Paris FvdV is een niet commercieel weblog speciaal voor kenners en liefhebbers van de stad Parijs - en voor hen die dat willen worden. Parijs is een stad met een gewichtig verleden, respectabel en gerespecteerd. Het is totaal niet nostalgisch. Parijs is er in geslaagd om, soms op brutale maar altijd op elegante wijze, om te gaan met zijn grootse monumenten. Ze te beschermen en te integreren in de nieuwe dynamiek van de stad. Parijs is een meester op het gebied van herstel en transformatie. U zult er nooit in slagen een volledig overzicht te maken van plekken en verhalen, die allemaal op hetzelfde punt uitkomen en de glorie van deze stad bezingen. toch wil ik een poging wagen. Wekelijks wil ik u niet alleen informeren over wat Parijs nog meer te bieden heeft, maar ook wil ik mijn liefde voor deze stad op u over dragen. In de hoop dat het raakt aan iets wat u herkent of voelt. Ferry van der Vliet.

Privacy verklaring: Indien u weblog Paris FvdV, dat bij Google-Blogger is ondergebracht, leest en reageert op de blogs van Paris FvdV, doet u dat vrijwillig en is uw IP-adres en mailadres - indien u dat vermeld - bekend en wordt opgeslagen. Ook uw schuilnaam waaronder uw reageert wordt opgeslagen. Paris FvdV zal uw gegevens nooit aan derden doorgeven. We houden uw gegevens privé, tenzij de wet of rechtelijke macht ons dwingt uw gegevens aan hen te verstrekken. Datalekken in het systeem vallen onder de verantwoordelijkheid van Google-Blogger. Door weblog Paris FvdV te bezoeken en/of de op of via deze weblog aangeboden informatie te gebruiken, verklaart u zich akkoord met de toepasselijkheid van deze disclaimer. Google gebruikt cookies om services te leveren en verkeer te analyseren dus uw IP-adres en user-agent zijn bij Google bekend, samen met prestatie- en beveiligingsstatistieken om servicekwaliteit te garanderen, gebruiksstatistieken te genereren, misbruik te detecteren en maatregelen te treffen.

zondag 5 juli 2020

PARISIENNES HERKEN JE AAN HUN BENEN


Mijn vader vond het maar niets dat ik in Parijs wilde gaan studeren en probeerde me met allerlei praatjes in Boulogne te houden. Parijs was een verschrikkelijke stad, volgens hem. Ook de vrouwen stelden daar niets voor. “weet je waar je Parisiennes aan herkent?” vroeg hij. “Aan hun benen! Kijk hier maar eens om je heen. Bij ons heb je vrouwen met mooie, stevige kuiten. Daar kun je wat mee. Parisiennes hebben allemaal dunne, vormloze beentjes. Dat komt omdat ze voortdurend op dieet zijn.” Zo voerde mijn vader nog meer argumenten aan. Maar hoe meer hij de Parisiennes afkraakte, des te nieuwsgieriger ik naar hen werd. Ik begon te verlangen naar hun ranke lichamen en hun slanke benen. Toen ik op een dag een tijdschrift onder ogen kreeg waarin vijf Parijse pin-ups hun tengere lijven toonden, stond mijn besluit vast: Ik zou naar Parijs gaan.
Deze intrigerende tekst is van Andy Arnts uit zijn boek ‘Parisiennes herken je aan hun benen’. Een prachtige verzameling verhalen, die niet alleen zijn liefde voor Frankrijk en Parijs kenmerken, maar vooral getuigen van zijn rijke fantasie, aanstekelijke humor en buitengewone verteltalent.

Tijdens mijn verblijf in Frankrijk de afgelopen week, voor het eerst weer na de Covid-19 opsluiting, besloot ik een aantal boeken te herlezen. Waarom, hoor ik u denken. Omdat die Franse tegenstellingen mij zo intrigeren. Voorbeeld: Wandelend door Parijs kom ik het beeld, dat ons in boeken, tijdschriften, wordt neergezet over ‘De Parisienne’, maar bitter weinig tegen. Eugénie Goldschmeding, zelf werkende moeder in Parijs schreef er een heel boek over. In het kort, een Parisienne is de volmaakte imperfectie. Ze is slank tot dun en dat lijkt haar ook helemaal geen moeite te kosten. ‘Effortless chic’ noemen ze dat.  Ze is doorgaans nauwelijks te vinden in de sportscholen. Zou dan dat verhaal van Andy toch kloppen; dat ze voortdurend op dieet zijn?

