Yves
Saint Laurent heeft altijd een intieme relatie met bloemen gehad. Als kind
ontdekte hij de tuinen van Parijs. Later verdiepte hij zich in de schoonheid
van rozen, lelies, en bougainvillea, die terugkerende motieven zouden worden in
zijn creaties. Deze passie voor bloemen deelde hij vooral met zijn partner
Pierre Bergé. Samen creëerden ze weelderige tuinen op balkons van hun appartementen,
tweede huizen, hun Majorelletuin in Marrakesh (erkend als een van de mooiste
ter wereld) als in zijn modehuis. Yves Saint Laurent zag bloemen als een manier
om te ontsnappen aan het dagelijks leven. Voor hem vertegenwoordigde elke bloem
ook een ander facet van vrouwelijkheid. Deze passie voor de natuur gaf de
ontwerper een eindeloze bron van inspiratie, een directe erfenis van zijn
mentor Christian Dior, bijgenaamd ‘Le jardinier couture’.
Tot en
met 4 mei 2025 presenteert het Yves Saint Laurent Museum in Parijs ‘Les fleurs
d’Yves Saint Laurent. Een unieke samenwerking tussen het museum in Marrakesh en
het museum in Parijs. Voor het eerst hebben de twee musea hun krachten
gebundeld voor een gezamenlijk programma rond dit belangrijke thema in het werk
van de beroemde couturier. Een oogverblindende tentoonstelling die mode, natuur
en literatuur overbrugt en die de florale inspiraties van het mode-icoon
onderzoekt en zijn liefde voor de schrijver Marcel Proust die vrouwen als
bloemen zou omschrijven. Met name door het gebruik van citaten van Proust die
de poëtische en gevoelige kant van zijn creaties versterken. Zo wordt de
tentoonstelling doorspekt met citaten uit ‘La Recherche du Temps Perdu’,
voorgesteld als de roman onder de romans.
In deze
tentoonstelling, op steenworp afstand van het Palais de Chaillot en de Tour
Eiffel, wordt je als het ware verblind door alle kleuren en patronen die worden
gebruikt door de man die nog steeds de Parijse haute couture belichaamt. Van
kamer tot kamer trekken een dertigtal iconische stukken en schetsen aan ons
voorbij. Opvallende stukken zijn onder meer het baanbrekende borduurwerk op een
lente-zomerjurk uit 1962 en de virtuositeit van prints uit de
lente-zomercollectie van 2001, die doen denken aan de schilderijen van Pierre
Bonnard. Saint Laurents eerbetoon aan zijn mentor Christian Dior, is duidelijk
zichtbaar in de hele expositie. Bezoekers kunnen ook de zijden gazar* bloemen
van de zomerbruid uit 1999 bewonderen. Vergeet niet dat deze jurk werd
belichaamd door de enige echte Laetitia Casta. Een waar meesterwerk dat getuigt
van de technische virtuositeit van het Huis Saint Laurent.
*
Gazar
(ook gazaar ) is een zijde- of wollen effen geweven stof, gemaakt van
dubbelgarens met een hoge twist die als één geheel zijn geweven (bron
Wikipedia)
De tentoonstelling ‘Les Fleurs d’Yves Saint Laurent’ valt samen met de zevende verjaardag van de oprichting van de Yves Saint Laurent musea in Marrakesh en Parijs. Sinds 3 oktober 2017 heeft Saint Laurent een eigen museum in Parijs. Het atelier van de overleden modeontwerper, aan de Avenue Marceau 5, werd omgebouwd tot museum als een eerbetoon aan het oeuvre van de grote Franse modeontwerper, die in 1957 bij Dior debuteerde. Op 8 september 2017, krap een maand voor de opening, overleed de zakenpartner en grote liefde van Saint Laurent - Pierre Bergé - op 86-jarige leeftijd. Zijn grootste droom was het realiseren van twee bijzondere musea voor het tentoonstellen van het levenswerk van Saint Laurent in zowel Parijs als Marrakesh.
In dit
herenhuis uit het Second Empire vlakbij de Seine en Pont de l'Alma tekende de
ontwerper bijna 30 jaar lang zijn collecties, tussen 1974 en 2002. In de grote
ateliers bliezen rond de 200 naaisters en kleermaaksters zijn creaties leven
in. Jacques Grange en Nathalie Crinière tekenden voor de inrichting en het
ontwerp van de tentoonstellingsruimtes.
