Paris FvdV is een niet commercieel weblog speciaal voor kenners en liefhebbers van de stad Parijs - en voor hen die dat willen worden. Parijs is een stad met een gewichtig verleden, respectabel en gerespecteerd. Het is totaal niet nostalgisch. Parijs is er in geslaagd om, soms op brutale maar altijd op elegante wijze, om te gaan met zijn grootse monumenten. Ze te beschermen en te integreren in de nieuwe dynamiek van de stad. Parijs is een meester op het gebied van herstel en transformatie. U zult er nooit in slagen een volledig overzicht te maken van plekken en verhalen, die allemaal op hetzelfde punt uitkomen en de glorie van deze stad bezingen. toch wil ik een poging wagen. Wekelijks wil ik u niet alleen informeren over wat Parijs nog meer te bieden heeft, maar ook wil ik mijn liefde voor deze stad op u over dragen. In de hoop dat het raakt aan iets wat u herkent of voelt. Ferry van der Vliet.

Privacy verklaring: Indien u weblog Paris FvdV, dat bij Google-Blogger is ondergebracht, leest en reageert op de blogs van Paris FvdV, doet u dat vrijwillig en is uw IP-adres en mailadres - indien u dat vermeld - bekend en wordt opgeslagen. Ook uw schuilnaam waaronder uw reageert wordt opgeslagen. Paris FvdV zal uw gegevens nooit aan derden doorgeven. We houden uw gegevens privé, tenzij de wet of rechtelijke macht ons dwingt uw gegevens aan hen te verstrekken. Datalekken in het systeem vallen onder de verantwoordelijkheid van Google-Blogger. Door weblog Paris FvdV te bezoeken en/of de op of via deze weblog aangeboden informatie te gebruiken, verklaart u zich akkoord met de toepasselijkheid van deze disclaimer. Google gebruikt cookies om services te leveren en verkeer te analyseren dus uw IP-adres en user-agent zijn bij Google bekend, samen met prestatie- en beveiligingsstatistieken om servicekwaliteit te garanderen, gebruiksstatistieken te genereren, misbruik te detecteren en maatregelen te treffen.

vrijdag 10 februari 2017

VERBORGEN PASSAGES IN BELLEVILLE

Passages zijn een Parijse specialiteit. Dat wil niet zeggen dat ze in andere grote Europese steden niet te vinden zijn, maar hier hebben ze een ander, knusser, minder opzichtig karakter, en vaak zijn het kleine centra gebleven. De meeste passages stammen uit de 19e eeuw. Ze zijn misschien achteruit gegaan, maar het verleden galmt zeker nog na.

Mijn wandeling begint in de rue Faubourg du Temple 

Deze wandeling in het 11e arrondissement hebben u en ik te danken aan de bloggers van Puur Parijs die mij wezen op een voor mij nog onbekend stukje Parijs aan de rand van de rue du Faubourg du Temple. In verborgen passages geplaveide binnenplaatsen of aanpalende straatjes vind je nog restanten van de rijke industriële geschiedenis, in ateliers waar jonge designers, modeontwerpers actief zijn en waar eigenzinnige kunstenaars open huisdagen organi- seren. In de Faubourg woonden ontzettend veel arbeiders-gezinnen maar ook vele ambachtslui. Dat was weer te danken aan Lodewijk XI die de Faubourgs totale vrijheid gaf voor het vestigen van beroepen en gilden. In de Faubourg Saint-Antoine konden ambachtslieden vrij werken, zonder de toen geldende verplichtingen, te werken volgens genormaliseerde technieken zoals het werken 'à boutique ouverte'. Voorbijgangers konden zo oordelen over de kwaliteit van de gebruikte materialen. Nachtwerk werd zwaar gestraft want dat zou geknoei in de hand werken.

Ik stap uit bij metrostation Goncourt, lijn 11 tussen République en Belleville en volg de rue du Faubourg du Temple die de scheidingslijn aangeeft tussen het 10e en 11e arrondissement. Het is een kosmopolitische wijk waar veel immigranten wonen. Maar deze wijken zijn  de laatste tijd steeds populairder aan het worden onder de voornamelijk jonge Parijzenaars. Dat is ook de reden dat dit arrondissement steeds meer opduikt in reisgidsen en trendy modebladen. Naast het oude volkse Parijs, is het ook het thuis van een exotische gemeenschap van Arabieren, Chinezen en Vietnamezen, maar ook van kunstenaars, jonge startende ondernemingen en studenten, die de dure universiteitsbuurten zijn ontvlucht. Hier kunnen we nog de ruwe kant van Parijs aanschouwen. Geef dit arrondissement nog 10 jaar de tijd en dan is het net zo in trek als de Marais.

