Paris FvdV is een niet commercieel weblog speciaal voor kenners en liefhebbers van de stad Parijs - en voor hen die dat willen worden. Parijs is een stad met een gewichtig verleden, respectabel en gerespecteerd. Het is totaal niet nostalgisch. Parijs is er in geslaagd om, soms op brutale maar altijd op elegante wijze, om te gaan met zijn grootse monumenten. Ze te beschermen en te integreren in de nieuwe dynamiek van de stad. Parijs is een meester op het gebied van herstel en transformatie. U zult er nooit in slagen een volledig overzicht te maken van plekken en verhalen, die allemaal op hetzelfde punt uitkomen en de glorie van deze stad bezingen. toch wil ik een poging wagen. Wekelijks wil ik u niet alleen informeren over wat Parijs nog meer te bieden heeft, maar ook wil ik mijn liefde voor deze stad op u over dragen. In de hoop dat het raakt aan iets wat u herkent of voelt. Ferry van der Vliet.

Privacy verklaring: Indien u weblog Paris FvdV, dat bij Google-Blogger is ondergebracht, leest en reageert op de blogs van Paris FvdV, doet u dat vrijwillig en is uw IP-adres en mailadres - indien u dat vermeld - bekend en wordt opgeslagen. Ook uw schuilnaam waaronder uw reageert wordt opgeslagen. Paris FvdV zal uw gegevens nooit aan derden doorgeven. We houden uw gegevens privé, tenzij de wet of rechtelijke macht ons dwingt uw gegevens aan hen te verstrekken. Datalekken in het systeem vallen onder de verantwoordelijkheid van Google-Blogger. Door weblog Paris FvdV te bezoeken en/of de op of via deze weblog aangeboden informatie te gebruiken, verklaart u zich akkoord met de toepasselijkheid van deze disclaimer. Google gebruikt cookies om services te leveren en verkeer te analyseren dus uw IP-adres en user-agent zijn bij Google bekend, samen met prestatie- en beveiligingsstatistieken om servicekwaliteit te garanderen, gebruiksstatistieken te genereren, misbruik te detecteren en maatregelen te treffen.

zondag 21 augustus 2016

HET PARIJS VAN DE GROENE FEE

Metrolijn 1 brengt mij naar het Station Saint Paul in de Marais voor mijn afspraak met de 'Groene Fee', wonend aan de rue d'Ormesson 11. Ik steek de drukke rue Saint-Antoine over, die als het ware het vierde arrondissement dwars door midden deelt. Het was vroeger de hoofdstraat van de Marais en eeuwenlang de breedste straat van Parijs. Vervolgens de rue  de Sévigné. De eerste straat rechts is de rue d'Ormesson. Niet alleen bevindt zich hier een van de meest bijzondere lokaaltjes van Parijs, ook bevindt zich aan de overzijde een van de intiemste pleintjes van Parijs, de place du Marché-Sainte-Catherine. Hier stonden aan het einde van de 18e eeuw, de priorij en de kerk van Sainte-Catherine-du-Val-des-Écoliers, ooit gesticht door de sergeanten van de Koninklijke Garde (Les Sergents d'Armes de la Garde du Roi) ter herinnering aan de slag van Bouvines. Deze dependance verzorgde het kerkhof op de hoek van de rue Neuve-Saint-Pierre en de rue Saint Paul; het cimetière Saint-Éloi. Deze begraafplaats werd in 1791 gesloten, maar de graven zijn nooit overgebracht,  zodat de geesten van bekende personen er nu nog steeds ronddwalen. De man met het ijzeren masker, Jean Nicot aan wie wij het woord nicotine te danken hebben en Madeleine Béjart, de maîtresse van Molière.

