Het 19e arrondissement is
voor velen een onbekend gebied aan de noordoostkant van Parijs. Toch heeft dit
arrondissement veel te bieden. Het 19e staat voor cultuur, vindingrijkheid,
creativiteit, en ontspanning. Rond het Canal de l’Ourcq en het Canal de Saint-Denis
zijn nog steeds pareltjes te vinden die herinneren aan de gouden tijden van het
industriële tijdperk. Wij beginnen onze wandeling dan ook bij de Pont Draguage
aan de rue de Crimée. Een van de laatste hefbruggen van de hoofdstad, gelegen
aan de overgang van het Bassin de la Villette en het Canal de l’Ourcq. De brug
uit 1885 kent nog zo’n 9000 manoeuvres per jaar.
De Pont Draguage uit 1885 aan de rue de Crimée, een van de laatste hefbruggen van de hoofdstad
Dit gebied werd pas echt
belangrijk dankzij de visie van Napoleon I met de aanleg in 1808 van het Bassin
de la Villette als onderdeel van het Reseau des Canaux Parisiens (het netwerk
van Parijse kanalen). De verbinding tussen het Canal de l'Ourcq en het Canal
Saint-Martin. De andere componenten van dit netwerk zijn het Canal Saint-Denis
en en het Bassin de l'Arsenal bij de place de la Bastille. Samen vormen deze
kanalen en bekkens een verbinding met de Seine en het Franse achterland. Een
netwerk van ongeveer 130 kilometer.
Aan de oever van het canal Saint-Denis
Met het graven in 1820
van het Canal Saint-Martin en het Canal Saint-Denis, werd de Port de la
Villette in het Bassin al snel een belangrijk doorvoercentrum. Grootse
magazijnen van de Compagnie des Entrepôts en de Magasins Generaux, de
oprichting van slachthuizen en een veemarkt, hebben bijgedragen aan de massale
industrialisatie van het Bassin de la Villette. Het was pas in 1950, door
achteruitgang van de industrie in Parijs, dat talrijke magazijnen werden
verlaten of gesloopt. De sluiting van de veemarkt in 1973, gevolgd door die van
de slachthuizen, veranderde eens te meer het gezicht van de toch al verpauperde
wijk. In 1988 werd besloten de omgeving drastisch te renoveren met behoud van
het zo fraaie industriële karakter. De prachtige pakhuizen van de Compagnie des
Entrepôts en de Magasins Generaux uit 1845 en 1853 werden omgebouwd tot hotel,
bioscopen, lofts en restaurants. Langs het 800 meter lange en 70 meter brede
bassin creëerde men aan weerszijden een boulevard, waar men heerlijk kan eten,
wandelen, fietsen, rolschaatsen en picknicken. In 2008 werd een nieuwe
jachthaven geopend voor boten tot 15 meter. Het is ook de thuishaven van
Canauxrama, de maatschappij die cruises organiseert over het Canal Saint
Martin. Verder vindt men er andere wateractiviteiten zoals kajakken,
waterfietsen en roeien. Voor de filmliefhebbers is er een groot bioscoopcomplex
met kwaliteitfilms. De MK2, gehuisvest in de voormalige pakhuizen, brengt het
Stalingrad district tot leven. Het hele jaar door zijn er tentoonstellingen,
festivals en optredens van diverse artiesten. Het bevestigd de rol van het
Bassin de la Villette als een nieuw centrum van het culturele leven van Parijs.
Het canal Saint-Denis met op de achtergrond de pakhuizen van Pont de Flandre
Een wandeling in
noordelijke richting langs het Canal de l’Ourcq brengt je naar parc de la
Vilette waar ooit de abattoirs van Parijs stonden. De geschiedenis van dit
stadsdeel is fascinerend, een haast gesloten stad, met eigen rituelen,
gedragscodes en hiërarchie. Ook wel de stad van het bloed genoemd, waar zo rond
het jaar 1900, 23.000 schapen en 5.000 runderen per jaar werden geslacht en in
stukken gesneden. Aan het begin van de 20e eeuw waren de slachthuizen hopeloos
verouderd. In 1930 werd nog een verwoede poging gedaan om te moderniseren, maar
in 1950 verliest men de strijd met de koelindustrie. Het is rendabeler om het
vee ter plaatse, in de fabrieken zelf, te slachten en meteen te verwerken.