Parisiennes herken je aan hun benen volgens Gucci

Volgens Eugénie is aan een Parisienne alles subtiel. Heeft ze haar haar geverfd, dan zie je dat niet. Ze draagt make-up maar ook dat is nauwelijks zichtbaar. Een Parisienne vertoont ook durf; ze combineert ongewone kleurencombinaties zoals zwart met donkerblauw, grijs met toffeekleur of verschillende kleuren kaki met donkerpaars. Als geen ander kent de Parisienne de magie van contrast en ze kan van iets doorgaans vulgairs iets chics maken. Waarschijnlijk dwalen jouw gedachten nu al af. Die van mij ook, want dan denk ik, waar bevinden die Parisiennes zich dan? Niet ’s morgensvroeg in de metro op weg naar hun werk. Niet in de top modestraten van Parijs zoals de Faubourg-Saint-Honoré of de Avenue Montaigne. Maar waar dan wel?

De Parisienne volgens Armani

Het beeld van een vrije, achteloos elegante vrouw, die typerend zou zijn voor Parijs spreekt wereldwijd tot de verbeelding. Het gegeven is vaste prik in reclamecampagnes van de luxe-industrie. Op die manier blijft de consument Frans fabricaat associëren met ultieme vrouwelijkheid en raffinement. Toch is de Parisienne meer dan een succesvol marketing-concept. Onconventionele kleding bedenken voor een breed publiek is nog steeds een Parijse traditie.

De Parisienne volgens Dior

De (haute) couture is ontstaan in de tweede helft van de 19e eeuw, in 1858, toen de Engelse couturier Charles Frederick Worth in Parijs op het geniale idee kwam om de kleding die hij vervaardigde te voorzien van zijn naam. Hij naaide etiketten met het opschrift ‘C Worth’ in zijn jurken en bevrijdde zichzelf daarmee uit de anonimiteit van de destijds gebruikelijke maatkledij en verhief die daarmee tot de adelstand van de Haute Couture. Vanouds komt de haute couture uit Frankrijk (Parijs), maar tegenwoordig ook steeds meer uit steden als New York, Londen en Milaan. Toch is couture nog steeds big business in Parijs. Les Créateurs de Mode, een industrie van miljarden euro's waarvan 67 procent wordt geëxporteerd. Het is niet verwonderlijk dat de meeste van de slechts 3000 haute couture klanten buitenlanders zijn. De prijzen zijn zo hoog, dat alleen de vrouwen van Arabische sjeiks, Amerikaanse-, Russische, Chinese, Indiase multi-miljonairs en topartiesten zich dit nog kunnen veroorloven.

De Parisienne is vaste prik in reclamecampagnes van de luxe-industrie

Parijs, daar en alleen daar, weten ze met succes een band te smeden tussen hoogwaardig handwerk en adembenemende creativiteit. Hoezeer andere steden ook hun best doen, ze zullen Parijs nooit van haar modetroon kunnen stoten, ook al kwamen ‘swinging London’, het ‘luxueuze Milaan’ en het ‘coole New York’ zo rond de eeuwwisseling een heel eind. Modehart Parijs klopt, het komt er vandaan en keert er altijd weer naar terug. Het is natuurlijk niet dat de Fransen betere modemakers zijn, het zijn immers vaak buitenlanders die de beslissende impulsen geven. Denk aan de geniale kleine man uit Tunesië Azzedine Alaïa (1935-2017), John Galliano afkomstig uit Gibraltar, Alexander McQueen uit Engeland, Karl Lagerfeld (Chanel) uit Duitsland, Anthony Vaccarello (YSL) uit België, Clare Waight Keller (Givenchy) uit Engeland, en Maria Grazia Chiuri (Dior) uit Italië. In de Franse hoofdstad bloeit op wat in toenemende mate elders is gezaaid.


De Parisienne volgens het juwelenmerk Mauboisson


Maar waarom Parijs? Er is nauwelijks een ander land waar de staat zo zijn best doet voor de mode als in Frankrijk, waar haute couture wordt beschouwd als een deel van de cultuur en dienovereenkomstig wordt gesteund, maar ook streng gereglementeerd. Haute couture is meer dan een vak, het is een 'métier'. Eind negentiende eeuw werd de 'Chambre Syndicale de la Couture Parisienne' gestart als een soort vakbond die opkwam voor de rechten van de couturiers. De 'Chambre' beschermde de originele ontwerpen van de couturiers tegen namaak. Vandaag bestaat deze Kamer nog altijd maar onder een nieuwe naam; ‘Fédération de la Haute Couture et de la Mode’ (FHCM). Zij regelt onder meer de twee haute couture weken in Parijs: een in januari (voor de zomercollecties), een in juli (voor de wintercollecties) en zij houdt nauwkeurig in het oog of de ontwerpers zich wel degelijk aan de regels houden.