Place du Marché-Sainte-Catherine verborgen in de Marais

Het pleintje, een van mijn lievelingspleintjes, is een paar jaar geleden geheel voorzien van een nieuwe bestrating en vrijwel afgesloten voor het autoverkeer. Hier is het heerlijk toeven op de bankjes onder de bomen of op de terrassen van de diverse restaurants die het plein omzomen. Ik ben te vroeg voor mijn afspraak dus ik neem plaats op een van de bankjes en geniet meteen van een man, rustig tekenend in zijn schetsboek. Heerlijk, ik zou willen dat ik zo goed kon tekenen. Ik probeer zijn zichtlijn te volgen, hou mijn vinger omhoog zoals hij zijn kroontjespen. In mijn ooghoek zie ik het rolluik bij de nering van mijn 'Groene Fee' omhoog gaan. Vert d'Absinthe staat er boven de deur en in de deuropening niet Kylie Minogue maar Monsieur Luc-Santiago Rodriguez.

Ik geniet meteen van een man, rustig tekenend in zijn schetsboek

Het laatste gebied enige uitleg. In mijn blog neem ik u mee naar de wereld van een verraderlijke verleidster. Kylie Minogue verbeelde de Groene Fee in de film Moulin Rouge van Baz Luhrman die zich afspeelt in de 'poel des verderfs', Montmartre, in het midden van de 19e eeuw, de komst van de absint. In 1830 was onder de in Algerije gelegerde Franse militairen, die door malaria en dysenterie werden gekweld, behoefte ontstaan aan zuiver drinkwater. De oplossing bestond uit de toevoeging van absint aan het verontreinigde water. Deze zuiveringsmethode werd door de soldaten dermate gewaardeerd dat ze na thuiskomst in hun café om absint vroegen. Met name in Parijs deden de boulevardcafés goede zaken met de verkoop van het aperitief aan militairen. Hun enthousiasme sloeg over op de burgerij, waarmee het 'Groene Uur' was geboren: van vijf tot zeven in de vooravond was de lucht op de boulevards doordrongen van de geur van de Groene Fee.

Eeuwenlang kwam drinken in een openbare gelegenheid in Parijs neer op een bezoekje aan een 'marchand de vin', een wijnkoopman die doorgaans alleen witte en rode wijn verkocht en als je geluk had een 'marc', een distillaat uit de schillen en pitten van geperste druiven. Kroegen in de volksmond bekend met termen als bibine, boc, bouchon, bouf-fardière, bousin, cabermon, cabremont, cargot of een abreuvoir waren niet meer dan een drankhol waar men alle vormelijkheid kon laten varen. De assommoir, een zaak om buiten westen te raken of een estaminet  weer een treetje hoger. De kroegen rond de hallen hadden een speciale ontheffing van de normale sluitingstijd - twee uur 's nachts - die voor de gehele stad gold. Er waren twee ruimtes, waarvan de voorste was voorzien van twee zinken togen en een lange houten bank, terwijl het achterzaaltje alleen toegankelijk was voor stamgasten. Vaak kon je kiezen uit drie glasformaten; monsieur (groot), mademoiselle (klein) en misérable (een vingerhoedje). Sommige kroegen hadden een bordeel in het achterzaaltje, sommige verstrekten leningen tegen woekerrentes. Cafés bij de Hallen gaven marktvolk 's nachts krediet dat om tien uur 's morgens, wanneer de arbeiders hun loon kregen, weer moest worden terugbetaald.

Het 'Groene Uur'; van vijf tot zeven in de vooravond

Ondertussen werden de wijngaarden geteisterd door Phylloxera, de druifluis. Absint werd hierdoor mede populair als een betaalbaar alternatief voor schaarse en dure wijn. In de jaren die volgden werd in bijna iedere Franse provinciestad een absintstokerij opgericht. Maar de vaak overmatige alcoholconsumptie in de avonduren, op de drempel van de twintigste eeuw, bezorgde de Groene Fee een slecht aanzien. De groene kleur van absint was afkomstig van chlorofyl, uit een extract van bladeren van Artemisia Pontica, citroenmelisse, hyssop en soms veronica. Daar kwam bij dat onzorgvuldig gestookte absint methanol kon bevatten en vaak gekleurd werd met metaalverbindingen (het giftige koper en indigo), met blijvende schade aan het centrale zenuwstelsel als mogelijk gevolg. Absint zou waanzinnig maken en een bedreiging vormen voor de volksgezondheid. De oorzaak daarvan zou voornamelijk in het terpeen thujon zijn gelegen.