Tegen beter weten in besluit men om in 1959 de slachthuizen opnieuw te
verbouwen onder het mom van nationaal belang. Technische storingen en veel,
heel veel, geldtekort doen de abattoirs uiteindelijk de das om.
Pont de Flandre tussen 1854 en 1955
Wij laten het park voor
wat het is en vervolgen de oevers aan de linkerzijde van het Canal Saint-Denis
met nog steeds veel gebouwen die herinneren aan het ‘bloedige’ tijdperk van de
slachterijen. Middenin het ‘Canal’ een van de imposante waterwerken van de stad
Parijs dat dateert uit 1891-1892. Een stukje verder aan de linkerzijde een van
de mooiste stukjes industrieel erfgoed van Parijs. Historisch erfgoed
van de Compagnie EMGP, Les Magasins Généraux du Pont de Flandre. Een Parijse ondernemer Tom George
Hainguerlot kocht in 1866 grond in de buurt van het kanaal en bouwde er
entrepots voor de opslag van niet bederfelijke levensmiddelen waaronder granen,
suikers, alcohol maar ook oliën hout en steenkool. Prachtige gebouwen van steen
en baksteen. Een bouwstijl uniek voor Parijs, die is komen overwaaien van de
London Docks.
Pont de Flandre anno 2018
De groei van de stad Parijs maakte een einde aan de
functionaliteit van de pakhuizen en in de jaren 2000 werden de oude pakhuizen
omgebouwd tot kantoren. De prachtig gerestaureerde gebouwen bieden nu plaats
aan zo’n driehonderd Tech-bedrijven, televisiestudio’s en kantoren van Club Med,
Pierre en Vacances en Center Parcs. De hoofdingang zit aan de rue de Cambrai 11.
In het weekend is deze hoofdingang vaak gesloten. Tip; regelmatig rijden er
auto’s het terrein af en op. Gewoon meelopen (net als ik), er is niemand die je
tegenhoudt. Er is ook een poort voor voetgangers aan de rue de Cambrai 27.
Een van de mooiste stukjes industrieel erfgoed van Parijs
De rue de Cambrai gaat
over in de rue Curial. Als je deze straat alsmaar blijft volgen kom je bij een
van de meest indrukwekkende en dure cultuurprojecten van de stad Parijs in de
afgelopen jaren, Le Centquatre. Tot 2007 huisvestte dit indrukkwekkende gebouw,
gebouwd in 1873, alleen doodskisten, lijkwagens en dragers. Het deed namelijk
dienst als mortuarium van de stad Parijs. Veel Parijzenaars kennen het
Centquatre ook alleen onder de naam Pompes Funèbres Municipales. Handig om te
weten als je de weg vraagt naar dit centrum van kunst, cultuur en creativiteit.
Het project; de 'fabriek van de rouw' is het geesteskind van de twee
directeuren, Robert Cantarella en Frederic Fisbach. Beide mannen zijn ervaren
theaterregisseurs. In 104 verschillende ruimtes en studio's kunnen kunstenaars
werken aan verschillende kunstprojecten. Het draait hier vooral om
kruisbestuiving tussen creatieve disciplines. In de ruimtes met een totaal
oppervlak van 39.000 m² kunnen ruim tweehonderd internationale kunstenaars
tegelijkertijd, drie tot tien maanden gratis verblijven, om aan een van de
dertig artistieke projecten te werken die jaarlijks worden uitgevoerd.
