnel van ruim een kilometer onder de praalgraven door. In de parken George Brassens, Montsouris en Buttes-Chaumont wijst niets op de catacomben die zich onder de voeten van de wandelaars bevinden. Veel Parijzenaars hebben zelfs nog nooit van de spoorlijn gehoord. Overigens is het 'officieel' verboden om het spoor te betreden.

Waar vind ik de Petite Ceinture?
De mooiste plekken om een glimp op te vangen van de vergeten spoorlijn is door gebruik te maken van de nieuwe wandelpromenade tussen de rue Saint Charles (metrostation Balard) en rue Olivier de Serres (metrostation Porte de Versailles) of, mijn favoriet; heerlijk lunchen op het terras van het trendy hotel Mama Shelter. Dit hotel, ontworpen door Philippe Starck heeft een restaurant met een verhoogd terras gelegen aan de verlaten spoorbaan van de Petite Ceinture. Mama Shelter kun je vinden aan de rue de Bagnolet 109, in het 20e arrondissement. Vlakbij het metrostation Alexandre Dumas.

Het spoor dat liep naar de wijnopslag is nog steeds zichtbaar - Parc de Bercy (12e)

Verder kruist de Promenade Plantée, aangelegd over het voormalige spoortraject tussen Bastille en de oostelijke voorsteden, de Petite Ceinture ter hoogte van de rue de Sahel. De sporen zijn ook zichtbaar in het parc de Bercy Het parc de Bercy, dat uit twee gedeeltes bestaat, heeft al een leven van honderden jaren achter de rug. In de 17de eeuw was het onderdeel van een domein, dat zich uitstrekte van de rand van de stad tot aan Charenton. In 1860 wordt het een wijnopslagplaats, waar bomen worden geplant die voor verkoeling van de entrepots moeten zorgdragen. Door haar ligging aan de Seine groeide Bercy uit tot een van de grootste wijnmarkten van de wereld. Wijn, eaux de vie en port werden in houten schuiten over de Seine en later per spoor aangevoerd. De rails, die nog steeds zichtbaar is, was vroeger direct verbonden met de Petite Ceinture. Een stukje verder ligt de Pont National over de Seine, een van de vele spoorbruggen die niet meer in gebruik zijn, behalve dan voor het drukke autoverkeer van de boulevard Maréchaux.

De moderne stad versus vergane glorie - Pont National

Van de 29 stationnetjes zijn er nog een aantal over. Het zijn allemaal juweeltjes van architectuur. Niet ver weg van de rue de Bagnolet (20e), boven op een tunnel van de Petite Ceinture ligt het voormalige station 'Charonne', nu in gebruik als concertzaal onder de naam La Fleche d'Or.
Het kleine stationsgebouw 'La gare du Pont de Flandre' in het 19e arrondissement (l'avenue de Flandre - l'avenue Corentin-Cariou) een gebouw uit 1869, met twee perronnetjes, nu als woonhuis in gebruik.
Het oude station van 'Vaugirard' passeer je bij je wandeling van de nieuwe wandelpromenade.
In het 13e arrondissement aan de boulevard Masséna restanten van het station 'Gare Orléans-Ceinture'. Het gebouw wordt gerestaureerd maar ligt niet meer aan de spoorlijn, die hier, door nieuwbouwwerkzaamheden, helaas is verdwenen.
De mooiste overgebleven stations zijn: 'Passy-La Muette' (16e) prachtig gerestaureerd en in gebruik als restaurant met 185 plaatsen en een fraai terras aan de voorzijde. Rue Chaussée de la Muette 19. Het (metro)station 'Javel' gebouwd met rode baksteen in Pagodastijl. Het station is nu onderdeel van de RER lijn C en verloor daardoor zijn meer romantisch naam; 'la Gare du pont Mirabeau'. Quai André Citroën ter hoogte van de Pont Mirabeau.

Station Javel nu in gebruik als onderdeel van de RER ligne C

Diverse belanghebbenden proberen al jaren nieuwe invulling te geven aan deze 'groene long' van de stad Parijs waaronder de AssociationSauvegarde Petite Ceinture et de son Réseau Ferré (ASPCFR). Zij willen de spoorlijn weer commercieel gaan exploiteren. De ecologen willen dat de 'groene long' ongerept blijft of, onder hun begeleiding, dienst gaat doen als gemeenschapstuinen, zoals in het 18e arrondissement. De eigenaar van de 23 kilometer ongebruikte spoorlijn het Réseau ferré de France (RFF) die graag geld wil zien van de stad Parijs versus de nieuwe burgemeester, die heeft beloofd niets met de Petite Ceinture te doen wat niet ongedaan gemaakt kan worden.

