Metrolijn 1 brengt mij
naar het Station Saint Paul in de Marais voor mijn afspraak met de 'Groene Fee',
wonend aan de rue d'Ormesson 11. Ik steek de drukke rue Saint-Antoine over, die
als het ware het vierde arrondissement dwars door midden deelt. Het was vroeger
de hoofdstraat van de Marais en eeuwenlang de breedste straat van Parijs.
Vervolgens de rue de Sévigné. De eerste
straat rechts is de rue d'Ormesson. Niet alleen bevindt zich hier een van de
meest bijzondere lokaaltjes van Parijs, ook bevindt zich aan de overzijde een
van de intiemste pleintjes van Parijs, de place du Marché-Sainte-Catherine.
Hier stonden aan het einde van de 18e eeuw, de priorij en de kerk van Sainte-Catherine-du-Val-des-Écoliers,
ooit gesticht door de sergeanten van de Koninklijke Garde (Les Sergents d'Armes
de la Garde du Roi) ter herinnering aan de slag van Bouvines. Deze dependance
verzorgde het kerkhof op de hoek van de rue Neuve-Saint-Pierre en de rue Saint
Paul; het cimetière Saint-Éloi. Deze begraafplaats werd in 1791 gesloten, maar
de graven zijn nooit overgebracht, zodat
de geesten van bekende personen er nu nog steeds ronddwalen. De man met het
ijzeren masker, Jean Nicot aan wie wij het woord nicotine te danken hebben en Madeleine
Béjart, de maîtresse van Molière.
Place du Marché-Sainte-Catherine verborgen in de Marais
Het pleintje, een van
mijn lievelingspleintjes, is een paar jaar geleden geheel voorzien van een
nieuwe bestrating en vrijwel afgesloten voor het autoverkeer. Hier is het
heerlijk toeven op de bankjes onder de bomen of op de terrassen van de diverse
restaurants die het plein omzomen. Ik ben te vroeg voor mijn afspraak dus ik
neem plaats op een van de bankjes en geniet meteen van een man, rustig tekenend
in zijn schetsboek. Heerlijk, ik zou willen dat ik zo goed kon tekenen. Ik
probeer zijn zichtlijn te volgen, hou mijn vinger omhoog zoals hij zijn kroontjespen.
In mijn ooghoek zie ik het rolluik bij de nering van mijn 'Groene Fee' omhoog
gaan. Vert d'Absinthe staat er boven de deur en in de deuropening niet Kylie
Minogue maar Monsieur Luc-Santiago Rodriguez.
Ik geniet meteen van een man, rustig tekenend in zijn schetsboek
Het laatste gebied
enige uitleg. In mijn blog neem ik u mee naar de wereld van een verraderlijke
verleidster. Kylie Minogue verbeelde de Groene Fee in de film Moulin Rouge van
Baz Luhrman die zich afspeelt in de 'poel des verderfs', Montmartre, in het
midden van de 19e eeuw, de komst van de absint. In 1830 was onder de in
Algerije gelegerde Franse militairen, die door malaria en dysenterie werden
gekweld, behoefte ontstaan aan zuiver drinkwater. De oplossing bestond uit de
toevoeging van absint aan het verontreinigde water. Deze zuiveringsmethode werd
door de soldaten dermate gewaardeerd dat ze na thuiskomst in hun café om absint
vroegen. Met name in Parijs deden de boulevardcafés goede zaken met de verkoop
van het aperitief aan militairen. Hun enthousiasme sloeg over op de burgerij,
waarmee het 'Groene Uur' was geboren: van vijf tot zeven in de vooravond was de
lucht op de boulevards doordrongen van de geur van de Groene Fee.
Eeuwenlang kwam drinken
in een openbare gelegenheid in Parijs neer op een bezoekje aan een 'marchand de
vin', een wijnkoopman die doorgaans alleen witte en rode wijn verkocht en als
je geluk had een 'marc', een distillaat uit de schillen en pitten van geperste
druiven. Kroegen in de volksmond bekend met termen als bibine, boc, bouchon, bouf-fardière, bousin, cabermon, cabremont,
cargot of een abreuvoir waren
niet meer dan een drankhol waar men alle vormelijkheid kon laten varen. De assommoir, een zaak om buiten westen te
raken of een estaminet weer een treetje hoger. De kroegen rond de
hallen hadden een speciale ontheffing van de normale sluitingstijd - twee uur
's nachts - die voor de gehele stad gold. Er waren twee ruimtes, waarvan de
voorste was voorzien van twee zinken togen en een lange houten bank, terwijl
het achterzaaltje alleen toegankelijk was voor stamgasten. Vaak kon je kiezen
uit drie glasformaten; monsieur (groot), mademoiselle (klein) en misérable (een
vingerhoedje). Sommige kroegen hadden een bordeel in het achterzaaltje, sommige
verstrekten leningen tegen woekerrentes. Cafés bij de Hallen gaven marktvolk 's
nachts krediet dat om tien uur 's morgens, wanneer de arbeiders hun loon
kregen, weer moest worden terugbetaald.
