Deze bijzondere plek in Parijs
wordt omgeven door straten die namen dragen als rue Geoffroy Saint-Hilaire, Rue
Cuvier, Quai Saint-Bernard en rue Buffon. Aan de oostzijde, langs de Seine, ligt een van de mooiste
groene ruimtes van Parijs. Een oase van bosjes, gazons, een rosarium met meer
dan 300 soorten rozen en slingerende paden langs eeuwenoude bomen waaronder een
honingboom (Sophora Japonica) uit 1747; de Jardin des
Plantes. Dit park, is op zijn manier een
erfenis van de pracht en praal van de monarchie. Het is gewijd aan de
wetenschap en heeft dientengevolge eeuwigheidswaarde. Hendrik de IV koesterde
al de wens, om op één plek alles te laten samenbrengen wat men kende aan al dan
niet zeldzame planten en boomsoorten met medicinale, industriële en culinaire
toepassingen. Hendriks plan werd gerealiseerd door zijn zoon Lodewijk XIII, die
de 'Koninklijke tuin voor geneeskrachtige planten' liet aanleggen. In de
hoogtij dagen van de handel met Holland kweekte men hier de eerste bolgewassen
van Frankrijk. Kort na 1600 begonnen de prijzen van tulpenbollen te stijgen.
Franse hofdames betaalden honderden guldens voor een tulpenbloem, die zij op
een galabal in hun decolleté droegen. In die tijd kostte één enkele tulpenbol
van een populaire soort 1000 gulden, terwijl het gemiddelde jaarinkomen op 150
gulden lag. De Tulpenmanie was een hausse in de tulpenhandel die
rond 1634 opkwam en waaraan begin februari 1637 een abrupt einde kwam.
Aan de oostzijde, langs de Seine, ligt een van de mooiste groene ruimtes van Parijs: De Jardin des Plantes
Het initiatief voor de tuin
werd genomen in 1626 en ze is pas in 1640 opengesteld voor het publiek. De
oorspronkelijke bedoeling van het park was om de studenten farmacie en
geneeskunde de gelegenheid te geven de kruiden- en plantenleer in de praktijk
te kunnen bestuderen; een idee van de lijfartsen van Lodewijk XIII. In de 17e
en 18e eeuw werden botanisten voortdurend naar de meest ver gelegen landen
gestuurd om de collectie van de 'Jardin Royal des herbes médicinales' te
verrijken met de meest exotische planten. Tot die reizigers behoorden onder
andere de drie broers Jussieu, naar wie het quartier rond deze botanische tuin
werd vernoemd.
In 1707 werd de toen 32
jarige Georges Louis Leclerc, Comte de Buffon, beheerder van de Jardin des
Plantes. Buffon liet de tuin reorganiseren en door zijn toedoen kreeg de 'Jardin'
een belangrijke functie in de wetenschappelijke wereld. Na de revolutie kreeg
de tuin een nieuwe bestemming als Musée d'Histoire Naturelle en werd uitgebreid
met een dierentuin (een van de oudste ter wereld en een creatie van Bernardin
de Saint-Pierre) waar de dieren uit de Koninklijke menagerie in Versailles
werden samengevoegd met de beesten uit de inmiddels verboden rondtrekkende
dierenshows van kermisklanten. We praten hier over het jaar 1793. En dan te
bedenken dat onlangs een verbod is aangenomen voor het werken met wilde dieren
in circussen. De dierentuin was zo populair dat de komst van de giraffe, de
eerste op Franse bodem, een groot spektakel werd, dat 600.000 Parijzenaars
trok.
'Les Grande Serres' tonen de flora van het regenwoud, een woestijn en een verbazende diversiteit Nieuw- Caledonische flora
Het dier was een
geschenk van de Pascha van Egypte aan Karel X.
De giraffe kwam per boot aan in Marseille en liep aan de hand van zijn
Egyptische oppas Atir, op zachte pootjes heel Frankrijk door naar Parijs. Atir
gaf hem te eten, borstelde hem, gaf hem te eten, borstelde hem opnieuw en
opnieuw.....om toch iets om handen te hebben. Vandaar dat de Franse
uitdrukking; 'peigner la giraffe', de giraf kammen zoiets betekent als geen
klap uitvoeren. De giraffe leefde, mede dankzij de goede verzorging van Atir,
nog 18 jaar en staat nu opgezet in het cabinet d'Histoire Naturelle.
In 1830 werden de
prachtige kassen gebouwd onder leiding van Hector Horeau. Deze statige art-deco
serres zijn in 2010 geheel gerenoveerd. Ze vormen een van de hoogtepunten van
de Jardin des Plantes en worden beschouwd als vroege en toonaangevende voorbeelden
van ijzer- en glasconstructie. Les
Grande Serres tonen de flora van het regenwoud, een woestijn en een verbazende
diversiteit Nieuw- Caledonische flora.
De 'Galerie de Paléontologie et d'Anatomie comparée' werd ingehuldigd in 1898
Drie majestueuze met
bomen omzoomde lanen leiden elegant de weg naar het Musée d'Histoire Naturelle.