La Petite Ceintue, vergeten maar niet vergaan; quai de la Marne (19e)

Enkele jaren geleden is een begin gemaakt met de eerste cirkelvormige tramlijn van Parijs, lijn 3A, die grofweg de boulevard Périphérique volgt. De lijn opende op 16 december 2006 en is inmiddels 'slachtoffer van zijn eigen succes', met 115.000 gebruikers per dag gemiddeld en 150.000 gedurende beursdagen in Porte de Versailles. Op dit moment wordt alleen de zuid-oostkant van Parijs bediend. De tramlijn begint bij het Georges Pompidou ziekenhuis (parc André Citroën) en loopt helemaal bovengronds tot aan Porte de Vincennes (Bois de Vincennes) en wordt later doorgetrokken naar het noorden tot Porte de la Chapelle en in 2017 volgt een uitbreiding naar Porte d'Asnières. Geraamde kosten 651,9 miljoen euro. Misschien was het herstellen van de Petite Ceinture een beter idee geweest en goedkoper, want...... de rails ligt er al.

donderdag 17 april 2014

MET PASEN IN PARIJS

Aanstaande zondag 20 en 21 april 2014, is het al weer Pasen. Jaarlijks trekt de stad meer dan dertig miljoen toeristen aan. Pasen en het begin van de lente, zijn voor toeristen twee belangrijke redenen om een heerlijk lang weekend door te brengen, in deze majestueuze stad. Ik ontvang van u altijd veel vragen hoe het is om met Pasen in Parijs te zijn? Allereerst, maakt het niet uit wanneer je in Parijs bent, het is altijd een feest om daar te zijn. Ten tweede kent Parijs geen tweede Paasdag, dus alle winkels, musea en vele restaurants zijn gewoon open. En ten derde, op de vraag wat kunnen we allemaal doen die dagen, heb ik voor u de 10 mooiste wandelingen, die ik in de afgelopen blogs beschreven heb, eens op een rij gezet. Simpel klikken op de hyperlinks, uitprinten, en u heeft 10 complete routebeschrijvingen, die u brengen naar de mooiste plekjes van Parijs, naar de leukste restaurants, de heerlijkste terrassen en op nog veel meer bijzondere plaatsen. Tevens geef ik u een aantal tips voor Parijs met kleine kinderen.
'Paris, always a good idea'
Wandeling 1: In het zuiden van Parijs bevindt zich een van mijn juweeltjes. Enkele minuten verwijderd van de drukte van Montparnasse ligt het tweede grootste park van Parijs. Aangelegd in de tijd van Haussmann ligt hier een van de best bewaarde geheimen van Parijs: Parc Montsouris. Aan de overkant van het park, zeker niet vergeten de Cité Internationale Universitaire en de omliggende straten, impasses en villa's.
Wandeling 2: De Promenade Plantée is een wandeling over een vroegere buurtspoorweg, die de wijk Bastille verbond met de voorsteden. Een traject van 4,5 kilometer dat begint achter de Opéra Bastille, boven op een spoorwegviaduct met maar liefst 71 bogen, op zes meter hoogte, aan de Avenue Daumesnil. Het tweede deel loopt van de Jardin de Reuilly tot aan de Bois de Vincennes.
Wandeling 3: We nemen metrolijn een en stappen uit op station Esplanade de la Défense, om te beginnen aan een bijzondere wandeling met perspectief over de Esplanade du Général de Gaulle. Ik beloof u een indrukwekkende architectuurwandeling in het modernste district van Parijs; La Défense. Met als sluitstuk een prachtig uitzicht over de Voie Triomphale. (klik hier voor het tweede gedeelte van de wandeling)
Je eigen picknick langs te Seine
Wandeling 4: Je stapt uit op het metrostation Jaures of Stalingrad en de wandeling begint bij de Rotonde de la Villette, een prachtig gebouw uit 1786 van de beroemde Franse architect Claude-Nicolas Ledoux. Onlangs geheel gerestaureerd en voorzien van een restaurant en een terras aan het water. Van hieruit begint de wandeling langs het Bassin de la Villette die ik zeker zou vervolgen met het Canal de l'Ourcq. Je passeert de laatste ophaalbrug van Parijs, Pont de la Crimée die dateert uit 1885. Het hefsysteem met de grote wielen is ontworpen door het zelfde bedrijf dat de hydraulische liften van de Eiffeltoren ontwierp. Bassin de la Villette een onbekend pareltje van Parijs.