De Fee een belangrijke bron van artistieke inspiratie (affiches uit de Belle Epoque)

De Fee zou een belangrijke bron van artistieke inspiratie zijn. Deze veronderstelling heeft ongetwijfeld bijgedragen aan de mythe rond de hallucinerende effecten van absint. Vincent van Gogh zou er zijn gele periode aan te danken hebben. In de tweede helft van de negentiende eeuw waren de impressionisten, alsook de symbolistische schilders en dichters, de illustere minnaars van de Groene Fee in de Parijse café's. Ze putten inspiratie uit haar, hielden van haar gezelschap tijdens hun felle kroegdiscussies of hun momenten van reflectie, en maakten haar soms tot thema van hun werk. Beroemde absintdrinkers waren Paul Gauguin, Henri de Toulouse-Lautrec, Charles Baudelaire, Guy de Maupassant, Édouard Manet, Oscar Wilde, Paul Verlaine, Edgar Allan Poe. Diversen van hen, zoals Edgar Degas, Édouard Manet en ook Henri de Toulouse-Lautrec vereeuwigden de absintdrinkers op hun schilderijen.

 Absint zou waanzinnig maken en een bedreiging vormen voor de volksgezondheid

Nadat de Fee schuldig was bevonden aan de moord van de Zwitser Jean Lanfray op zijn hele gezin, liet in diverse landen het verbod op absint, aan het begin van de twintigste eeuw, niet lang op zich wachten. Tot die landen behoorden Zwitserland, België en Nederland. Frankrijk volgde definitief in 1915, toen de minder goede prestaties van de frontsoldaten werden toegeschreven aan de schadelijke werking van de Groene Fee.

Zwitserland verbood het gebruik van absint in 1910, Frankrijk in 1915

Ruim een eeuw daarvoor, in 1798, stichtte likeurstoker Henri-Louis Pernod, samen met een vertegenwoordiger in kant Daniel-Henri Dubied, een absintdistilleerderij in het Zwitserse Couvet (Val-de-Travers). Het huis Dubied Père & Fils begon als eerste met het commercieel produceren van absint. Maar waar kwam het recept vandaan? Dubied zou het gekocht hebben van ene Henriette Henriod uit Couvet, die het voorschreef ter behandeling van vrouwenkwalen. Er werd ooit gedacht dat zij het had overgenomen van de Franse arts Pierre Ordinaire, die te paard door Zwitserland trok om zijn panacee te slijten, maar dat is niet aannemelijk omdat het recept al halverwege de achttiende eeuw in Zwitserland bekend was, terwijl Ordinaire er pas vanaf 1771 verbleef. Bovendien zou hij zijn drank niet uit de Grote Absint (Artemisia absinthium) hebben vervaardigd, maar uit cichorei. De oorsprong van het aperitief van Pernod & Dubied blijft daarmee onduidelijk; het is het begin van een mythe.

Het kleine winkeltje staat vol met gebruiksartikelen behorend bij een bijzonder ritueel

Omdat het grootste afzetgebied zich aan de andere kant van de grens bevond, en de invoerrechten aardig konden oplopen, vestigde Pernod zich in 1805 te Pontarlier. Het door hem gestichte huis 'Pernod Fils' zou uitgroeien tot de wereldmarktleider in absint, al zou het nog een kwart eeuw duren eer de absint meer werd dan de streekdrank van Franche-Comté en Frans-Zwitserland.