Bezoekers
stappen het museum binnen via de historische ingang van het modehuis. Een
ingang die voordien enkel toegankelijk was voor klanten en genodigden van het
merk. Aan het begin van de tentoonstelling, in een kleine salon, ontdekt de
bezoeker aan de hand van portretten en een introductievideo het levensverhaal
van de ontwerper. Aan de ingang van de tentoonstelling en de salon hangen iconische portretten van Saint Laurent
gemaakt door grootste schilders en fotografen, waaronder: Bernard Buffet, Andy
Warhol, Irving Penn, Richard Avedon, Helmut Newton en Jeanloup Sieff. In
opvolgende salons zie je hoe zijn stijl zich ontwikkelde door de jaren heen aan
de hand van enkele van zijn meest iconische ontwerpen.
Misschien
wel de grootste troef van het museum is de kamer waarin Saint Laurent werkte.
Bij binnenkomst lijkt het of de iconische modeontwerper de ruimte net heeft
verlaten. Zowel het bureau van zijn naaste medewerkers als dat van hemzelf is
gelaten zoals ze in 2002 na zijn pensionering werden achtergelaten. Behalve de
modetekeningen, die zijn vervangen door reproducties. Op Saint Laurents
eenvoudige schragentafel liggen potloden, een bril, beeldjes, een waterglas,
een exemplaar van modedagblad WWD - Women’s Wear Daily -, eronder staat een
drinkbak voor zijn hond. Elders in de kamer zijn fournituren, boeken, knipsels
en een boek met afspraken te zien. Yves Saint Laurent is de enige couturier van
zijn generatie die sinds de oprichting van zijn modehuis in 1961 al zijn werk
heeft gearchiveerd. Van de originele schetsen naar de prototypes,
handleidingskaarten en zelfs de notitieboekjes van de verkopers.
Een
bezoek aan dit museum is dè gelegenheid om de begaafdheid van de meester en het
creatieproces van een haute-couturecollectie te doorgronden. Behalve jurken en
accessoires krijg je in het museum ook een overzicht te zien van de haute
couture in de 20e eeuw en de levenswijze in die tijd. Je ontdekt niet alleen
het leven van de ontwerper en de werking van het modehuis, maar ook hoe zijn
werk de geschiedenis van kunst en mode heeft beïnvloed. Zijn iconische
ontwerpen zullen ongetwijfeld nog generaties lang ontwerpers en modebewuste vrouwen
inspireren.
Je kunt gerust zeggen dat de in 2008, op 71 jarige leeftijd, overleden 'YSL' zonder Bergé nooit zo groot en invloedrijk was geworden. De twee kregen in 1958 een relatie en richtten drie jaar later een eigen onderneming op, nadat Saint Laurent was weggestuurd bij Dior. Bergé was de man die de geniale ontwerper tijdens ernstige depressies op de been hield én die op het lucratieve idee kwam om naast haute couture ook prêt-à-porter, parfum, tassen en andere accessoires te gaan verkopen. De twee deelden huizen in Deauville en Marrakesh, verzamelden een enorme kunstcollectie en werkten samen tot Saint Laurent er in 2002 mee ophield.
Je ne suis pas un couturier, je suis un artisan, un fabricant de bonheur
Ik ben geen modeontwerper, ik ben een vakman, een maker van geluk
Rond
Yves Saint-Laurent ontstond een hele cultus en daartoe droegen artiesten zeker
hun steentje bij. Catherine Deneuve behoorde tot zijn trouwste vriendinnen en
bewonderaars. De Franse actrice heeft zijn outfits altijd gedragen, zowel in
films als in het echte leven. Saint Laurent liet zich ook beïnvloeden door
kunst. Zo konden Matisse, Picasso, Mondriaan en zijn vriend Andy Warhol hun
werk terugvinden in dat van Yves Saint Laurent. De legendarische reputatie van
Saint Laurent was niet alleen gebaseerd op zijn vakmanschap en zijn gevoel voor
ontwerpen die de tijd ver vooruit waren, maar ook op de enorme artistieke
interesses, die hem sinds de jaren ‘50 veel opdrachten voor de film, theater en
de opera opleverden. In het museum heeft de stichting Pierre Bergé-Yves
Saint-Laurent ook het werk dat de ontwerper voor de filmwereld maakte in de
spotlights gezet. Toen men Yves Saint-Laurent ooit eens vroeg of hij zijn
nalatenschap belangrijk vond, antwoordde hij: “Ja, ik zou willen dat mijn
jurken en ontwerpen binnen honderd jaar bestudeerd worden.”. Zijn toewijding
aan diversiteit en zijn gedurfde, artistieke benadering blijven het
modelandschap beïnvloeden. De citaten van Yves Saint Laurent weerspiegelen zijn
filosofie dat mode niet alleen over kleding gaat, maar een manier om identiteit
en cultuur uit te drukken. Ik denk dat met beide museums zijn wens in
vervulling is gegaan.
Musée Yves Saint Laurent, avenue Marceau 5, 16e arrondissement. Metrostation Alma Marceau, lijn 9