Wandeling 5: Onbekend maakt onbemind. De Allée des Cygnes, ook wel bekend als Ile des Cygnes, is letterlijk een eiland midden in de Seine, in het meest westelijke deel van Parijs op de grens van het 15e en 16e arrondissement. Het eiland werd in 1827 aangelegd en is vooral in de lente- en zomermaanden een prettige plek voor een wandeling, die loopt van de Pont Bir Harkeim naar de Pont de Grenelle. Het heeft een lang wandelpad met banken en is omzoomd door bomen. Het is er koel en rustig.  Hier onderga je de rust van de Seine met zijn boten.
Overal langs de Seine vind je plekjes om even bij te komen van alle opgedane ervaringen
Wandeling 6: In het 1e arrondissement van Parijs ligt verscholen tussen de Pont Neuf, quai de l'Horloge, Palais de Justice en de quai des Orfèvres een van de mooiste oases van Parijs. Een pleintje waar ik regelmatig terugkeer; het place Dauphine. Het is aangelegd in de 17de eeuw op de plaats waar eens drie kleine eilandjes lagen; het Île aux Juifs (Jodeneiland), het Île des Passeur-aux-Vaches (Koeiensmokkelaarseiland) en het Îlot de la Gourdaine. Dit charmante driehoekige plein, met prachtige huizen in Lodewijk XIII stijl, aan het andere uiteinde van Ile la Cité, stamt uit 1607.
Wandeling 7: Vaak blijft een bezoek aan Parijs beperkt tot de eerste negen arrondissementen van Parijs: Louvre, Bourse, Hôtel de Ville, Panthéon, Luxembourg, Palais-Bourbon, Élysée en Opéra. Daarom neem ik u mee naar het 19e arrondissement; Buttes-Chaumont. Een arrondissement met veel groen dankzij twee grote parken: Parc de la Villette en Parc des Buttes Chaumont. Buttes Chaumont  is een van de minder bekende parken in Parijs en eigenlijk zeer onterecht. Sterker nog, het is een van de mooiste parken van Parijs.
Wandeling 8: Het boekje 'le nouveau Paris' van Harald A. Jahn, stuurde mij op ontdekkingstocht in het 14e arrondissement. Op zoek naar de bouwwerken van de Catalaanse architect Ricardo Bofill, die in 1988 tekende voor de bouw van het indrukwekkende place de Catalogne. Wandelend in zuidelijke richting, onder de bogen door van de place de Catalogne, in het verlengde van de rue Vercingétorix nog een van mijn meest bijzondere ontdekkingen; een kerk. De église Notre Dame du Travail, van buiten absoluut niets bijzonders maar van binnen een juweeltje van industrieel erfgoed.
Wandeling 9: Het 20e arrondissement aan de oostkant van Parijs bestaat uit drie oude dorpjes: Charonne, Belleville en Ménilmontand. Het zijn kosmopolitische wijken waar veel immigranten wonen, maar de laatste tijd steeds populairder onder de voornamelijk jonge Parijzenaars. Dat is ook de reden dat dit arrondissement steeds meer opduikt in reisgidsen en trendy modebladen. Naast het oude volkse Parijs, waar eens Edith Piaf werd geboren, is het ook het thuis van een exotische gemeenschap van Arabieren, Chinezen en Vietnamezen, maar ook van kunstenaars en studenten, die de dure universiteitsbuurten zijn ontvlucht, en goedkope antiquairs. Hier kunnen we nog de ruwe kant van Parijs aanschouwen. Een wandeling door Belleville. Geef dit arrondissement nog 10 jaar de tijd en dan is het net zo in trek als de Marais.
Je volgende wandeling plannen op een terras bij de Marché Aligre
Wandeling 10: De Marais is de wijk met de hoogste concentratie aan architectonische schatten. Maar de Marais biedt meer. Bochtige straten en steegjes, herbergen een veelheid aan winkeltjes, oude woonhuizen en charmante hotelletjes. De Marais is een van de elegantste en hipste wijken van Parijs, bezaaid met boetieks, galerieën en restaurants. Hier ligt ook een van de best bewaarde geheimen van Parijs: Le Village Saint Paul.
Parijs met kinderen: Onlangs, februari 2014 verscheen een zogenaamd reis-doe-boek voor kinderen en hun ouders. Uitgegeven door Uitgeverij Link naar teksten en ideeën van Robin Bertus. 'Parijs reis-doe-boek voor kinderen' neemt het hele gezin mee op avontuur in Parijs waar met name de kinderen op een speelse en zeer leerzame wijze kennismaken met de Franse hoofdstad. In het midden van het boek zit een kaart van Parijs, waar aan de hand van allerlei voorbeelden in het boek, de gebouwen zelf kunnen worden getekend en gepositioneerd op de kaart. Spelenderwijs maken ze kennis met de Franse taal en worden meegevoerd door de stad aan de hand van fraaie foto's en leuke tekeningen vormgegeven door Lisa van Gaalen. Vol met leuke tips en links naar allerlei websites. Het boekje, een absolute aanrader, kost slechts € 9,95. (ISBN 978-94-62321-59-5)