Absint heeft ook nog bijgedragen aan een bijzondere ontdekking. Op een stralende zomerdag in 1901 maakte André Berthelot - zoon van de beroemde chemicus Marcelin Berthelot - een wandeling naar de bron van de rivier de Loue. De Loue ontspringt in een donkere grot aan de voet van een duizelingwekkende, U-vormige rotswand, even ten noordwesten van Pontarlier. Tot zijn grote verbazing merkte hij op dat het water die dag de kleur en de geur van absint had. Hij proefde ervan, en inderdaad, uit de bron vloeide niets anders dan het populairste aperitief van zijn tijd. Wat bleek, twee dagen eerder was de Pernodfabriek in de garnizoensstad Pontarlier ten prooi gevallen aan een uitslaande brand, veroorzaakt door een blikseminslag. Om een ramp te voorkomen hadden de medewerkers alle opgeslagen absint in de rivier de Doubs laten stromen. Men spreekt van een miljoen liter. De soldaten schepten hun aperitief uit de rivier met hun helm. En Berthelot had met zijn ontdekking een oud raadsel opgelost: het water uit de karstbron* van de Loue (*een bron waar een rivier na een ondergrondse loop weer aan de oppervlakte komt) bleek afkomstig van de Doubs. Zij ontspringt bij het dorp Mouthe in de Franse Jura, dicht bij de grens met Zwitserland.

De stevige handdruk van Monsieur Rodriguez, de eigenaar van Vert d'Absinthe, doen het beeld van Kylie Minogue onmiddellijk verdwijnen. Het kleine winkeltje hangt vol met prachtige posters uit de Belle Epoque, flessen Absint met de mooiste etiketten, glazen, speciale lepeltjes en schitterende karaffen. Het drinken van Absint doe je niet door gewoon het glas te heffen en te slikken, er gaat een heel ceremonieel aan vooraf. Vóór dat het eerste slokje wordt genomen, bekijk je eerst aandachtig het etiket van de fles, om vervolgens je neus toestemming te geven aan de fles te ruiken. Als voorspel stroomt een sterke anijsgeur je hersenen binnen. Na het uitroepen van oh en ah, giet je de groene godendrank voorzichtig in het daarvoor bestemde glas. Naast mijn glas ligt een prachtig vormgegeven zilveren lepeltje dat ik vervolgens heel voorzichtig op mijn glas leg. Het zogenaamde absintlepeltje zit vol met gaatjes. Op het lepeltje komt een klontje suiker te liggen. Het klontje begiet je uiterst voorzichtig en tergend langzaam met een heel fijn straaltje ijswater uit een karaf. Wanneer het klontje verzadigd is, valt het uiteen om zich vervolgens te mengen met de groen godendrank in het glas. Door de ijle dans van suiker, water en absint verspreid zich een heerlijke kruidengeur van anijs en venkel. Bij de eerste slok die mijn gehemelte streelt denk ik aan 'mijn Groene Fee'. De 70% alcohol in mijn slokdarm brengen mij weer snel terug naar de werkelijkheid.

Bij de eerste slok die mijn gehemelte streelt denk ik aan 'mijn Groene Fee'

Ben je 's middags in de buurt van de rue Ormesson, tussen vijf en zeven uur, bedenk dan dat het l'heure verte is en breng een bezoek aan deze bijzondere winkel. Geopend van dinsdag t/m zaterdag van 12.00 uur tot 19.00 uur. Er is witte en groene absint en de prijzen zijn vanaf € 48 voor een 70 cl-fles.
A votre santé.

Bronnen:
WikipédiA, De Groene Fee, 
'Het andere Parijs,stad van het volk' Luc Sante, uitgeverij Polis, ISBN 978 94 6310 114 1
€ 24,95


5 opmerkingen:

  1. Reacties van Nederlanders in Frankrijk op Nederlanders.Fr

    Reactie van Ton Hilderink
    Boeiend en zeer volledig verhaal, Ferry, over een godendrank die inderdaad met mythes omgeven is. Absint is weer helemaal in. De meeste 'caves' hebben wel een paar merken in huis; vaak met zeer decoratieve, nostalgische etiketten op de flessen. Ik heb er onlangs een gekocht, inclusief het door jou beschreven magische lepeltje. Pittig spul, ondanks het suikerklontje. Kreeg er tranen van in mijn ogen. De inspiratie voor een verpletterend mooi schilderij bleef uit. Is maar goed ook, want daar heb ik de spullen niet voor in huis. Mijn oor zit er nog onversneden aan. Proost! Op de verhaalkunst!