Een van de mooiste passages in het 11e arrondissement op nummer 105, rue Faubourg du Temple

Een prachtig voorbeeld hiervan vinden we op nummer 105, Faubourg du Temple. Een prachtige lift aan het einde van een bijzondere passage trekt onmiddellijk mijn aandacht met grote letters; 'La Java'. La Java is een concertzaal gevestigd in de kelders van de galerie 'le Palais du Commerce', ooit geopend in 1923, en was in die tijd een van de meest swingende nachtclubs van Parijs, waar grote namen optraden als Django Reinhardt, Jean Gabin, Fréhel en helemaal in het begin Maurice Chevalier en Edith Piaf. Nu is La Java gespecialiseerd in Latijs Amerikaanse- en allerlei soorten elektronische muziek en mateloos populair bij jongeren.

Statige trappen langs prachtige glas-in-loodramen

Van dichtbij bekeken dienen voormalige 'liftdeuren' als ingang naar de nachtclub. Aan weerszijden trekken de statige trappen langs prachtige glas-in-loodramen vervolgens mijn aandacht. Bovenaan een gesloten hek dat op mijn vraag vriendelijk wordt geopend door twee jonge mensen die schijnbaar hier hun bedrijfje hebben. Twee etages met rondlopende galerijen waar links en rechts ateliers zijn ingericht voor jonge ondernemers. Mijn eerste passage van die dag is adembenemend mooi. Ik laat het oordeel graag aan u over na het zien van de foto's.

Twee etages met rondlopende galerijen waar links en rechts ateliers zijn ingericht voor jonge ondernemers

Schuin tegenover 105 ligt de ingang naar Passage Piver, een onderdoorgang die mij voert door een nietszeggend straatje. Alhoewel; halverwege, op nummer 5, stuit ik op een poort die toegang geeft tot een prachtig industrieel pand van de Societé Th. Grimmeisen. Theodore Grimmeisen afkomstig uit de Elzas , kuiper van beroep, besloot in 1870 te verhuizen naar Parijs. Hier bouwde hij een fabriek aan de rand van Belleville. Zijn zoon werkte daar aan een manier om de houten vaten beter luchtdicht af te sluiten en kwam zo op de vinding van de rubber stop. De kleinzoon van Theodore, George Grimmeisen bedenkt in 1930 de colibri-laars geheel vervaardigd uit een stuk rubber in vorm geblazen met perslucht. In 1936 ontwikkelt hij, vanuit zijn favoriete hobby tennis, een speciale tennisschoen met een gevulkaniseerde rubberen zool en ventilerend katoen. 

Impasse Piver 5, de ingang naar een prachtig stukje industrieel erfgoed

Het merk Spring Court is geboren. Georges overlijdt in 1956 en zijn broer Theodore Louis neemt het bedrijf over. De schoenen zijn vooral bekend door de legendarische platenhoes van Abbey Road waar John Lennon loopt op de schoenen van Spring Court. Later bleken het ook de favoriete schoenen van Serge Gainsbourg te zijn. Sinds haar oprichting heeft Spring Court meer dan 25 miljoen paar  tennisschoenen verkocht.

De Societé Th. Grimmeisen nog zichtbaar in de cour. Lunchen kun je bij het Atelier des Mélanges

De fabriek bestaat nog steeds, echter niet meer op deze plek. Wel is er het hoofdkantoor gevestigd en verder kleine creatieve bedrijfjes, een boetiek, een sportschoenenwinkel en een charmant restaurant. Bij goed weer kun je buiten op het terras lunchen tussen de Fransen, want bij Atelier des Mélanges komen nauwelijks toeristen. De gebogen stalen balken aan ’t plafond verraden nog altijd de industriële afkomst van ’t gebouw.

'Maison des Métallos', nu ’n hip cultureel centrum

Vanuit de Passage Piver slaan we links de rue de l'Orrillon in om meteen rechts de rue Morand in te gaan. Deze lopen we helemaal af tot de rue Jean-Pierre Tibaud. Tegenover het beeld met een vermoeiend ogende 'Le Penseur' zien we de ingang naar het 'Maison des Métallos', nu ’n hip cultureel centrum, maar vroeger een fabriek van koperen muziek-instrumenten, van ’t bedrijf Couesnon, dat zich hier in 1881 vestigde. Boven de ingang zie je in het stalen hekwerk een luit, welke symbool staat voor de geschiedenis van het gebouw. De fabriek produceerde muziekinstrumenten die wereldberoemd werden door onder andere Amerikaanse jazzmuzikanten, waaronder Sydney Bechet (klarinet en sax) en Bill Coleman (trompet). Het merk bestaat nog steeds onder PGM Couesnon en is nu gevestigd in Aisne, in Etampes-sur-Marne zo'n 90 km van Parijs.