Langs de laan drie gebouwen: Het eerste gebouw is 'Galerie de Paléontologie et d'Anatomie comparée' (paleontologie en
vergelijkbare anatomie), een grote gewelfde hal met duizenden dierenskeletten.
Het tweede gebouw 'Galerie de Botanique' (botanische galerie) en het derde de
onlangs gerestaureerde 'Galerie de Minéralogie et de Géologie'
(mineralengalerie).
Het gebouw en het interieur zijn een absolute must om te gaan bekijken bovendien maakt u een reis van 540 miljoen jaar
De 'Galerie de Paléontologie et
d'Anatomie comparée' werd ingehuldigd in 1898, als onderdeel van de
Exposition Universelle van Parijs van 1900 en was de creatie van de hoogleraren
Jean Albert Gaudry (hoogleraar paleontologie), Georges Pouchet (hoogleraar
vergelijkende anatomie) en Ernest Hamy (professor in de antropologie). De
collecties kwamen voort uit de grote expedities van de reizigernaturalisten van
de 18e en 19e eeuw en van de Ménagerie (dierentuin) van de Jardin des Plantes. De
galerie van de vergelijkende anatomie omvat bijna duizend skeletten. Het
opmerkelijke gebouw werd ontworpen door de architect Frederic Dutert en bestaat
uit twee verdiepingen, met een oppervlakte van ongeveer 2500 vierkante meter.
De grootste galerie is opgebouwd uit steen en metaal met een lengte van bijna
80 meter en heeft versierde gevels voorzien van beeldhouwwerken geïnspireerd
door natuurkenners en grote ramen die een zee van natuurlijk licht bieden. Het
gebouw en het interieur zijn een absolute must om te gaan bekijken bovendien
maakt u een reis van 540 miljoen jaar. De vloer kraakt onder je voeten. De
etalages bekleed met inmiddels verschoten fluweel, zijn voorzien van glazen
potten vol met organen en beplakt met de hand geschreven etiketten. De
skeletten in het midden van de zaal lijken de zwaartekracht te trotseren.
Het opmerkelijke gebouw werd ontworpen door de architect Frederic Dutert en bestaat uit twee verdiepingen
We lopen verder naar de
zuidwestelijke ingang van de Jardin des Plantes, aan de rue Geoffroy
Saint-Hilaire 36. Daar bevindt zich de hoofdingang van het muséum National
d'Histoire Naturelle met daarin het hoogtepunt van dit museum: De Grande
Galerie de l'Évolution. In 1965 leidde het gebouw een kwijnend bestaan en werd
deze bouwvallige galerij gesloten. In 1994, na een restauratie van jaren, werd
het gebouw opnieuw geopend door de toenmalige President François Mitterand. Geheel
gerenoveerd onder leiding van de architecten die ook verantwoordelijk waren
voor de bouw van het ministerie van Financiën te Bercy (aan de overkant van de
Seine). Het resultaat is spectaculair, en dat maakt dat dit deel van het museum
nu een must is voor iedereen. De bezoekers komen binnen op de benedenverdieping,
daar begint de onderzeese wereld. Niet te missen is het 16,5 meter lange skelet
van een walvis.
De Grande Galerie de l'Évolution
Gelukkig is tijdens de
renovatie de indrukwekkende oude metalen constructie van het gebouw uit 1872,
een schepping van de architect Jules André, behouden gebleven en schitterend in
het nieuwe ontwerp vervlochten. In de hoge ruimtes van het museum met zijn
rondlopende galerijen wordt de bezoeker geïnformeerd over de veelzijdigheid van
het leven op aarde, gebruikmakend van computergestuurde interactieve media.
Suggestieve klankinstallaties simuleren verschillende weersomstandigheden zoals
regen, onweer en storm. Dierengeluiden geven de bezoeker het gevoel te wandelen
in de Afrikaanse savanne of in het Amazone regenwoud. Deze 'Son et Lumière'
duurt ongeveer 75 minuten, de gemiddelde tijdsduur van een bezoek. Glazen
liften brengen je naar de hoogste galerijen van waaruit je een prachtig uitzicht
hebt op de dieren, die als het ware zo uit de Ark van Noah komen. Hier wordt
wetenschap op een bijzondere levendige manier verpakt en dat maakt dit museum
interessant voor jong en oud.
In de hoge ruimtes van het museum met zijn rondlopende galerijen wordt de bezoeker geïnformeerd over de veelzijdigheid van het leven op aarde
In het midden van de fraai
verlichte Grande Galerie een lange kudde van opgezette dieren, voorstellend verschillende
klimaten te land. Van de warmste (met zebra's giraffen, buffels en antilopen)
tot de aller koudste (ijsberen). De apen en vogels vertegenwoordigen het
tropisch regenwoud. Voor de restauratie van het museum hebben taxidermisten
ruim 7000 dieren opnieuw gevuld, afgestoft en gerepareerd. Een klus die ruim
drie jaar geduurd heeft. Verschillende dieren kennen een bijzondere historie: De
Aziatische olifant die de rij dieren voorafgaat, komt oorspronkelijk uit de
Parijse dierentuin. Siam, de naam van de olifant werkte eerst in Circus Knie in
Zwitserland, speelde in diverse films en eindigde in de dierentuin van
Vincennes. Hij woonde er van 1964 tot 1997. De majestueuze Masai giraffe werd
gedood tijdens een jacht ergens tussen Kenia en Soedan en was een geschenk van
de Hertog van Orléans in het begin van 1920. De andere giraffen zijn allen
geboren en gestorven in de dierentuin van Vincennes. De andere Afrikaanse
olifant is een geschenk van Baron de Rothschild.