Het Parijs reis-doe-boek voor kinderen en ouders
Verder kunnen de kinderen op verschillende plekken in de stad eieren gaan rapen. Onder andere onder aan de voet van de Eiffeltoren op het Champs de Mars. De gevonden eieren moeten wel worden gedeeld met de deelnemende kinderen.  Zondag 20 april, van 10u tot 17u. Deelname € 5 per kind.
Ook het Musee de Montmartre verwelkomt kinderen van 2 tot 12 jaar voor een grote paasjacht naar verborgen eieren in de Renoir tuin. Hun missie? zoek 6 eieren van verschillende kleuren in de fraaie tuin, tussen de bloemen, bomen en struiken die de tuin bewonen. aan het eind van hun expeditie, die eindigt bij het prieel van de tuin, met een prachtig panorama over van de wijngaarden van Clos Montmartre, ooit vereeuwigd door Auguste Renoir. bij inlevering van de 6 eieren ontvangen de kinderen een verrassing van chocolade en snoep. Zondag 20 en maandag 21 april vanaf 14.00 uur. Musee de Montmartre, rue Cortot 12-14, metro Lamarck-Caulaincourt. De paasjacht is gratis voor kinderen tot 10 jaar.

TIP: Koop bij de eerste de beste krantenkiosk een stratenboekje van Parijs inclusief metro- en busoverzicht. De kaarten zijn handig ingedeeld per arrondissement. Vraag naar de gids 'Plan de Paris' van l'indispensable, of 'Paris par Arrondissement' van Blay Foldex (handig als u een leesbril nodig heeft) of de gids van 'Paris Pratique'.

donderdag 10 april 2014

DE MOOISTE (BIOLOGISCHE) MARKTEN VAN PARIJS

De eerste (voedsel)markt in Parijs dateert uit de vijfde eeuw en was gevestigd op het huidige Ile de la Cité.  Toen de stad zich langzaam uitbreidde kwamen er steeds meer markten. Aanvankelijk bij de stadspoorten en later, in het begin van de 13e eeuw, in het gebied tussen de rue de Saint Denis, de rue Saint-Honoré en de rue Croix des Petits-Champs. Pas in de loop van de 16e eeuw, toen Parijs inmiddels zo'n driehonderdduizend inwoners had, werden de ambachtslieden verbannen naar de omliggende steegjes en werd het gebied rond de Saint-Eustache een grote voedselmarkt. In de 17e eeuw waren er nog drie grote markten naast die van Les Halles. Aan de quai de la Mégisserie, waar nu de vogeltjesmarkt is. hier was de markt voor gevogelte, schapen, lammeren, varkens en wild. De vismarkt was aan de rue de la Poissonnière en de wijnhandelaren hadden zich gevestigd aan de quai Saint-Bernard.

Zo vers van het land; Marché Biologique du boulevard Raspail

Met de Franse Revolutie kwam een einde aan het recht van de vorst om markten toe te staan. Het werd nu een aangelegenheid van het Parijse stadsbestuur. Zo rond 1860 telde Parijs 51 grote en kleine markten, waarvan er eenentwintig overdekt waren. In die tijd werd het ook noodzakelijk om de centrale hallen te vernieuwen. Het was de Franse architect Victor Baltard die tussen 1854 en 1866 de beroemde Parijse Hallen bouwde, gietijzeren boogconstructies met glazen daken. Deze markthallen deden dienst tot 1969, waarna de centrale markt met de bijnaam de buik van Parijs,  werd verplaatst naar de voorstad Rungis. Een deel van deze oude hallen is nog te zien in de gemeente Nogent-sur-Marne, al het andere is helaas vernietigd.

Op de markt van Rungis doen de restauranthouders, winkeliers, en marktkoopmannen van Parijs hun dagelijkse inkopen. Om drie uur in de nacht beginnen de visgroothandelaren hun waren aan de man te brengen. Daarna volgt de rest en het is de bloemengroothandel die de markt zo rond elf uur 's morgens afsluit.

Beleven, ruiken, proeven, het kan allemaal bij de mooiste markten van Parijs

De talrijke markten die Parijs rijk is beginnen tussen zeven en negen uur. Uren is de groenteman bezig om van zijn appels, perziken en meer, fraaie piramiden te bouwen, om rieten manden met druiven te versieren en een kleurrijk stilleven te maken van de rode tomaten, groene paprika's en donkerpaarse aubergines. Dit alles gelardeerd met waterkers of haricots verts.  Let vooral op de sla, die is er te kust en te keur. De knapperige romaine of de batavia en de scarole (andijvie die in Frankrijk rauw wordt gegeten), de mesclun (gemengde sla), eikenblad, krop en krulsla en zo kan ik nog een hele tijd doorgaan.  De Parijzenaars doen het liefst 's ochtends hun boodschappen, de groenteman is dan nog goedgemutst, alles is nog voorradig en vlees en vis is dan het meest vers. De Parijzenaar houdt van vers. In Parijs treft men zelden vrieskastbezitters aan, niet alleen omdat de mensen er geen plaats voor hebben, maar vooral omdat alles er op berekend is om binnen enkele uren te worden genuttigd. "Is het voor vanmiddag of voor vanavond?" is een veel gestelde vraag wanneer u een meloen, avocado of een Camenbert koopt. À point noemt de Fransman dat.

De kleine eettentjes van de Marché des Enfants-Rouges

In deze blog neem ik u mee naar de meest bijzondere voedselmarkten van Parijs. We beginnen in de Marais in het 3e arrondissement. De Marchédes Enfants-Rouges, de markt van de rode kinderen ligt aan de rue de Bretagne, ter hoogte van nummer 39. In de 17e eeuw heette de markt 'petit marché du Marais' en later kreeg ze de naam van een naastgelegen armenhuis voor kinderen, die herkenbaar waren aan hun rode kleren. De markt is een van de oudste van Parijs en stamt uit 1615. Je vindt er niet alleen heerlijke etenswaren maar ook kleine eettentjes waar alles vers voor je wordt bereid met ingrediënten van de diverse omliggende marktkramen. Er heerst een levendige sfeer en je kunt er terecht voor soep, couscous, sushi, ander aziatisch voedsel en nog veel meer. Op tijd zijn is een must en er zijn geen aparte tafeltjes. U eet heerlijk tussen de Fransen aan lange eettafels. De levendige rue de Bretagne zit trouwens vol met eetcafés, traiteurs en eetwinkels.

Elke dag verse aanvoer vanuit Bretagne

'Il est cinq heures, Paris se lève' is pas echt van toepassing bij de opbouw van de zondagmarkt op de Boulevard Raspail, tussen de rue de Rennes en de rue du Cherche Midi. (metro: Rennes). In de vroege ochtend rijden zwaar beladen busjes de stad binnen om op tijd een kraam te kunnen bemachtigen voor de Marché Biologique du boulevard Raspail. Het is een van de mooiste versmarkten van Parijs voor liefhebbers van al het goede wat de Franse aarde te bieden heeft. Niet alleen voor groenten en fruit, maar ook voor de mooiste kazen, thuis gemaakt volgens eeuwenoude tradities, door herders en boerenfamilies. Grote schijven milde, romige Brie de Meaux naast de Saint Nectaire uit de Auvergne. Camembert uit Normandië, omringd door heerlijke geitenkaasjes zoals de Chabichou, Crottin, Valencay en de Lingot. Natuurlijk ontbreken de Roquefort, de Reblochon, de Comté en de Tomme de Savoie niet. Een stukje verder heerlijke Pain de Campagnes, die zaterdagnacht vers zijn gebakken in originele houtovens. Niet te missen, de charcuterie met hammen, uitgelezen selecties patés en worsten in alle soorten en maten uit de Auvergne, Elzas of de Périgord.

