Er is niets heerlijker
dan in Parijs op zondagochtend vroeg op te staan en dan de stad in te gaan. De
echte parijzenaars zijn nog in diepe rust en het lijkt of je de stad voor je
zelf hebt. Nauwelijks autoverkeer, lege straten en stilte. Ik heb besloten om
te gaan wandelen in het 5e arrondissement en stap uit op
metrostation Odéon. Ik vermijd de grote boulevards maar wandel kris kras door
kleine smalle straatjes om uiteindelijk terecht te komen in de rue Pot au Fer,
een zijstraat van La Mouffe zoals de rue de Mouffetard liefkozend genoemd wordt
door de inwoners van het vijfde.
De 21 eeuwen oude Église Saint-Médard koestert zich in de ochtendzon
Een tip van een van mijn
lezers leidt mij naar de oude Église Saint-Médard, waarvan de oorsprong
teruggaat tot de 7e eeuw, toen verrees hier aan de oevers van de Bievre, waar
La Mouffe over de brug met de
veelzeggende naam ‘Pont au Tripes’ verder liep, een kerkje aan de
zuidelijke kant van het gehucht Saint-Médard. De bouw van de kerk strekte zich
uit over twee eeuwen. De kerk werd twee keer algemeen bekend; in 1561 toen ze
werd geplunderd door protestantse oproerkraaiers tijdens rellen met de
katholieken, het ‘tumulte de Saint-Médard’ genoemd, en in 1727, toen hier een
vreemde cultus ontstond en de geruchten gingen dat een voorman van de
‘jansenisten’ zogenaamd ziektes kon genezen vanuit zijn graf. Groepen mensen
verzamelden zich in het knekelhuis en namen deel aan orgies van hysterie,
zelfkastijding en stuiptrekkingen, in de hoop op wonderbaarlijke genezing of
visioenen. De overheid verbood toen de toegang tot het kerkhof en iemand
schreef op de muur, misschien wel de eerste graffiti, “De par le Roi, défense à
Dieu de faire miracle en ce lieu” (Van Koningswege is het God verboden op deze
plek wonderen te verrichten).
Het zijn jongeren, ouderen, mensen uit de buurt, ouders met hun kinderen maar ook daklozen, bobo’s en toeristen die elke zondag genieten van Le Petit Bal Musette
Voor op het plein wordt
hard gewerkt aan het opzetten van een kleine tent. Een grote poster met daarop
‘La Guinguette de la Mouffe avec Chris de la Mouffe et ses Apaches’, toont dat
ik op tijd ben. Sinds 1975 is het hier elke zondag om 11.00 uur, weer of geen
weer, bal musette. Tafeltjes worden klaargezet en er wordt druk gesleuteld aan
de schamele muziek installatie. Krakkemikkige stoeltjes en plastic krukjes te
linkerzijde worden opgesteld voor het hooggeacht publiek. Een man is druk in de
weer. Pet op grijze manen, rode sjaal
een verouderde Gavroche, de straatjongen die we kennen uit de roman Les
Misérables van Victor Hugo uit 1862. Vrolijk zegt hij iedereen goedendag en
verontschuldigt zich dat alles nog niet klaar is.
Christian Bassoul, al meer dan veertig jaar hoort hij bij het stadsbeeld van La Mouffe
Ik maak kennis met
Christian Bassoul, ik schat hem begin zestig en al meer dan veertig jaar hoort
hij bij het stadsbeeld van La Mouffe. Hij viel op muziek, op z’n twintigste speelde
hij al gitaar en accordeon. De liefde voor barok bracht hem zijn viola da gamba
(Italiaans voor beenviool) daarna de viool, de mandoline , trombone en de piano.
“Echt goed accordeon spelen leerde ik van Marcel Azzola de accordeonist van
Jacques Brel. Ik werd muziekdocent aan de universiteit en verhuisde naar de rue
Mouffetard en ben nooit meer weggegaan”.
Zo gauw de eerste akkoorden klinken gaan de voetjes van de vloer
“Elke zondag ben ik hier
en speel ik op mijn accordeon en zing voor mijn publiek. Dat is heel gemengd.
Het zijn jongeren, ouderen, mensen hier uit de buurt, ouders met hun kinderen
maar ook daklozen, bobo’s en toeristen. In de jaren ’30 was het heel gewoon;
het zingen op straat. Het is een Franse traditie. Edith Piaf is zo ontdekt. Ik beschouw
mijzelf als een uitlaatklep voor al die gestreste mensen in het internet
tijdperk. Ik zie ook vaak elke zondag dezelfde eenzame mensen die hier met
elkaar praten, lachen en dansen. Sommigen komen helemaal uit de buitenwijken om
samen met ons te zingen en te dansen. Het zijn net als ik allemaal liefhebbers
van het Franse chanson. Samen zingen om hun zorgen te vergeten”.
Samen dansen, samen zingen, elke zondag in de rue de Mouffetard van 11.00 uur tot 14.00 uur
De oude Saint Médard laat
zijn klokken horen als signaal dat het echt tijd is om te beginnen. Meteen
klinken de akkoorden uit zijn goudkleurige accordeon: ‘Dede de Montmartre’ van
Albert Préjean en onmiddellijk vullen de kasseien zich met dansende echtparen.
Mylène deelt driftig, aan iedereen die mee wil zingen, blaadjes met songteksten uit. De square Saint
Médard vult zich langzaam met nieuwsgierigen. Jong en oud zingt mee en een
invalide jongleert als het ware met zijn rolstoel op de maat van de muziek.
Nostalgie ten top. Oude deuntjes doen herinneringen herleven. ‘Allez venez,
Milord’ zingt een dame uit volle borst die zomaar het evenbeeld van Edith Piaf
zou kunnen zijn.
Hoe het Parijs van de jaren '30 herleeft
Allez venez, Milord
Vous asseoir à ma table
Il fait si froid dehors
Ici, c'est confortable
Laissez-vous faire, Milord
Et prenez bien vos aises
Vos peines sur mon cœur
Et vos pieds sur une chaise
Je vous connais, Milord
Vous ne m'avez jamais vue
Je ne suis qu'une fille du port
Une ombre de la rue
Zomer en winter worden hier op zondag de stembanden gesmeerd, zwieren de rokken, wordt er gelachen
Kom toch hier, Meneer,
en ga zitten aan mijn
tafel.
Het is zo koud buiten,
en hier is het gezellig.
Kom tot rust, Meneer,
en maak het u
gemakkelijk.
Uw zorgen in mijn hart
en uw voeten op een
stoel.
Ik ken u, Meneer,
u heeft mij nooit gezien.
Ik ben maar een dochter
van de haven,
een schaduw van de
straat.
Zomer en winter worden
hier op zondag de stembanden gesmeerd,
zwieren de rokken, wordt er gelachen. Een mooier Parijs tafereel is niet
denkbaar. Le Petit Bal Musette de la Guingette de la Mouffe. Elke zondag van
11.00 uur tot 14.00 uur.
wederom geweldig, om heimwee van te krijgen!
BeantwoordenVerwijderenMerci Eduard.
BeantwoordenVerwijderen