De Afrikaanse olifant is een geschenk van Baron de Rothschild, de Aziatische olifant komt van Circus Knie
Vandaag de dag komen de
meeste dieren uit dierentuinen. Het verwerven van de dieren en het opzetten
kost gemiddeld 50.000 euro. Kiki, de mannelijke reuzenschildpad, kwam
oorspronkelijk uit de Seychellen, geboren omstreeks 1873 en overleden in de
menagerie van de Jardin des Plantes in 2009. Er is zelfs een tijger met een
Nederlands tintje, geboren in de dierentuin van Rotterdam in 1973 en in 1989 in
de Parijse zoo overleden. Het oudste opgezette dier is een Indische neushoorn
die in 1170 werd geschonken aan Lodewijk XV. Het dier werd opgesloten in de
dierentuin van Versailles maar stierf uiteindelijk drie jaar later.
Dieropzetters gingen aan de slag met middelen die zij toen hadden: vier tafelpoten
voor de poten en twee bodems van een vat voor het lijf. Hierover werd de huid
van het dier getrokken en met olieverf bijgewerkt. Het is nog steeds de eerste
opgezette neushoorn ter wereld.
Niet alleen de hoorns van de levende neushoorn zijn gewild
Wat weinigen weten en
ook niet ontdekken zijn de twee majestueuze historische trappenhuizen die ook
voor het publiek zijn geopend. Gerestaureerd in 1990. Geflankeerd door een
reeks van 27 bustes voorstellend de belangrijkste naturalisten van het museum.
Neem de klapdeuren op de verschillende galeries. Achter deze deuren aan de
linkerzijde bevinden zich de monumentale trappenhuizen die u weer brengen naar
de verschillende etages.
Bij de uitgang wacht je
rechts de allée Haüy op de hoek van de rue Geoffroy Saint-Hilaire en de rue
Daubenton nog een verrassing. Thee drinken op de binnenplaats van de grote
Moskee van Parijs. In Moorse stijl en gebouwd tussen 1922 en 1926. Het Alhambra
in Granada stond model voor de binnenplaats voorzien van zuilen, bogen en
fraaie faiences. Toegegeven, het Moors café is helaas het slachtoffer van zijn
eigen succes maar het gebak, de zoetigheden en de muntthee zijn niet te
versmaden en absoluut een zonde waard. Thee en gebak vanaf €2
Thee drinken op de binnenplaats van de grote Moskee van Parijs, in Moorse stijl
Muséum National d'Histoire Naturelle - Grande Galerie de l'Évolution, rue Geoffroy Saint-Hilaire 36, 57, 5e arrondissement,
métro Gare Austerlitz, Jussieu, Censier-Daubenton. Gesloten op dinsdag. Geopend overige
dagen van 10.00 uur tot 17.00 uur. Entree € 9
De Ménagerie Jardin des Plantes
(oudste dierentuin van Frankrijk), rue Cuvier 57, 5e arrondissement, métro Gare
Austerlitz, Jussieu, Censier-Daubenton. Dagelijks
geopend van 27 oktober 2014 to 8 februari 2015 van 09:00 uur tot 17.00 uur. van
9 februari - 8 maart 2015 van 09:00 uur tot 17.30 uur en van 09-22 maart 2015
van 09:00 - 18.oo uur. Vanaf 23 maart 2015 : door de week van 09:00 - 18.oo uur
en op zon- en feestdagen van 9.00 uur - 18.30 uur. Entree €13
Grandes Serres, rue
Cuvier 57, 5e arrondissement, métro Gare Austerlitz, Jussieu,
Censier-Daubenton. Gesloten
op dinsdag.
Geopend overige dagen
van 10.00 uur tot 18.00 uur. Entree € 6
Geopend overige dagen
van 10.00 uur tot 17.00 uur. Entree € 7
Prachtig artikel weer! Pas op: men zegt in het Frans « Muséum national d'histoire naturelle » en niet « Musée ». Maar wèl gewoon « Musée de l'homme » etc. Ik waag me er niet aan het verschil uit te gaan leggen! :)
BeantwoordenVerwijderenDank je wel Wim voor je opmerkzaamheid. Inmiddels conform gewijzigd.
BeantwoordenVerwijderenBij W.F. Hermans, groot Parijs wandelaar, gebeurde ooit het omgekeerde, met alle gevolgen van dien voor de ongelukkige redactrice van zijn uitgever.
BeantwoordenVerwijderenIk heb het allemaal al bezocht en het zijn wat mij betreft allemaal aanraders!
BeantwoordenVerwijderen