Alles wordt vers ter plaatse bereid: Marché Biologique des Batignolles

Overigens was de Marché Biologique des Batignolles de eerste volledig biologische markt van Parijs. Sinds 1996 en zeer populair bij de Parijzenaars. Groenten, fruit, brood, kazen en bloemen maar ook heerlijke zeepjes, olijfolie allemaal rechtstreeks van de producent. Elke zaterdag aan de boulevard des Batignolles vlakbij metrostation Rome.

Montorgueil; de wijk was eens bekend als de 'buik van Parijs' en is nu ruim 800 jaar oud. Tot 1969 was het hier een zeer levendige bedoening. Hier regeerden de markthandelaren van 'Les Halles', en in hun kielzog een bonte mengeling van straathoeren, pooiers, zakkenrollers, hoerenlopers, straatschoffies, clochards, restaurant- en caféhouders, sjouwers en straatverkopers. Allemaal met hun eigen gewoonten, rituelen en vaak grof taalgebruik. De 'mont Orgeuil', gevormd door een opeenhoping van afval, bood in de 16e eeuw een prachtig uitzicht op de stad. Maar het gebied was ook een van de meest verpauperde wijken van de stad. Daarom gaf Napoleon III de opdracht aan Victor Baltard om in de schaduw van de Saint Eustache, de kerk van Les Halles, nieuwe markthallen van ijzer te bouwen. Rondom de kerk, in de rue Montorgueil, afgeleid van de mont Orgeuil, krijg je nog een vaag idee van de drukte van het vroegere Les Halles quartier. Eeuwenlang was dit de straat waarlangs de visaanvoer plaatsvond vanuit Normandië. Hier zaten de groothandels voor vis en oesters en deze handelaren zorgden dan weer voor verdere verdeling op de markt. Nu is deze straat een gezellig voetgangersgebied met groentestalletjes, slagerijen en boetieks. Maar ook met diverse bistro's en restaurants.

Frankrijk kent meer dan 400 verschillende kaassoorten

Op nummer 38 vind je nog steeds l'Escargot Montorgueil. Een restaurant dat sinds 1832 niet meer is veranderd, ook de menukaart niet. Dit restaurant is een Parijs instituut. Niet alleen door haar interieur en exterieur maar ook door haar keuken. Zij serveren al sinds 1832  met veel trots een Franse specialiteit die zijn grenzen heeft overschreden in roem; de escargot of in het Nederlands de gekookte landslak. Op het menu staan drie smaken; de klassieke manier met peterselie knoflook en boter, Kerrie Madras of de schelp gevuld met Roquefort. Geserveerd per 6, 12 of zelfs per 36 voor de echte fans.

Onveranderd sinds 1832; restaurant l'Escargot Montorgueil

In het chique 7e arrondissement, aan de achterzijde van de École Militaire ligt de avenue de Saxe. In het gedeelte tussen de École Militaire en de place de Breteuil ligt een van de mooiste maar ook een van de duurste markten van Parijs; de Marché Saxe- Breteuil. Boeren en producenten uit heel Frankrijk verkopen hier op donderdag en zaterdag, hun verse waren, waarvan de meeste biologisch zijn. De markt is een echte aanrader voor de aankoop van heerlijke regioproducten waaronder fromage (Frankrijk kent meer dan 400 kaassoorten) en foie gras. Verder kun je er terecht voor verse vis, schaal- en schelpdieren, vlees voorzien van het keurmerk 'label rouge' en 'label régional', dè keurmerken van het Landbouwschap. Gevogelte, wist u dat in Frankrijk onder de term gevogelte zowel pluimvee als tamme konijnen worden begrepen? En natuurlijk volop verse groente, fruit en de mooiste ambachtelijk gebakken broden. Aanrader is de kraam 'Once Upon a Cake' met huisgemaakte taarten, waaronder worteltjestaart en overheerlijke koekjes.

Een van de duurste markten van Parijs; de Marché Saxe- Breteuil

TIP: Een jaar geleden (mei 2013) publiceerde Yannig Samot, acteur, gastronoom en eigenaar van drie restaurants zijn boek 'STREET FOOD'. In zijn boek, een zoektocht naar de lekkerste hapjes die er in de Parijse straten te koop zijn, verzamelde hij de mooiste adresjes van afhaalrestaurants, food trucks en kraampjes. Hoe dan ook voedsel om mee te nemen. Het bevat 33 recepten van 33 top-adressen in Parijs. Cambodjaans, Caraïbisch, Japans, Indiaas, Frans, Italiaans en amerikaans. Een culinaire wereldreis geschreven in het Frans, fraai vormgegeven en verkrijgbaar bij Amazon.fr.
Uit de Verenigde Staten is al sinds enige tijd de trend overgewaaid van foodtrucks. De eersten die door de Parijse straten reden waren die van La Camion Qui fume en Cantine California. Al het voedsel, waaronder gourmet burgers, hotdogs, taco's cupcakes en overheerlijke broodjes zijn homemade, uitsluitend bereid met biologische producten van het Franse platteland en verpakt in gerecycled papier. Nieuw zijn de trucks van Leoni's Deli. Via hun websites kun je dagelijks zien waar ze staan.