Een catalogus van Couesnon uit 1912

Het is tijd voor lunch en mijn oog valt op een luifel met de intrigerende naam 'La Cerise sur la Pizza', vrij vertaald; de kers op de taart. Dit is het restaurant van de sympathieke Hussain Baber. Hier laat ik mij een verse pizza smaken, met olijven, kerstomaatjes, verse basilicum, pesto en overheerlijke buffelmozzarella, onder het genot van een mooi glas Valpolicella Ripaso. De koffie is van het huis. Dit restaurant, dat ik ten zeerste kan aanbevelen, zit op nummer 96 van de rue Jean-Pierre Timbaud en is alle dagen geopend.

Kok Hussain Berber in zijn restaurant  'La Cerise sur le Pizza'

Nog zin in een wandeling? Dan lopen we nu in zuidelijke richting over het verlengde van de Avenue Parmentier tot aan de rue de Montreuil. Hier kom je in het gebied van Faubourg Saint Antoine. Deze buurt is al 300 jaar ’t hoofdkwartier van de meubelmakers van Parijs. Hier ontdekt u, achter de grote poorten, bijna geheime binnenplaatsen, het antieke Parijs. Doodlopende steegjes en passages, die uitsluitend toegankelijk zijn voor voetgangers. Op sommige plaatsen lijkt het of de tijd stil is blijven staan en of u zo de foto's van Eugène Atget binnenloopt. In deze nog authentieke binnenplaatsen zetelen de laatste ambachtslui, de schrijnwerkers van de hoofdstad. Zij illustreren de teloorgang van een eens zo welvarende bedrijfstak. In 1806 werkten in deze wijk meer dan 46.000 arbeiders in de houtnijverheid. De afschaffing van de gilden tijdens de revolutie en de mechanisering zorgden voor een totale ommekeer in deze wijk.

Cour du l'Industrie - Photo courtesy of Wikimedia

Op nummer 37bis van de rue de Montreuil liggen drie verscholen binnenplaatsen die onlangs nog door de stad Parijs zijn gered van de ondergang en nu zelfs op de lijst staan van historisch erfgoed. De Cour de l’Industrie; sinds de 17e eeuw was hier een heel houtbewerkers gilde gevestigd. Dit was voor eeuwen dé plek wanneer je nieuwe meubels nodig had voor je Parijse appartement. Na een periode van ernstig verval in de vorige eeuw en intensieve restauratie is de Cour nu in haar volle glorie hersteld. De Cour bestaat uit 8 gebouwen verdeeld over drie gangen, met een totale oppervlakte van bijna 5.000 vierkante meter. Sinds 2016 hebben zo’n 50 kunstenaars en handwerkslieden hier hun ateliers. De meeste ambachtslieden trainen hier zelf hun leerlingen en vele kunstenaars bieden cursussen aan in hun werkplaatsen. De binnenplaatsen hebben weer het originele plaveisel, de gebouwen zijn van baksteen in combinatie met houten balken waardoor ze iets weg hebben van vakwerkhuisjes. Een absoluut unicum in de stad en zeker een bezoek waard. 
Meer over de wijk Faubourg Saint-Antoine en haar ambachtelijke geheimen lees dan mijn blog gepubliceerd in april 2014


La Cerise sur le Pizza, rue Jean-Pierre Timbaud, 11e arrondissement, Alle dagen geopend voor afhalen, lunch (12.00 - 14.30 uur) en diner (19.00 - 22.30 uur) 

1 opmerking:

  1. Reacties van Nederlanders in Frankrijk op Nederlanders.Fr

    Reactie van Renée de Gans
    Hartelijk dank voor je uitgebreide beschrijving. Ik ga deze wandeling zeker maken en je blog lezen!

    Reactie van Anton Noë
    Het lijnenspel van de gebouwen is prachtig weergegeven. Bedankt, opnieuw, ook voor deze bijdrage.

    Reactie van Ton Hilderink
    Boeiend om te lezen hoe ambachten en nijverheid - en het verdwijnen daarvan - hun invloed uitoefenen op het aanzien en de architectuur van steden. Maar de allermooiste passage is natuurlijk de passage van Den Haag, het oudste nog bestaande winkelcentrum van Nederland (1885). En gelukkig rijden er vanuit Den Haag met regelmaat rechtstreekse treinen naar Parijs. Mooi verslag, Ferry!

    BeantwoordenVerwijderen