Het 'Groene Uur'; van vijf tot zeven in de vooravond
Ondertussen werden de
wijngaarden geteisterd door Phylloxera, de druifluis. Absint werd hierdoor mede
populair als een betaalbaar alternatief voor schaarse en dure wijn. In de jaren
die volgden werd in bijna iedere Franse provinciestad een absintstokerij
opgericht. Maar de vaak overmatige alcoholconsumptie in de avonduren, op de
drempel van de twintigste eeuw, bezorgde de Groene Fee een slecht aanzien. De
groene kleur van absint was afkomstig van chlorofyl, uit een extract van
bladeren van Artemisia Pontica, citroenmelisse, hyssop en soms veronica. Daar
kwam bij dat onzorgvuldig gestookte absint methanol kon bevatten en vaak
gekleurd werd met metaalverbindingen (het giftige koper en indigo), met
blijvende schade aan het centrale zenuwstelsel als mogelijk gevolg. Absint zou
waanzinnig maken en een bedreiging vormen voor de volksgezondheid. De oorzaak
daarvan zou voornamelijk in het terpeen thujon zijn gelegen.
De Fee een belangrijke bron van artistieke inspiratie (affiches uit de Belle Epoque)
De Fee zou een
belangrijke bron van artistieke inspiratie zijn. Deze veronderstelling heeft
ongetwijfeld bijgedragen aan de mythe rond de hallucinerende effecten van
absint. Vincent van Gogh zou er zijn gele periode aan te danken hebben. In de
tweede helft van de negentiende eeuw waren de impressionisten, alsook de
symbolistische schilders en dichters, de illustere minnaars van de Groene Fee
in de Parijse café's. Ze putten inspiratie uit haar, hielden van haar
gezelschap tijdens hun felle kroegdiscussies of hun momenten van reflectie, en
maakten haar soms tot thema van hun werk. Beroemde absintdrinkers waren Paul
Gauguin, Henri de Toulouse-Lautrec, Charles Baudelaire, Guy de Maupassant,
Édouard Manet, Oscar Wilde, Paul Verlaine, Edgar Allan Poe. Diversen van hen,
zoals Edgar Degas, Édouard Manet en ook Henri de Toulouse-Lautrec vereeuwigden
de absintdrinkers op hun schilderijen.
Absint zou waanzinnig maken en een bedreiging vormen voor de volksgezondheid
Nadat de Fee schuldig
was bevonden aan de moord van de Zwitser Jean Lanfray op zijn hele gezin, liet
in diverse landen het verbod op absint, aan het begin van de twintigste eeuw,
niet lang op zich wachten. Tot die landen behoorden Zwitserland, België en
Nederland. Frankrijk volgde definitief in 1915, toen de minder goede prestaties
van de frontsoldaten werden toegeschreven aan de schadelijke werking van de
Groene Fee.
Zwitserland verbood het gebruik van absint in 1910, Frankrijk in 1915
Ruim een eeuw daarvoor,
in 1798, stichtte likeurstoker Henri-Louis Pernod, samen met een vertegenwoordiger
in kant Daniel-Henri Dubied, een absintdistilleerderij in het Zwitserse Couvet
(Val-de-Travers). Het huis Dubied Père & Fils begon als eerste met het
commercieel produceren van absint. Maar waar kwam het recept vandaan? Dubied
zou het gekocht hebben van ene Henriette Henriod uit Couvet, die het
voorschreef ter behandeling van vrouwenkwalen. Er werd ooit gedacht dat zij het
had overgenomen van de Franse arts Pierre Ordinaire, die te paard door
Zwitserland trok om zijn panacee te slijten, maar dat is niet aannemelijk omdat
het recept al halverwege de achttiende eeuw in Zwitserland bekend was, terwijl
Ordinaire er pas vanaf 1771 verbleef. Bovendien zou hij zijn drank niet uit de
Grote Absint (Artemisia absinthium) hebben vervaardigd, maar uit cichorei. De
oorsprong van het aperitief van Pernod & Dubied blijft daarmee onduidelijk;
het is het begin van een mythe.