Street food de laatste nieuwe trend in Parijs met Leoni's deli

Als laatste neem ik u mee naar de 'must see' van Parijs. Het absolute paradijs voor food-lovers, het mekka voor fijnproevers en zo kan ik nog een hele tijd doorgaan: La Grande Épicerie de Paris, gevestigd in het warenhuis Le Bon Marché. Alleen het beste van het beste, meer dan 30.000 producten uit de hele wereld, verspreid over een oppervlakte van 3000m2. Vier belangrijke afdelingen; kruidenierswaren afkomstig uit alle hoeken van de wereld, verswaren; gastronomie ten top,  wijnen en champagnes van de beste chateaus, zo'n 20.000 flessen, en last but not least producten uit eigen keuken. Brood, patisserie en dagverse producten gemaakt door de beste Parijse traiteurs. Onlangs, september 2013 opende La Grande Épicerie opnieuw haar deuren na een grondige verbouwing.

De waanzinnige food afdeling van La Grande Épicerie de Paris

Adressen:
Marché des Enfants-Rouges, rue de Bretagne 39, 3e arrondissement, metro files du Calvaire, Maandag gesloten. Openingstijden dinsdag, woensdag, donderdag van 08:30 tot 13.00 uur en 16.00 uur tot 19.30 uur en vrijdag, zaterdag van 08.30 uur tot 13.00 uur en van 16.00 uur tot 20.00 uur, zondag van 08.30 uur tot 14.00 uur.

Marché Biologiquedu Boulevard Raspail, tussen rue de Rennes (metro Rennes) en rue du Cherche Midi (metro Sèvres Babylone), 6e arrondissement, elke zondag van 9.00 uur tot 13,30 uur.

Marché Biologique des Batignolles, boulevard des Batignolles, 8e arrondissement, metro Rome.

Marché Montorgueil, tusen de rue Montmartre en de rue Rambuteau, 1e arrondissement, metro Les Halles, Étienne Marcel, Geopend donderdag van 12.30 uur tot 20.00 uur en zondag van 07.00 uur tot 15.00 uur
Restaurant L'Escargot Montorgueil, rue Montorgueil 38, 1e arrondissement, metro Les Halles, Étienne Marcel.

MarchéSaxe- Breteuil, avenue de Saxe tussen nummer 19 en de place Breteuil, 7e arrondissement, metro Ségur, geopend op donderdag van 7.00 uur tot 14.30 uur en zondag van 07.00 uur tot 15.00 uur.


LaGrande Épicerie, rue de Sèvres 38, 7e arrondissement, metro rue du Bac, Geopend van maandag tot en met zaterdag van 08.30 uur tot 21.00 uur.

dinsdag 1 april 2014

FAUBOURG SAINT-ANTOINE; AMBACHTELIJKE GEHEIMEN

Nadat Lodewijk XI, in de 15e eeuw de vrije vestiging van ambachtslieden toestond, werd de rue du Faubourg Saint-Antoine dè belangrijkste arbeidersbuurt van Parijs. Houtbewerkers en meubelmakers beleefden hier gouden tijden en hoefden zich niet te onderwerpen aan het gezag van de gilden. Zo konden zij meubels verkopen die afweken van de vastgelegde modellen en mochten ze ook andere materialen dan eikenhout gebruiken. Sindsdien gebruikten zij mahoniehout, ebbenhout, brons en maakten zij gebruik van inlegwerk en trokken zo klanten die van vernieuwing hielden. Toen het schrijnwerkersgilde, ook wel de aristocratie van het ambachtsvolk in de 18e eeuw hier zijn hoogtepunt beleefde, werkten er in deze wijk 46.000 arbeiders in de houtnijverheid, waarvan 8000 van vreemde komaf: Belgen, Duitsers, Italianen maar ook Russen en Luxemburgers. Leven 'buiten de muur' van Parijs (de betekenis van 'Faubourg' in het Frans), had zo zijn voordelen, alle werknemers hier waren dankzij een bijzonder decreet van de koning vrijgesteld van belastingen. Dit uitzonderlijk voorrecht in combinatie met de geografische nabijheid van de Seine - waar al het hout van Parijs passeerde - maakte de rue du Faubourg Saint-Antoine de hoofdstraat van Parijs van hout, meubels en ambachtslieden.