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Reacties van Nederlanders in Frankrijk op Nederlanders.Fr

    Reactie van Bernard
    wederom een 'pur sang'-eh-'pur absinth' verhaal van Ferry, de 'olympische' record-rubriek-houder waar het gaat om Parijse cultuur, wetenswaardigheden en kunst&zinnenstreling, altijd met prachtfoto's 'à l'appui'.......met voor mij een saillant détail dit keer: mijn al 40 jaar in Parijs wonende zus heeft vele jaren gewerkt in de rue d'Ormesson no. 3, in de al 30 jaar bestaande Galerie Marie Vitoux, dus bent u niet al te beschonken na een bezoek aan 'Vert d'Absinthe' loop dan die paar passen en bewonder er op begane grond én in de ook dáár aanwezige (kunst)caves een van de altijd bezielde exposities van de even geestdriftige als charmante Marie Vitoux. U mag haar altijd de hartelijke groeten overbrengen van Ben (de broer van Charlotte) van Bommel (www.ladomaine.fr) of Evert (www.evertarensman.com).

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Reactie van Jan de Bruijn.
    Super blog weer, Ferry van der Vliet. Het bracht de herinnering terug van mijn verblijf in Frankrijk als arme student op vakantie. Toen ik om een Pernod vroeg en de barman antwoordde dat hij alleen Ricard had, reageerde ik met een iets te luchtig "c'est le meme" Waarop een bar gast als door een wesp gestoken briesend reageerde op zoveel onkunde van deze Hollandse cultuurbarbaar op zoek naar het goedkoopste drankje. Pastis betekent zoiets als mengsel. Ik heb het eerlijk gezegd weer moeten opzoeken. Pastis wordt door maceratie verkregen, de inwerking van alcohol op in dit geval diverse kruiden. Pernod is een anis, een distillaat. Leuk is dat de absint te grondslag ligt. Mijnheer Pernod maakte een soort surrogaat voor de groene fee op basis van o.a. steranijs. Paul Ricard ontwikkelde als reactie zijn eigen recept voor een anijsdrank. En om het nog ingewikkelder te maken zijn er meer sterke dranken met anijs smaak zoals de Griekse Ouzo en Turkse Raki.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Dit lijkt me een interessante blog voor Parijs-liefhebbers zoals ik. Maar... ik kan het helaas slechts met de grootst mogelijke moeite lezen En als ik zóveel moeite moet doen voor iets dan haak ik af. Het is een algemeen aanvaard principe in de typografie dat witte tekst op een zwarte achtergrond niet goed leest. Het doet pijn aan mijn ogen die 55 jaar oud zijn.
    Een welgemeend advies: verander je kleurenschema en je krijgt er honderden lezers bij. Tenzij je niet houdt van lezers die ouder dan 40/50 zijn natuurlijk. :-)

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Beste 'boekengek'
    Dank voor je opmerking. Mijn blog ben ik gestart in 2011 en heb toen voor dit template van blogspot gekozen. Het is helaas onmogelijk om tussentijds het template te veranderen. Ik publiceer mijn blog ook wekelijks op de website van Nederlanders.Fr. Speciaal voor Nederlanders die in Frankrijk wonen. Hier kunt u de tekst lezen - zwarte letters op een witte ondergrond. Bijgaan de hyperlink naar deze website: http://www.nederlanders.fr/page/de-pagina-voor-blogs-reportages-en-verhalen
    Ik hoop u zo te kunnen behouden als trouwe lezer van mijn blog.

    BeantwoordenVerwijderen