Slechts vijftien merken mogen zeggen dat ze haute couture maken. Haute couture is een wettelijk beschermde benaming in Parijs, onderworpen aan strenge criteria. Mode-ontwerpers mogen zichzelf pas haute couturiers noemen als ze vijf jaar gastlid zijn geweest van het FHCM, het instituut dat ontwerpers benoemt tot haute couturiers en de leden van het instituut daarmee instemmen. Zij kent de titel haute couturier slechts toe wanneer de ontwerper voldoet aan de volgende voorwaarden: De kleding moet met de hand op maat worden gemaakt en vervaardigd worden in eigen ateliers. In de ateliers moeten minimaal twintig personen werken. Twee keer per jaar moet hun collectie gepresenteerd worden op een catwalk, met ten minste 50 verschillende, nieuwe ensembles. Er moet een speciale ruimte zijn waar kleding aan vaste klanten getoond kan worden. Gemiddeld komt een 'cliënt' zo’n drie keer langs, voor wat heet: een 'essayage’. De meest bekende Haute Couture huizen in Parijs zijn die van Chanel, Christian Dior, Givenchy, Jean Paul Gaultier en Shiaparelli.

De Parisienne volgens Jean-Paul Gaultier

Elk jaar publiceert het Amerikaanse opinieblad TIME een lijst met de honderd 'all-time fashion icons' sinds 1923, toen het blad werd opgericht. In vijf categorieën valt een plek te veroveren: ontwerpers, muzes, modellen, fotografen en editors & stylisten. Opvallend is de aanwezigheid van de hoeveelheid namen van reeds overleden 'iconen', zoals Jeanne Lanvin, oprichter van modehuis Lanvin dat sinds 2016 door Bouchra Jarrar wordt geleid, tot Richard Avedon - de fotograaf die in 2004 overleed. Aan bod komen unieke couturiers die baanbrekend werk hebben verricht. Het zijn dè namen die ons collectieve idee over mode hebben bepaald. Creatieve talenten die niet onderdoen voor schilders, beeldhouwers of musici, en daar soms ook mee samenwerken.

De enige Parisienne is te zien in de mondaine etalages van de modehuizen

Paul Poiret, de grote pionier, schafte het corset af. Coco Chanel creëerde na de eerste wereldoorlog een nieuwe lijn voor de vrouw met soepele, jongensachtige modellen en het beroemde kleine zwarte jurkje - 'The Little black Dress'. Elsa Schiaparelli, die de crisis van de jaren dertig bestreed met humor. Zij introduceerde de schoudervulling. Christian Dior, die de naoorlogse wereld verraste met zijn 'new look' die vrouwen hulde in ruim bemeten stoffen. Yves Saint Laurent; in de jaren zestig en zeventig zette hij trends zoals het broekpak en de 'beatnik look' en de puntlaarzen die tot dijhoogte de benen omsloten. Jean Paul Gaultier, hij staat bekend om de korsetten met puntige beha-cups die hij ontwierp voor popartieste Madonna tijdens haar 'Blonde Ambition Tour' in de jaren '90. Maar ook buitenlandse couturiers zoals Viktor & Rolf, Alexander McQueen, Karl Lagerfeld, Kenzo, Miyake en Yamamoto. Zij zijn allemaal naar Parijs gekomen en bevestigen de tweeledige rol van de stad als bewaarder van de traditie en als jeugdige herrieschopper.

De Parisienne volgens Karl Lagerfeld

Maar op die lijst staan ook de muzes en de meest invloedrijke personages uit de modewereld. Alles wat zij droegen in hun glorietijd werd een modehit. Van de smoking van Marlene Dietrich tot het streepjesshirt van Brigitte Bardot. Top modellen zoals Heidi Klum, Kate Moss, Claudia Schiffer, Naomi Campbell, Elle Macpherson, en Gisele Bündchen, het best verdienende model ter wereld. Muzes zoals Andy Warhol, David Bowie en Lady Gaga. Ook fotografen Ellen van Unwerth en Helmut Newton, Irving Penn, Mario Testino en hoofdredactrice Anna Wintour komen voor in de lijst. Het tijdschrift beschrijft per icoon de hoogtepunten en invloed van diens carrière. Velen hebben problemen met het gebrek aan etnische diversiteit in de lijst van Time Magazine. Slechts 8 donkere en 2 Aziatische iconen haalden de top 100.