Rue du Faubourg Saint-Antoine met de 'Colonne de Juillet', een herinnering aan de julirevolutie van 1830, op de achtergrond

De Rue du Faubourg Saint-Antoine is een van de oudste Parijse assen en volgt het spoor van de  voormalige Romeinse weg, tussen de vesting Bastille, de Abbaye Saint-Antoine, gesticht in 1198 tot Meaux. Ze is lang, heel lang, en brengt je tot aan de place de la Nation.
République, Bastille, Nation wordt ook wel de route van de betogingen genoemd, voor altijd verbonden met de mijlpalen uit de Franse geschiedenis. Hier in deze faubourgs, de arbeiderswijken, de bakermat van revoluties en straatvechters, werden dan ook de meutes gevormd voor grootse volksopstanden. Het begin van de revolutie in 1789, de bestorming van de Bastille, de drie revolutionaire dagen van 1848 en uiteindelijk de staatsgreep van Lodewijk Napoleon in 1851 en het verzet van de commune. Het is dan ook niet verwonderlijk dat arbeidersbetogingen in Parijs altijd de route volgen van place de la  Nation naar place de la Bastille en eindigen op de place de la République.

Een wandeling vol met geheime straatjes, onbekende passages en verrassende binnenplaatsjes

Wandeling
Dit is een wat lange inleiding om u mee te nemen naar de ambachtelijke geheimen van de rue du Faubourg Saint-Antoine. Een op zich lelijke straat in het 11e arrondissement, maar wel een straat vol met verrassingen. Hier ontdekt u, achter de grote poorten, bijna geheime binnenplaatsen, het antieke Parijs. Doodlopende steegjes en passages, die uitsluitend toegankelijk zijn voor voetgangers. Op sommige plaatsen lijkt het of de tijd stil is blijven staan en of u zo de foto's van Eugène Atget of Charles Marvilde binnenloopt. In deze nog authentieke binnenplaatsen zetelen de laatste ambachtslui, de schrijnwerkers van de hoofdstad. Zij illustreren de teloorgang van een eens zo welvarende bedrijfstak.

Passages waar het lijkt of de tijd stil is blijven staan

We beginnen onze wandeling op de place de la Bastille met zijn 47 meter hoge bronzen 'Colonne de Juillet', een herinnering aan de julirevolutie van 1830. In de sokkel liggen de Parijzenaars begraven die omkwamen tijdens de revoluties van 1830 en 1848. Op de top staat het zinnebeeld van de Vrijheid die de vergulde fakkel van de vrijheid en de gebroken ketting van de tirannie vasthoudt. Verborgen tussen 2 cafés ligt de verborgen ingang van cour Damoye. In het voorjaar en de zomer bloeien hier overdadig de blauwe regen. De heerlijke koffiegeur die je ruikt komt van een traditionele koffiebranderij. Schuin tegenover ligt de passage du Cheval Blanc. Hier waren in de 17e eeuw de opslagplaatsen voor hout gevestigd. De doorgang biedt toegang tot een netwerk van binnenplaatsen genoemd naar de maanden van het jaar. vooral de cour de Février en de cour de Mars zijn de moeite waard met hun vakwerkhuizen en hangende galerijen met bewerkte houten plafonds. Kantoren, ateliers en designwinkels zijn in de plaats gekomen van de vroegere meubelateliers. We wandelen even terug naar het midden van de passage du Cheval Blanc en vervolgen onze wandeling via de cité Parchappe, die uitkomt op de rue du Faubourg Saint Antoine. Let nu vervolgens goed op de grote poorten aan de linker- (oneven nummers) en de rechterzijde (even nummers) van de straat. Achter deze poorten liggen juweeltjes van binnenplaatsen. Aan de overzijde op nummer 30 een boutique van Jean-Paul Gaultier en op nummer 46-48 'Barrio Latino' een restaurant over drie verdiepingen in neo-cubaanse sfeer. Dit restaurant wordt gerund door de zelfde eigenaar  als die van de Buddha Bar en het Buddhabar hotel. 

 Cour du Bel-Air

Ter hoogte van nummer 56 een van de eerste juweeltjes de cour du Bel-Air. Een oase van rust met bomen en gevels begroeid met een wilde wingerd. Let op de fraaie houten trap en de vormgeving van 'escalier G'. Achteraan bevindt zich nog een binnenplaats. Op nummer 66 begint de passage du Chantier. Een fraai steegje met oude straatstenen, smalle trottoirs. U waant zich helemaal in de 19e eeuw. Links en rechts ateliers, magazijnen en oude meubelopslagplaatsen. De passage komt uit op de rue de Charenton maar wij blijven de rue Faubourg Saint-Antoine volgen.

Aan de overzijde, op nummer 71 het cour des Shadoks met fraai gerestaureerde oude gebouwen en houten bankjes onder forse platanen. Er is nog een traditionele werkplaats waar stoelen nog met de hand worden bekleed. Een stukje verder, op nummer 75, de 18e eeuwse cour de l'Etoile-d'Or. Een schilderachtige, rechte, geplaveide binnenstraat omzoomd met woningen bedekt met een gordijn van klimop. Helaas zijn de meeste werkplaatsen verlaten. Achteraan op de eerste binnenplaats een oud huis met een zonnewijzer uit 1751 en een klein roze huisje voorzien van een trompe-l'oeil schildering en groene luiken. Een oase van rust.

