Jarenlang hoorden zij
bij het geromantiseerde beeld van Parijs. Vastgelegd door bekende fotografen
als Eugène Atget, Brassaï en Robert Doisneau. In de jaren dertig telde Parijs al
zo'n twaalfduizend 'vagabonds' de eveneens geromantiseerde benaming voor clochards. Balzac noemde ze 'Peau de
Chagrin', Atget sprak over Chiffonnier (lompenboeren), het Parijse stadsbestuur
heeft een officiëlere benaming: S.D.F. 'sans domicile fixe' of zoals wij zeggen 'zonder
woon- en verblijfplaats', de daklozen.
Vagabonds, clochard, chiffonnier; les sans domicile fixe
De clochards zijn de
bezitlozen, de armsten der armen. In de jaren dertig beschouwden de clochards het
clochard zijn, als een beroep. Het verhaal doet nog steeds hardnekkig de ronde,
dat vele clochards vrijwillig gekozen hebben voor dit bestaan. Weggevlucht uit
de zware last van het dagelijkse bestaan. Een echte clochard is trots en staat op
zijn vrijheid. Het hoort bij zijn levensopvatting dat hij niet gebonden wil
zijn en geen verplichtingen erkent. De Parijzenaar is aan ze gewend. Ze horen
nu eenmaal bij het Parijse straatbeeld. De clochards hebben maar weinig nodig
om van te leven. Ze struinen de markten af, waar ze genoegen nemen met het
restafval. Van de weinige euro's die zij bij elkaar bedelen 'kopen' ze alcohol.
Vaak rode wijn, want wijn voedt. Om hun ellende
te vergeten, drinken ze veel, heel veel, want alleen in beschonken toestand is
het leven draagbaar.
's Avonds worden de posities weer ingenomen voor weer een nacht op straat
Zo gauw het avond wordt
zie je een komen en gaan van gekaapte winkelwagentjes, oude kinderwagens en
worden posities ingenomen in portieken van winkels, bushuisjes en zelfs
telefooncellen. 's Winters als het koud is liggen ze op straat op de roosters
van de metro. Je ziet ze steeds minder in de metrogangen en de perrons. Het
Parijse vervoersbedrijf de RATP heeft speciale ordebewakers in dienst, die ’s
nachts de metrogangen afstruinen om de clochards, die zich hebben laten
insluiten, na middernacht uit de metro te verwijderen. Deze nachtploegen,
zogenaamde 'Outreach' teams, gaan met zaklantaarns de gangen in, nemen koffie,
broodjes en sigaretten mee om het contact met de clochards te vergemakkelijken.
Ze worden aangesproken met “mijnheer” en “u” en begeleid naar een gratis bus
van de RATP, die ze vervolgens naar een opvanghuis brengt. Vorig jaar
transporteerden de RATP medewerkers in totaal ruim 35.000 daklozen uit de
metrogangen naar de opvangvoorzieningen.
35000 clochards worden jaarlijks, 's nachts verwijderd uit de metro
Maar door de huidige
crisis is het geromantiseerde beeld van de clochard verdwenen. Steeds meer mensen
komen door schulden op straat te staan. En een welvarende stad als Parijs trekt
ook veel professionele bedelaars aan uit het Oostblok. Je vindt de hele
samenleving op straat: Zigeunerfamilies, losgeslagen jongeren, gescheiden
mannen, alcoholisten, vluchtelingen, psychiatrische gevallen en ook steeds meer
vrouwen. Vorig jaar stierven 400 mensen op straat, vrijwel onopgemerkt. In de
eerste zes maanden van dit jaar waren het er al 264 in geheel Frankrijk. Niemand
weet hoeveel daklozen er precies zijn, en in Parijs tracht men aandacht te
geven aan dit schrijnende probleem. De 'Samu Social', de in 1993 opgerichte
organisatie voor hulp aan Parijse dak- en thuislozen laat op de website dans la peau d'un sans abri.com ('In de huid
van een dakloze') real-time vierentwintig uur het leven zien, door de ogen van
een dakloze. Hiervoor kregen vier daklozen in Parijs een speciale bril, uitgerust
met een minicamera. Zo geven zij zonder
enige concessie een kijkje in hun dagelijkse gevecht met het leven op straat.