De Parisienne volgens ex top model Inès de la Fressange


Opvallend is het hoe snel de couture huizen wisselen van Creative Directors. Door geduchte concurrentie uit Milaan, New York, Londen en Tokio  maakt de haute couture moeilijke tijden door. Parfum en prêt-à-porter collecties zijn vaak de sponsoren van het 'métier'. Een krengerige achterbakse wereld, maar met een glamoureuze uitstraling. Het houdt al jaren een arrogante greep op de kledingvoorkeuren van vrouwen over de hele wereld. 

Opvallend is het ook hoe snel de couture huizen wisselen van Creative Directors. De verbintenis van Raf Simons als creatief directeur bij het modehuis Dior was van zeer korte duur. In een persverklaring zei Simons de beslissing te hebben genomen op basis van zijn verlangen de focus te verleggen naar andere interesses in zijn leven. Waarschijnlijker is het dat hij niet meer wilde en kon leven met de enorme druk die zijn werk met zich meebracht. In augustus 2016 werd Simons creatief directeur bij Calvin Klein, echter dit contract werd in december 2018 voortijdig verbroken wegens tegenvallende resultaten. Vanaf april 2020 mag Simons het opnieuw proberen als creatief directeur van de Italiaanse modeketen Prada.

De 59-jarige John Galliano zei eens in een interview dat hij verslaafd was aan drank en drugs en dat hij 'gevangen zat in een neerwaartse spiraal' door de permanente druk te moeten presteren. Hetzelfde gebeurde met Marc Jacobs toen hij in 1997 werd gevraagd om het Franse modehuis Louis Vuitton af te stoffen. Het werd een triomf, maar privé groeide het succes hem boven het hoofd. Drank, cocaïne en zelfs heroïne hielden hem op de been, zo dacht hij. In 1999 liet hij zich opnemen in een afkickkliniek en vervolgens nog eens een keer in 2007. Hetzelfde overkwam Yves Saint Laurent in 2002. Drugsmisbruik, depressie, alcoholisme, kritiek op de YSL-ontwerpen en problemen met Tom Ford, was voor eigenaar Gucci de reden om het haute couturehuis van YSL te sluiten. Hierna trok Saint Laurent zich meer en meer terug in zijn huis in Marrakesh, Marokko, waar hij op 71-jarige leeftijd overleed. Hij werd begraven in Marrakesh. In oktober 2014 laat ook Jean-Paul Gaultier weten zijn laatste prêt-à-porter collectie te tonen, hij gaf aan dat hij genoeg heeft van het hoge tempo en de commerciële druk van de hedendaagse mode. Op 17 januari 2020 kondigde Gaultier aan, na een 50-jarige carrière, te stoppen met ontwerpen. Zijn laatste show vond plaats op 22 januari 2020. 

Hoe Elle afscheid nam van Karl Lagerfeld

En zo zijn fans

Karl Lagerfeld was een van de invloedrijkste couturiers aan het einde van de twintigste en in het begin van de eenentwintigste eeuw, en was ook op andere creatieve terreinen actief, met name de fotografie. In 2000 verloor hij door een zelf ontwikkeld dieet (geen drank, geen drugs, geen seks) 47 kg aan gewicht. Lagerfeld overleed uiteindelijk aan de gevolgen van alvleesklierkanker op 19 februari 2019 te Neuilly-sur-Seine, hij werd 85 jaar.


Eigenlijk bestaat de Parisienne en haar Parisian chic alleen in boeken van onder andere styliste Isabelle Thomas; ‘You’re so French’ of ex top model Inès de la Fressange met haar style guide ‘Parisian Chic’ en ‘La Parisienne’ of ‘Parijs hotspots voor Fashion lovers van Megan Hess. Een boek vol met werkelijk de mooiste illustraties en dat is logisch want Hess is mode-illustrator die werkt voor de Iconische Franse luxemerken waaronder Dior, Chanel, Louis Vuitton, Givenchy en Balmain. Voor Cartier illustreerde zij de Paris nouvelle Vague-collectie, de ramen van Bergdorf Goodmann in New York en zo kan ik nog een hele tijd doorgaan. Volgens haar en de echte fashionistas moet je voor mode nog steeds naar Parijs. Dat is vandaag de dag nog net zo als in de 19e eeuw.

Eigenlijk bestaat de Parisienne en haar Parisian chic alleen in boeken 


Parisiennes herken jeaan hun benen, Andy Arnts – ISBN 978 94 61851 017 – Batavia Publishers € 12,50

Parisian Chic, Ines de la fressange – ISBN 978 208 020073 0 – Flammarion

Parijs in Stijl, Elodie Rambaud – ISBN 978 90 215 5724 3 - Kosmos

Geen opmerkingen:

Een reactie posten