Cour de l'Etoile-d'Or een verborgen oase met een zonnewijzer uit 1751

Achtereenvolgens nog drie zeer fraaie binnenplaatsen, de cour des Trois Frères (nummer 81) en de cour de la Maison Brûlée (nummer 89) met ateliers van schrijnwerkers. Vervolgens de cour de l'Ours (nummer 95). Neem bij deze binnenplaatsen vooral de moeite om de prachtige versleten trappenhuizen te bekijken in verschillende zes- tot zeven etage hoge appartementsgebouwen zonder lift. Juweeltjes voor iedere fotograaf. Het mooi beplante cour Saint Esprit ligt verborgen achter een onopvallende poort op nummer 123. Overdag en door de week hoef je geen code in te drukken maar alleen de knop onder het toetsenbord (niet verder vertellen). Bij het weggaan drukt u op de schakelaar links van de deur.  Op nummer 133, de passage de la Main d'Or waar u terecht komt in het Parijs van de vorige eeuw. In de voormalige timmerwerkplaatsen bevinden zich nu een klein theater. De passage Saint Bernard ter hoogte van nummer 159 vormt met zijn klimop begroeide muren een fraai contrast met de drukke hoofdstraat. direct rechts het Caffè dei Cioppi, een uitstekend Italiaans huiskamerrestaurant, met slechts vijf tafels. Reserveren is dus een must.

Binnenkijken mag. Prachtige versleten trappenhuizen

We steken de avenue Ledru Rollin over en vervolgens schuin de rue de Faubourg Saint Antoine. Tijd voor koffie, een overheerlijke muntthee of een goed glas wijn met een stukje saucisson, en waar kun je dat mooier doen dan op een terras bij de beroemde Marché d'Aligre. Loop rechts de rue d'Aligre in naar de place d'Aligre. Daar vindt dicht in de buurt verschillende kleine cafés met een terras waaronder le Baron Rouge (rue Théophile-Roussel) en het Noord-Afrikaanse café Ruche à Miel op nummer 19 in de rue d'Aligre.

De beroemde Marché d'Aligre een van de levendigste markten van Parijs

De Marché d'Aligre is een van de levendigste markten van Parijs. Alle dagen geopend met uitzondering van de maandag. De zaterdag- en de zondagsmarkt zijn het leukst. Hier wordt je aangesproken in alle dialecten, maar vooral die uit de Magreb. Op het gebouw van de overdekte markt (Marché Beauvau) staat een klok die rond het middaguur het startsein geeft voor de dagelijkse "uitverkoop". Aan het einde van de marktochtend duikelen de prijzen. Een bezoek aan de overdekte markt is een gastronomisch avontuur op zich. Parijzenaars doen dagelijks hun boodschappen, omdat ze gewoon verse waar op tafel willen hebben. Links en rechts bergen groenten en fruit, afgewisseld met de heerlijke geuren van verse kruiden. Een stukje verder verse vis en schaaldieren op ijs en achter glas honderden soorten Franse kazen om van de watertanden. Dan weer een kraam met hammen, patés en worsten in alle soorten en maten waaronder de boudins blanc et noir of de andouillette (pensworst).

Achter elke poort zit wel een verrassing voor iedere fotograaf

Voor we terugkeren naar de Faubourg Saint-Antoine nemen we de rue Émilio-Castelar. Aan het einde op de hoek bij de rue Charenton een prachtige oude bakkerij met aan de buitenzijde prachtige beschilderde glaspanelen. Lange rijen aan de buitenzijde en de geur van heerlijk brood getuigen van vakmanschap en liefde voor het bakkersvak.

Rechts de rue Traversière in. Deze straat brengt u weer terug naar onze hoofdstraat. Rechtsaf; we eindigen bij het begin van ons verhaal, bij de Abbaye de Saint Antoine een cisterciënzer abdij die aan het eind van de 12e eeuw werd gesticht. Hier presenteerde koning Lodewijk IX de door hem verworven relikwie, de doornenkroon van Jezus, die hij daarna blootsvoets en in boetekleed naar de kathedraal van de Notre Dame droeg. De Abbaye de Saint-Antoine werd in 1791 tot nationaal erfgoed werd verklaard. Een deel werd afgebroken en de rest werd omgebouwd tot een ziekenhuis. In 1842 telde het 'Hospice van het Oosten' al 320 bedden. Het huidige Hôpital Saint-Antoine is een van de grootste ziekenhuizen van Parijs. Het gebouw dat nog over is van de abdij; het Pavillon de l’Horloge, dateert uit 1767. 

'Le Peintre de l'Ombre'; muurschildering van Tamas Zanko

Bij de toegangspoort, ter hoogte van nummer 184 en de place Dr. Antoine Béclère is op een blinde muur een leuke wandschildering aangebracht, 'Le Peintre de l'Ombre', waarop de schilder, Tamas Zanko, zichzelf heeft afgebeeld in de schaduw van een bestaande boom. Let op de mozaïek op het fonteinhuisje in de begroeide middenberm van de rue Faubourg Saint-Antoine. Een tot nog toe anonieme kunstenaar heeft in Parijs meer dan 1000 van dergelijke mozaïeken geplaatst, die doen denken aan grof gepixelde figuren uit een videospel uit de jaren zeventig. Maar gezien de hoeveelheden lijkt het er op dat de kunstenaar veel copy-cats heeft gekregen.

Zomaar een winkelgevel uit de rue du Faubourg Saint-Antoine

Caffè deiCioppi, rue du Faubourg St. Antoine 159, 11e arrondissement, metro: Ledru Rollin,  Faidherbe Chaligny. Geopend voor Lunch en diner op dinsdag t/m vrijdag. Zondag gesloten en zaterdag en maandag alleen te reserveren voor privégelegenheden. Dagen vooraf reserveren is een must. Telefoon 00 33 1 43 46 10 14