Een van de doelstellingen van deze campagne is dat wij toch aan de daklozen
blijven denken.
Het geromantiseerde beeld van de clochard is voor altijd verdwenen
Verder is er ook het
collectief Morts de la Rue onder
leiding van de Fransman Christophe Louis. Zijn collectief voert actie voor
daklozen, maar bekommert zich vooral om hen na hun dood. Dan wordt de begrafenis
georganiseerd en nabestaanden worden opgezocht. "Toen we begonnen lag de
gemiddelde leeftijd van een straatdode op 49 jaar", vertelt Christophe
Louis in een interview aan Le Figaro. "Dat is nu 46 jaar. Drie jaar eraf,
in tien jaar tijd. Dat gaat veel te snel". Op 19 juni 2012 organiseerde Morts
de la Rue, op de Quai de Valmy, een eerbetoon aan alle 264 straatdoden van dit
jaar.
De medemenselijkheid in Parijs, mede door de crisis, is verhard. Zie ze langs
de kanten van de straat; ongewassen, ongeschoren en onopgevallen. Het eerbetoon
aan de de Quai de Valmy was een dag later al door taggers overgekalkt. Alleen
de bloemen lagen er nog. Bij het weglopen zit in mijn hoofd het liedje van
Edith Piaf 'Les Clochards de Paris': "Het zijn de zwervers van Parijs. Van
Montmartre tot Bastille. Ze zwerven in het donker van de nacht, moe en in
lompen langs bordelen. Hun beroep is niet van belang zolang ze maar met de armen delen, de
clochards van Parijs".
Les Clochards de Paris: "Ze zwerven in het donker
van de nacht, moe en in lompen langs bordelen"
Ce sont les clochards de Paris
De Montmartre ou de la Bastille,
Ils errent dans la sombre nuit.
Lassés, ils traînent en guenilles…
Aux portes des boîtes de nuit,
Leur métier n'a pas d'importance,
Pourvu qu'il donne la pitance
Aux pauvres clochards de Paris.
Pendant l'été aux nuits légères,
Sur chaque banc on voit le soir,
De pauvres vieux que la misère
A livré sans gîte au trottoir.
Mais parfois, dans leur âme fière,
Un éclair brille, lueur d'espoir…
À quoi songent ces pauvres héres,
Tristes épaves du boulevard ?
"Toen we begonnen
lag de gemiddelde leeftijd van een straatdode op 49 jaar", vertelt Christophe
Louis in een interview aan Le Figaro. "Dat is nu 46 jaar.
Ce sont les clochards de Paris
De Montmartre ou de la Bastille,
Ils errent dans la sombre nuit.
Lassés, ils traînent en guenilles…
Aux portes des boîtes de nuit,
Leur métier n'a pas d'importance,
Pourvu qu'il donne la pitance
Aux pauvres clochards de Paris.
L'hiver, quand la glaciale brise
Siffle, en mordant leur corps meurtri,
Lorsque le froid les brutalise,
Ils se cachent… dans quels abris !!
D'autres, allongés sur la pierre,
Dorment, calmes, mystérieux,
Et leurs rêves sont des chimères
Leur découvrant un coin des cieux.
Ce sont les clochards de Paris
De Montmartre ou de la Bastille,
Ils errent dans la sombre nuit
Lassés, ils traînent en guenilles…
Aux portes des boîtes de nuit,
Leur métier n'a pas d'importance,
Pourvu qu'il donne la pitance
Aux pauvres clochards de Paris.
Si la douleur n'épargne guère
Les bons vieux clochards de Paris,
L'hôpital, pour eux, est galère ;
Vivre libres, est leur seul souci.
Et quand sonne l'heure dernière
C'est dans la rue qu'ils vont mourir,
Comme des chiens, et sans prières,
Les gueux ont fini de souffrir.
hoeveel clochards zijn er in parijs?
BeantwoordenVerwijderen