De geschiedenis en de actualiteit van de stad vloeien in het Parijs van alledag samen, of je nu de namen van de metrostations, de straten en pleinen of de betekenis van bepaalde gebouwen wilt begrijpen, Parijs is ondenkbaar zonder haar verleden. Daaraan ontleent de stad haar identiteit en zelfbewustzijn. Op de plek waar ik je mee naar toeneem vindt al meer dan 1600 jaar Christelijke aanbidding plaats, de St Gervais-et-St-Protais. Deze kerk is gebouwd op de resten van het eerste gebouw aan de Rive Droite; een basiliek die voor het eerst wordt vermeld in documenten uit het eind van de 4e eeuw. Een basiliek gewijd aan de broers Gervasius en Protasius, twee Romeinse officieren die onder Nero de marteldood stierven.
Daarmee
is het de oudste parochie aan de rechteroever van de Seine. Echter, toen het
Romeinse Rijk tegen het eind van de 4e eeuw in verval raakte, werd Lutetia
overspoeld door de Grote Volksverhuizing, waarbij veel bewoners naar het
versterkte île de la Cité vluchtten.
De St
Gervais-et-St-Protais in 2023 en op een gravure uit 1661
De
bouw van de huidige kerk is begonnen in 1494, aan het einde van de
middeleeuwen, en duurde zo’n 150 jaar. De middeleeuwen waren een belangrijke
periode in de geschiedenis van Europa. Deze periode liep ongeveer van 500 na
Christus, ongeveer dezelfde tijd als de val van het Romeinse Rijk, tot aan
ongeveer 1500. De wijk Grève bruist dan van vitaliteit. Vlakbij de Seine en bij
de grootste haven van Parijs. Ambachtslieden, handelaars, zakenlieden strijden
daar om de kraampjes*. Verschillende architecten hebben gewerkt aan deze kerk
en dat verklaart ook de verschillende bouwstijlen. De koorgewelven zijn in een flamboyant gotische stijl,
terwijl de façade, van de hand van de architect Salomon de Brosse (de bouwer
van het Palais du Luxembourg) is geïnspireerd door het Franse classicisme. De
van 1616 tot 1621 gebouwde façade, die tegen de achterzijde van het Hôtel de
Ville aankijkt, heeft net als die van de St-Paul-et-St-Louis (eveneens in de
Marais) drie verdiepingen. De architect rangschikte drie type zuilen boven
elkaar; onder de Dorische, in het midden de Ionische en bovenaan de
Korinthische. Het was de eerste barok-classicistische kerk façade in Frankrijk.
Vandaag
de dag zijn er 7 broeders en 15 zusters verbonden aan het klooster behorend tot
de kerk
Deze
prachtige kerk, een van de mooiste van Parijs,
staat op een zachte helling, wat nog eens wordt benadrukt door de
traptreden aan de voorgevel en in de rue François-Miron. De iep op het plein
vormde naar middeleeuws gebruik een verzamelplaats voor buurtfeesten,
vergadering, veroordeling, werving en ontmoeting, vandaar de Franse uitdrukking
‘Attendez-moi dous l’orme’ – letterlijk afspraak onder de iep. Het plein werd
ook lange tijd Carrefour de l’Orme genoemd – kruispunt van de iep. De bewoners
van Le Marais wisselden hier in vroeger tijden hun geld in de schaduw van de
boom. Er zijn nog steeds afbeeldingen van de iep te vinden op allerlei gebouwen
rondom het plein, inclusief de kerk. De iep voor de kerk is niet de originele.
Deze werd gekapt in 1794 ten tijde van de revolutie om kanonnenwagens te maken.
De iep die we vandaag zien werd in 1914 herplant mede dankzij de
parochiepriester van de Saint-Gervais die de herinnering aan deze legendarische
boom wilde doen herleven.
De clochards van Parijs en de daklozen vinden in de kerk altijd een warm welkom
De
Saint-Gervais, zoals de kerk nu in de volksmond wordt genoemd, was gedurende
meer dan twee eeuwen - vanaf 1653 - de thuisbasis van een van de bekendste
muziekfamilies van Frankrijk: de Couperins. De befaamde familie Couperin,
bestaande uit klavecinisten, componisten en organisten, leverde maar liefst acht generaties
organisten die het orgel tussen 1653 en 1826 bespeelden. Het orgel van Louis en
François Couperin, gebouwd in de 17e eeuw door Alexandre Thierry is het oudste
orgel in de stad Parijs. Het is een goed
voorbeeld van de Franse barok.
Naast
de Saint-Servais staat het huis waar de Couperins woonden, te herkennen aan een
plaat met informatie over de familie.
Het
woonhuis van François Couperin herkenbaar aan de plaquette
Heel
onverwacht kom je binnen weer in een laatgotisch bouwwerk terecht, waarvan de
voltooiing pas begin 17e eeuw plaatsvond. Hoewel er meer dan een eeuw gebouwd
werd biedt het binnenwerk van de Saint-Gervais een zeer homogeen aanzicht. Het
middenschip van de drie-schepige basiliek met dwarsbeuk en diep terugwijkend
koor, vertoont een fraai sterrenpatroon in de ribbengewelven. De hoogte
culmineert op 25 meter en heeft twee niveaus, zoals in de meeste
renaissancekerken van Parijs. De breedte is slechts acht meter en richt als het
ware je blik naar boven, naar de lucht. Het is een oproep om naar boven te
kijken daar waar Christus is gezeten, aan de rechterhand van God.
