In
oktober 2013 is het exact vijftig jaar geleden dat de Franse Chansonnière Edith Piaf overleed aan leverkanker na een
leven vol alcohol en drugs. Zij was pas 47 jaar. Het aantal biografieën die
over Edith Piaf geschreven zijn, kunnen bijna niet geteld worden, en toch is
haar leven nog steeds in een waas van mysterie gehuld. Het begint al met de
datum van haar dood. Piaf stierf op 10 oktober 1963 aan een inwendige bloeding
in Plascassier, een dorpje in de buurt van Cannes. Haar lichaam werd vervolgens
per ambulance naar haar huis in Parijs overgebracht, waar het voor publiek werd
opgebaard. De bekendmaking van haar dood was pas een dag later, namelijk op 11
oktober. Haar grote vriend, Frans dichter, schrijver, ontwerper en filmmaker,
Jean Cocteau, werd enkele uren na het horen van dit nieuws door een hartaanval
getroffen en stierf. Naar verluidt zou hij hebben gezegd: "Ik ben
ongeneeslijk ziek, dat is erg; Piaf is dood, dat is erger".
Edith
Giovanna Gassion, de beroemde Parijse volkszangeres, wist heel goed waarover ze
zong als ze het had over het straatleven, hoeren en pooiers, mislukte liefdes
en ander groot leed. Haar liederen over de zelfkant van Parijs kwamen dan ook
uit haar hart, want ze was zelf een product van die zelfkant.
Ediths tragische levensverhaal begint hier aan de rue de Belleville 72
Ediths
tragische levensverhaal begint op een koude winternacht op 19 december 1915,
wanneer ze tijdens haar armzalige eerste uren – zo wordt wel eens beweerd – buiten
geboren wordt, onder de cape van een politieagent, op de trap van het huis aan
de rue de Belleville 72, in de migrantenwijk Belleville. Een bord aan de gevel
van dit huis houdt de legende in stand. Haar moeder woonde inderdaad in dit
huis, maar beviel in het Tenon-ziekenhuis aan de rue de la Chine (20e). Zij was
een drankverslaafde Italiaanse prostituee die bijkluste als straat- en
kroegzangeres met als artiestennaam Line Marsa en getrouwd met ene Jean
Gassion, een Franse straatartiest. De opvoeding gebeurt overigens door haar
Marokkaanse en aan alcohol verslaafde nicht Aïcha, uitbaatster van een bordeel
in Berbay, een klein dorpje in Normandië. Na twee maanden bij haar tante te
hebben gewoond, merkte een van de prostituees op dat er iets vreemds met Edith
aan de hand is. Ze botst overal tegenaan en kijkt recht tegen de zon in zonder
met haar ogen te knipperen. Edith lijdt aan een hoornvliesontsteking. Volgens
de legende neemt haar oma haar mee naar de bedevaartplaats van de Heilige Theresia
van Lisieux, waar Edith op wonderbaarlijke wijze haar gezichtsvermogen
terugkrijgt. Als Edith een jaar of zeven is, neemt haar vader de opvoeding weer
over en neemt haar mee op tournees in circussen en nachtclubs, waar ze deel
uitmaakt van zijn act. Toch neemt ze op haar vijftiende afscheid van het
circusleven, om op haar eentje naar Parijs terug te keren en op straat te zingen
voor geld, vooral in de hoerenbuurt Pigalle. Op haar zeventiende krijgt ze een
kind, dochter Marcelle, verwekt door Louis Dupont, een besteljongen op wie zij
verliefd was. Helaas stierf haar dochter op tweejarige leeftijd aan een
hersenvliesontsteking.
‘La Môme Piaf’ - Crédits photo: Studio Harcourt Paris
In
1935 wordt ze op straat ontdekt door Louis Leplée, eigenaar van 'Gernys', een
nachtclub in Parijs en hij weet haar te overtuigen om in zijn 'Gernys' op te
treden. Leplée is het die haar de artiestennaam geeft die ze haar hele leven
zal behouden: ‘La Môme Piaf’, of de kleine mus. Klein is ze inderdaad met haar
1,47 m. Vanaf haar eerste optreden is ze al mateloos populair. In 1936 maakt ze
haar debuut in het Cirque Medrano in gezelschap van onder andere Maurice
Chevalier en nog datzelfde jaar neemt ze haar eerste drie platen op: 'Mon apéro,
La Java de Cézigue en Fais-moi valser'. Maar zoals het gaat in een goed
levenslied, kan ook dit niet goed aflopen: Leplée wordt in 1937 vermoord. Een
moord waarvan zij in eerste instantie wordt verdacht.
In
deze zwarte periode ontmoet zij de man die voor haar het verschil gaat maken;
Raymond Asso. Dat brengt eindelijk succes. Als nieuwe mentor en impresario weet
hij haar geboekt te krijgen in populaire variétézalen van die tijd. Piaf wordt
in de volgende jaren steeds populairder. De twee beginnen een stormachtige
liefdesrelatie, ook al is Asso getrouwd. Onder zijn management trekt ze volle
zalen en de geldproblemen verdwijnen als sneeuw voor de zon. In 1939 eindigt
haar relatie met Asso en ontmoet ze Paul Meurisse, een rijke acteur die haar
laat kennismaken met de 'Upper Class' van Parijs. Zij maakt in die periode ook kennis
met Jean Cocteau. Edith geniet van haar luxueuze leventje, maar helaas blijkt Meurisse
te beschikken over losse handjes wat hun relatie snel doet eindigen. In het Parijs
van 1944 ontdekt zij de zanger Yves Montand, die zij onder haar hoede neemt. Ze
krijgen samen een relatie tijdens de opnamen van de film Etoile sans Lumière.