Het kleine winkeltje staat vol met gebruiksartikelen behorend bij een bijzonder ritueel
Omdat het grootste
afzetgebied zich aan de andere kant van de grens bevond, en de invoerrechten
aardig konden oplopen, vestigde Pernod zich in 1805 te Pontarlier. Het door hem
gestichte huis 'Pernod Fils' zou uitgroeien tot de wereldmarktleider in absint,
al zou het nog een kwart eeuw duren eer de absint meer werd dan de streekdrank
van Franche-Comté en Frans-Zwitserland.
Absint heeft ook nog
bijgedragen aan een bijzondere ontdekking. Op een stralende zomerdag in 1901
maakte André Berthelot - zoon van de beroemde chemicus Marcelin Berthelot - een
wandeling naar de bron van de rivier de Loue. De Loue ontspringt in een donkere
grot aan de voet van een duizelingwekkende, U-vormige rotswand, even ten
noordwesten van Pontarlier. Tot zijn grote verbazing merkte hij op dat het
water die dag de kleur en de geur van absint had. Hij proefde ervan, en
inderdaad, uit de bron vloeide niets anders dan het populairste aperitief van
zijn tijd. Wat bleek, twee dagen eerder was de Pernodfabriek in de
garnizoensstad Pontarlier ten prooi gevallen aan een uitslaande brand,
veroorzaakt door een blikseminslag. Om een ramp te voorkomen hadden de
medewerkers alle opgeslagen absint in de rivier de Doubs laten stromen. Men
spreekt van een miljoen liter. De soldaten schepten hun aperitief uit de rivier
met hun helm. En Berthelot had met zijn ontdekking een oud raadsel opgelost:
het water uit de karstbron* van de Loue (*een bron waar een rivier na een ondergrondse
loop weer aan de oppervlakte komt) bleek afkomstig van de Doubs. Zij ontspringt
bij het dorp Mouthe in de Franse Jura, dicht bij de grens met Zwitserland.
De stevige handdruk van
Monsieur Rodriguez, de eigenaar van Vert d'Absinthe, doen het beeld van Kylie
Minogue onmiddellijk verdwijnen. Het kleine winkeltje hangt vol met prachtige
posters uit de Belle Epoque, flessen Absint met de mooiste etiketten, glazen,
speciale lepeltjes en schitterende karaffen. Het drinken van Absint doe je niet
door gewoon het glas te heffen en te slikken, er gaat een heel ceremonieel aan
vooraf. Vóór dat het eerste slokje wordt genomen, bekijk je eerst aandachtig het
etiket van de fles, om vervolgens je neus toestemming te geven aan de fles te
ruiken. Als voorspel stroomt een sterke anijsgeur je hersenen binnen. Na het
uitroepen van oh en ah, giet je de groene godendrank voorzichtig in het
daarvoor bestemde glas. Naast mijn glas ligt een prachtig vormgegeven zilveren
lepeltje dat ik vervolgens heel voorzichtig op mijn glas leg. Het zogenaamde
absintlepeltje zit vol met gaatjes. Op het lepeltje komt een klontje suiker te
liggen. Het klontje begiet je uiterst voorzichtig en tergend langzaam met een
heel fijn straaltje ijswater uit een karaf. Wanneer het klontje verzadigd is,
valt het uiteen om zich vervolgens te mengen met de groen godendrank in het
glas. Door de ijle dans van suiker, water en absint verspreid zich een
heerlijke kruidengeur van anijs en venkel. Bij de eerste slok die mijn
gehemelte streelt denk ik aan 'mijn Groene Fee'. De 70% alcohol in mijn
slokdarm brengen mij weer snel terug naar de werkelijkheid.
Bij de eerste slok die mijn gehemelte streelt denk ik aan 'mijn Groene Fee'
Ben je 's middags in de
buurt van de rue Ormesson, tussen vijf en zeven uur, bedenk dan dat het l'heure verte is en breng een bezoek aan
deze bijzondere winkel. Geopend van dinsdag t/m zaterdag van 12.00 uur tot
19.00 uur. Er is witte en groene absint en de prijzen zijn vanaf € 48 voor een
70 cl-fles.
A votre santé.