De
kerk is voorzien van de mooiste glas-in-loodramen
Alle
zijkapellen zijn voorzien van de mooiste glas-in-lood-ramen, schilderijen en
beelden. Het glasraam ‘De wijsheid van Salomo is een van de mooiste ramen uit
de renaissance in Parijs. De staat van conservering van dit glas-in-loodraam,
gemaakt in 1531, is zo uitzonderlijk dat experts uit de 20e eeuw originele
stukken hebben genomen als voorbeeld voor restauraties uit de 19e eeuw. Het
glas in lood is van een zeer hoog technisch niveau maar ook de snijtechnieken
uit die tijd. De maker, die lange tijd
onbekend bleef, had de bijnaam de Meester van Montmorency in dienst van Anne de
Montmorency, Hertog van Montmorency. Later bleek het te gaan om Jean
Chastellain. Hij maakte glas-in-loodramen voor de kerk van
Saint-Germain-l'Auxerrois, de kerk van Saint-Étienne-du-Mont in Parijs en het
Château de Chantilly.
Het
glasraam ‘De wijsheid van Salomo is een van de mooiste ramen uit de renaissance
in Parijs
De
bovenste ramen zijn van de 21ste eeuw, gemaakt door Claude Courageux en Sylvie
Gaudin, en illustreren het verhaal van Adam en Eva, de ark van Noach, de
patriarchen en hun echtgenoten.
Achter
het koor ligt de prachtige kapel van de Heilige Maagd met een sluitsteen die
versierd is met rijke arabesken. De kapel werd voltooid in 1517. De drie ramen
zijn eveneens van de hand van Jean Chastelain en beelden drie scenes uit het
leven van Maria uit. Een van de kostbaarste schatten van de kerk is een
laatgotische madonna aan de noordoostelijke pijler van de kruising. De andere
kerkschat is de ‘Chapelle Doree’ of de gouden kapel.
De
prachtige kapel van de Heilige Maagd
Deze
kapel werd in 1627 door het kerkbestuur geschonken aan Antoine Goussault en
zijn vrouw Geneviève Fayet, beiden jarenlang welgestelde parochianen. Deze
kapel bevindt zich aan het einde van de huidige Sainte-Anne-kapel. Onder de
kapel doet een kelder dienst als begraafplaats voor de familie Goussault. De
ingang onderscheidt zich door een elegant houtwerk in lichte banen gevormd door
fijne balusters, bekleed met geschilderde luiken en bekroond door een
opengewerkte kroonlijst. De decoratie omvat een altaar waarvan de bekleding is
versierd met een dode Christus, met daarboven een altaarstuk voorstellende
Christus op de Olijfberg, toegeschreven aan Claude Vignon. De muren en de
gewelven van het plafond vertegenwoordigen 21 scènes uit de passie en opstanding
van Christus, toegeschreven aan Jean de Saint-Igny. De rest van de lambrisering
is versierd met koppen van cherubijnen en decoratieve motieven: figuren van
Christus en Maria, instrumenten van passie, boeketten, palmetten, etc. De kapel
is alleen te bezoeken tijdens monumentendagen. De eerstvolgende gelegenheid
vindt plaats op zondag 20 september 2020 vanaf 14.00 uur in groepen van zes
personen.
Chapelle
Dorée
De
kerk, geclassificeerd als een historisch monument, werd voor de eerste keer
gerestaureerd onder leiding van de architect Baltard tussen 1827 en 1844 en een
tweede maal tussen 1863 en 1869. Toen zijn met name de zijkapellen en de
gebrandschilderde ramen hersteld. Op 29 maart 1918 viel er een Duitse granaat,
afgevuurd door Parijs geschut, op het dak van de kerk op het moment dat de
Goede Vrijdagdienst plaatsvond. 92 personen vonden de dood en 68 raakten
gewond. Na de herstelling van het ingestorte dak vonden er werken plaats in
1957 en meer recent in 2013.
De
muren en de gewelven van het plafond van de Chapelle Dorée vertegenwoordigen 21
scènes uit de passie en opstanding van Christus
Op 6
februari 2020 maakte de stad Parijs bekend dat de kerk met een budget van 6,6
miljoen euro opnieuw zal worden gerestaureerd. De drie jaar durende restauratie
omvat de klokkentoren en het noordelijke trancept, de zijarm tussen koor en
schip. Door het slechte weer en vervuiling laten verschillende stenen los.
Roestige metalen staven, heel normaal in die tijd, doen de stenen opzwellen en
afbrokkelen. Zo’n 150 m³ stenen moeten worden vervangen en al het staal wordt
vervangen door roestvrij staat. De vijf klokken worden opnieuw schoongemaakt en
gepolijst. Het 17e eeuwse houten frame van het transept wordt hersteld evenals
de afbrokkelende waterspuwers. Aan de noordkant worden de drie 18e-eeuwse
glas-in-loodramen verwijderd en gerestaureerd door Les Ateliers Coureux.
In
1975 werd de parochie door kardinaal Marty toevertrouwd aan de zorg van
Pierre-Marie Delfieux, teneinde er een Monastieke Gemeenschap van Jeruzalem te
stichten. Vandaag de dag zijn er 7 broeders en 15 zusters verbonden aan het
klooster behorend tot de kerk. Frère
Grégoire is de huidige prieur van de Fraternité des Frères.
De rue
des Barres met links de kerk
Begin je bezoek aan de kerk aan de zijde van de Seine in een van de mooiste straatjes van Parijs, de rue des Barres, schuin tegenover het café-restaurant Louis Phillipe. Let ook op het vakwerkhuis op de hoek van de rue Grenier sur l’eau waarschijnlijk afkomstig uit de 14e eeuw. Het hout aan de buitenkant is duidelijk te zien ondanks het feit dat toentertijd verboden was vanwege het brandgevaar. Tegenover dit straatje ligt de zijingang naar de kerk.
Fotografie:
Ferry van der Vliet, Wikimedia, Territoires et patrimoine © Jean-Francois Rémy
Geen opmerkingen:
Een reactie posten