Haar
oorlogsverleden is en blijft dubieus. Ze treedt zowel op voor het Franse leger
als voor de Nazi’s, en is zelfs bevriend met enkele leden van de Gestapo. Aan
de andere kant staat wel vast dat ze tenminste één Joodse kennis helpt
ontsnappen uit Frankrijk. Zelf zal ze later beweren dat ze lid is geweest van
het Verzet, maar hierover is veel onduidelijkheid. De oorlogsjaren zijn
alleszins heel vruchtbaar voor Édiths oevre met bijna 30 nieuwe releases.
In
1947 vertrekt ze naar New York, waar ze de nodige successen kent. Ze houdt er
onder meer een levenslange vriendschap aan over met Marlène Dietrich. Hier leert
ze volgens haar de liefde van haar leven kennen, wederom een getrouwde man; de
bokser Marcel Cerdan. Het noodlot slaat echter opnieuw toe wanneer hij omkomt
in een vliegtuigongeluk twee jaar later.
In
de jaren nadien heeft Piaf nog veel geliefden en protegees onder wie Charles
Aznavour en Les Compagnons de la Chanson. Door twee zware auto-ongelukken in
1951 raakt zij verslaafd aan pijnstillers (morfine) en alcohol. Ze zal echter
nog 12 jaar doorgaan.
Tussen
1951 en 1963 krijgt ze nog eens twee auto-ongelukken, doet ze eenmaal een
poging tot zelfmoord, probeert vier keer door een ontwenningskuur van de
verdovende middelen af te komen, krijgt twee aanvallen van delirium tremens,
ondergaat zeven operaties, raakt drie keer in een coma en krijgt een keer een
aanval van waanzin. In die turbulente periode trouwt ze twee keer. In 1952 met
haar songwriter Jacques Pills, zelf ook een alcoholicus. Toch zou dit haar
beste en meest liefdevolle relatie worden, ook al scheiden ze vijf jaar later.
In 1960 zingt ze haar versie van het wondermooie 'Non, je ne regrette rien' in
het Parijse Olympia. Het wordt één van Frankrijks mijlpalen in de muziek. Twee
jaar later trouwt ze nog eens met de twaalf jaar jongere Griekse Theo Sarapo,
een zanger-kapper met wie ze af en toe samen optreedt en verruilt Parijs voor
het Zuid-Franse Placassier, waar zij uiteindelijk een jaar later op 10 oktober
overlijdt. Drie dagen later wordt zij op Père Lachaise begraven naast haar
jonge dochter Marcelle. Haar begrafenis trok honderdduizenden mensen naar de
straten van Parijs en de ceremonie bij de begraafplaats werd geblokkeerd door
meer dan veertigduizend fans. Het enige moment na de Tweede Wereldoorlog dat
het hele verkeer van Parijs stil lag, aldus Aznavour. Haar chansons, bijna 300,
waaronder Milord, La vie en rose en Non, je ne regrette rien leven voort, tot
op de dag van vandaag.
Edith Piaf ligt begraven naast haar 2-jarige dochter Marcelle op Père Lachaise
Wandelen
door de volkswijk Belleville brengt je terug naar de tijd toen ze hier
opgroeide en in de straten zong als straatzangeresje. Vandaag is de voormalige
arbeiderswijk een charmante buurt propvol artistiek talent, en onterecht
verwaarloosd in de reisgidsen. Vlakbij, in de wijk Ménilmontant, kan je Piafs
appartement bezoeken, dat is ingericht als museum. Het museum staat vol
persoonlijke spullen en geschenken van de zangeres, en je kunt je er laten
ontroeren door haar brieven. Je wordt er door de kamers geleid door de
herkenbare stem van Piaf, die haar levensverhaal vertelt. Enkele straten verder
ligt het plein dat haar naam draagt: de Place Edith Piaf, met haar bronzen
standbeeld en met de Bar de la Place Edith Piaf, een populair themacafé waar je
van haar muziek kunt genieten.
Musée Edith Piaf, rue Crespin-du-Gast 5, 20e arrondissement, metro Ménilmontant.
Bezoek uitsluitend na
afspraak. TIP: Bel minimaal twee dagen van te voren.
Ook
in de buurt, op het Père-Lachaise
kerkhof kan je haar graf bezoeken (sectie nr. 97), steeds overladen met
bloemen van haar oude en jonge fans. Bekijk nog eens de DVD met de prachtige film
over haar leven: 'La Vie en Rose' (2007) met de jonge oscarwinneres, de Parijse
actrice Marion Cotillard in de huid van Piaf.
Cimetière Père-Lachaise, rue de Repos 16, 20e
arrondissement, Metro Père Lachaise
Geen opmerkingen:
Een reactie posten