Bronnen:
WikipédiA, De
Groene Fee,
€ 24,95
Reacties van Nederlanders in Frankrijk op Nederlanders.Fr
BeantwoordenVerwijderenReactie van Ton Hilderink
Boeiend en zeer volledig verhaal, Ferry, over een godendrank die inderdaad met mythes omgeven is. Absint is weer helemaal in. De meeste 'caves' hebben wel een paar merken in huis; vaak met zeer decoratieve, nostalgische etiketten op de flessen. Ik heb er onlangs een gekocht, inclusief het door jou beschreven magische lepeltje. Pittig spul, ondanks het suikerklontje. Kreeg er tranen van in mijn ogen. De inspiratie voor een verpletterend mooi schilderij bleef uit. Is maar goed ook, want daar heb ik de spullen niet voor in huis. Mijn oor zit er nog onversneden aan. Proost! Op de verhaalkunst!
Reacties van Nederlanders in Frankrijk op Nederlanders.Fr
BeantwoordenVerwijderenReactie van Bernard
wederom een 'pur sang'-eh-'pur absinth' verhaal van Ferry, de 'olympische' record-rubriek-houder waar het gaat om Parijse cultuur, wetenswaardigheden en kunst&zinnenstreling, altijd met prachtfoto's 'à l'appui'.......met voor mij een saillant détail dit keer: mijn al 40 jaar in Parijs wonende zus heeft vele jaren gewerkt in de rue d'Ormesson no. 3, in de al 30 jaar bestaande Galerie Marie Vitoux, dus bent u niet al te beschonken na een bezoek aan 'Vert d'Absinthe' loop dan die paar passen en bewonder er op begane grond én in de ook dáár aanwezige (kunst)caves een van de altijd bezielde exposities van de even geestdriftige als charmante Marie Vitoux. U mag haar altijd de hartelijke groeten overbrengen van Ben (de broer van Charlotte) van Bommel (www.ladomaine.fr) of Evert (www.evertarensman.com).
Reactie van Jan de Bruijn.
BeantwoordenVerwijderenSuper blog weer, Ferry van der Vliet. Het bracht de herinnering terug van mijn verblijf in Frankrijk als arme student op vakantie. Toen ik om een Pernod vroeg en de barman antwoordde dat hij alleen Ricard had, reageerde ik met een iets te luchtig "c'est le meme" Waarop een bar gast als door een wesp gestoken briesend reageerde op zoveel onkunde van deze Hollandse cultuurbarbaar op zoek naar het goedkoopste drankje. Pastis betekent zoiets als mengsel. Ik heb het eerlijk gezegd weer moeten opzoeken. Pastis wordt door maceratie verkregen, de inwerking van alcohol op in dit geval diverse kruiden. Pernod is een anis, een distillaat. Leuk is dat de absint te grondslag ligt. Mijnheer Pernod maakte een soort surrogaat voor de groene fee op basis van o.a. steranijs. Paul Ricard ontwikkelde als reactie zijn eigen recept voor een anijsdrank. En om het nog ingewikkelder te maken zijn er meer sterke dranken met anijs smaak zoals de Griekse Ouzo en Turkse Raki.
Dit lijkt me een interessante blog voor Parijs-liefhebbers zoals ik. Maar... ik kan het helaas slechts met de grootst mogelijke moeite lezen En als ik zóveel moeite moet doen voor iets dan haak ik af. Het is een algemeen aanvaard principe in de typografie dat witte tekst op een zwarte achtergrond niet goed leest. Het doet pijn aan mijn ogen die 55 jaar oud zijn.
BeantwoordenVerwijderenEen welgemeend advies: verander je kleurenschema en je krijgt er honderden lezers bij. Tenzij je niet houdt van lezers die ouder dan 40/50 zijn natuurlijk. :-)
Beste 'boekengek'
BeantwoordenVerwijderenDank voor je opmerking. Mijn blog ben ik gestart in 2011 en heb toen voor dit template van blogspot gekozen. Het is helaas onmogelijk om tussentijds het template te veranderen. Ik publiceer mijn blog ook wekelijks op de website van Nederlanders.Fr. Speciaal voor Nederlanders die in Frankrijk wonen. Hier kunt u de tekst lezen - zwarte letters op een witte ondergrond. Bijgaan de hyperlink naar deze website: http://www.nederlanders.fr/page/de-pagina-voor-blogs-reportages-en-verhalen
Ik hoop u zo te kunnen behouden als trouwe lezer van mijn blog.