Le Centquatre
Tweehonderd
kunstenaars die schilderen, tekenen, dansen, spelen, filmen, zingen en
beeldhouwen met maar een missie; de vervaging van de grenzen tussen publiek en
kunst. Le Centquatre nodigt iedereen uit om te integreren met hun kunstenaars. Je
kunt zelfs deelnemen aan gratis Qigong klassen, een meer dan vierduizend jaar
oude meditatietechniek. Momenteel herbergt het bijzondere pand verschillende
kunstevenementen waaronder tentoonstellingen van jong talent, kunstforums,
presentaties, modeshows, concerten, showrooms en werkplaatsen. Le Centquatre
heeft ook een restaurant, een café, diverse boetieks en een enorme boekhandel.
Le Centquatre moet Parijs weer terugbrengen op de wereldkaart van de kunstscene
Le Centquatre gelegen aan
de rue d'Aubervilliers 104 moet Parijs weer terugbrengen op de wereldkaart van
de kunstscene. Ruim 100 miljoen euro koste de transformatie van gemeentelijk
uitvaartcentrum naar een prachtig open gebouw van staal en glas. Een grote
revisie onder leiding van de architect Jacques Pajot van Atelier Novembre. Een
week voor de opening in oktober 2008, hield de Britse ontwerper Alexander
McQueen in het hangarachtige gebouw zijn lente/zomer catwalk show. Op de
openingsdag zelf trok le Centquatre meer dan zestigduizend nieuwsgierige
Parijzenaars. Le Centquatre, is elke dag open van 11.00 uur tot 20.00 uur.
Overigens is het wel grappig dat de Franse kunstscene moet herrijzen vanuit de
gerenoveerde overblijfselen van een Parijs lijkenhuis. Rue d'Aubervilliers
104 / rue Curial 5, metrostation Crimée, lijn 7.
In 104 verschillende ruimtes en studio's kunnen kunstenaars werken aan verschillende kunstprojecten
We verlaten ons Parijs lijkenhuis
aan de zijde van de rue d’Aubervilliers en steken de rue de Crimée over
richting het spoor om links oog in oog te komen staan met de Jardin Rosa
Luxembourg en de Halle Pajol. Een verlaten pakhuis van de Franse spoorwegen,
SNCF, daterend uit 1920 met meer dan 20 magazijnen. Het heeft een van de meest
spectaculaire houten gevels van Parijs. Na drie jaar van verbouwing is de Halle
Pajol omgebouwd in een industrieel ecologisch juweeltje. Ontworpen door
architect Françoise-Helène Jourda, een van de weinige specialisten in duurzaam
bouwen in Europa. Het project onderscheidt zich door het gebruik van uiterst
duurzame materialen, waaronder heel veel hout en gerecyclede materialen
afkomstig van het oude Forum des Halles. 10 van de 20 schuine daken, zo'n 3523
m², zijn voorzien van zonnepanelen goed voor een productie van 396 MWh per
jaar.
Halle Pajol
In het gebouw zelf, dat staat in een prachtig aangelegde tuin van 8000
m², zijn ondergebracht een overdekte tuin van 2500 m² met grote waterpartijen,
de Vaclav Havel Bibliotheek met een videospeelzaal en een eco jeugdherberg; het
Hostel Yves Robert. Het hostel Yves Robert is de grootste in Parijs: 103 kamers
en 330 bedden. De kamers hebben door middel van een groot balkon uitzicht op de
tuin. Verder zijn er kantoren, een auditorium, een theater, een bar-restaurant
met een groot terras en diverse winkels in gevestigd. Aan de voorzijde een
gezellige esplanade; het plein Nathalie Sarraute. Langs het spoor worden
volkstuinen geïmplementeerd (2 percelen van 100m2), die ter beschikking worden
gesteld aan buurtverenigingen. Omwonenden zullen zo in staat zijn om zelf
bloemen of groenten te verbouwen om in eigen behoeften te kunnen voorzien. De
tuinen worden geïrrigeerd door opgevangen regenwater afkomstig van de schuine
daken. De Tuin is een eerbetoon aan Rosa Luxembourg (1871-1919), geboren in
Polen, en een Duits marxistisch politica, filosofe en revolutionaire.
Zomaar drie juweeltjes
historisch erfgoed aan de rand van Parijs
Geen opmerkingen:
Een reactie posten